Je kleurtype wordt immers genetisch bepaald. Het gaat samen met de ondertoon van je huid en die verandert niet. Je kleurtype wijzigt dus ook niet als je van haarkleur verandert of als je mooi bruin bent. Het is wel zo dat je met ouder te worden de kleuren van je palet lichter gaat toepassen.
Het antwoord is helaas niet eenduidig. Vaak verandert er inderdaad wat, maar dit is niet persé het geval. Je kunt ook hetzelfde kleurtype blijven. Naarmate we ouder worden wordt onze kleuring heel langzaam minder intens.
Ondanks dat je haarkleur bepaald is in je DNA, kan je haarkleur veranderen door bijvoorbeeld de zon of het chemisch kleuren van je haren. Maar je haarkleur kan ook veranderen door genexpressie. Genexpressie is te vergelijken met een schakelaar van een lamp. Je kan de lamp aan en uit zetten.
zomertype/herfsttype. Een herfst en een zomertype staan beiden goed in gedempte kleuren. De tweede collage is van een zomertype en de kleuren zijn net iets lichter en koeler. Een bekende zomertype/herfsttype is bijvoorbeeld onze Koningin Maxima.
Selecteer Verbeteren > Kleur aanpassen > Kleurtoon/verzadiging aanpassen of Laag > Nieuwe aanpassingslaag > Kleurtoon/verzadiging om te werken met een aanpassingslaag. Selecteer Vullen met kleur. Als de voorgrondkleur niet zwart of wit is, wordt de afbeelding omgezet in de kleurtoon van de huidige voorgrondkleur.
Kies Verbeteren > Kleur aanpassen > Kleurzweem verwijderen.
Om de tint, verzadiging of helderheid van de geselecteerde laag aan te passen, selecteert u het menu [Bewerken] > [Tonale correctie] > [Tint/Verzadiging/Helderheid] . Dit geeft opties om tint, verzadiging en helderheid aan te passen op basis van het HSV-kleurmodel.
Kenmerkend voor warme types:
Warme types hebben een gouden gloed over zich heen. Ze hebben vaak een gelige, warm gebruinde of aardse huidskleur. Ze worden in de zomer ook snel bruin. Daarnaast hebben ze vaak (donker)blond, rood of bruin haar met een warme/gouden gloed erin.
Kleuren die je als herfsttype niet zullen flatteren zijn fuchsia, wit, lichtroze, hele harde kleuren, kleuren met een koele ondertoon.
De koude kleuren zijn paars, blauw en groen.
Wat je zeker ouder doet lijken, is een monochrome haarkleur. Het geeft een onnatuurlijk en saai effect. De kapper zal nooit een eentonige kleur aanraden, maar als je zelf aan de slag gaat met kleuring loop je gemakkelijker dat risico. Een deskundige creëert door gebruik van highlights een multidimensionaal effect.
Je kunt je haar verven met permanente haarverf . Als je een donkere kleur kiest, pakt dat veel beter, is minder schadelijk en gemakkelijk te onderhouden.
Door veroudering wordt je huid slapper, minder rekbaar en minder soepel. De huid verliest haar natuurlijke vet onder het oppervlak van de huid, wat een jeugdige huid wel heeft. Door deze processen ontstaan rimpels.
Als je gezichtshuid bleek is, kan dat verschillende oorzaken hebben. Misschien heb je veel stress op je werk - en eet je daarom minder gezond? Misschien krijg je niet genoeg zonlicht? Misschien mist je huid gewoon kracht en heeft ze een oppepper nodig om weer te stralen.
Vaak is een huidtype erfelijk bepaald, maar naarmate je ouder wordt, kan je huidtype veranderen. Ook de verschillende seizoenen en je leefstijl hebben hier invloed op. Af en toe opnieuw je huidtype laten vaststellen is dus nodig om er zeker van te zijn dat je de juiste verzorgingsproducten gebruikt.
Blijf weg van lichte en koele tinten, want deze kleuren zijn het tegenovergestelde van de warme en rijke donkere herfstkleuren die het beste bij je passen. Vermijd met name mintgroen, lavendel en felgrijs . Deze koele kleuren zullen je warme en rijke kleuring eerder uitputten dan tot leven brengen.
Zwart is een koele kleur en dus te hard voor het warme type. Je kunt als herfsttype wel een zwart jasje dragen, maar combineer het met bijvoorbeeld warme roest- of wijnroodtinten bij je gezicht.
Contrasterend. De keuze voor een kleurcontrast is iets gewaagder. Vermijd wel complementaire kleurcombinaties zoals rood of roze en groen, geel en paars en blauw en oranje. Ook de primaire kleuren geel, blauw en rood combineren niet lekker.
Kijk in de spiegel met een spierwit papier naast je gezicht. Wanneer je huid rozig of blauwachtig lijkt, dan heb je een koele ondertoon. Als je huid naast het papier gelig, perzikachtig of vaal lijkt, heb je een warme ondertoon. Bij een neutrale ondertoon zie je geen geel of roze tint in je gezichtskleur.
Warm & Koel 101
Warme kleuren - geel, oranje, rood en combinaties daarvan - ademen energie, positiviteit en een gevoel van zonneschijn in elke kamer . Koele kleuren - groen, blauw en paars - roepen ontspanning en kalmte op. Neutrale kleuren zoals wit en grijs kunnen ook warmer of koeler zijn, afhankelijk van hun ondertoon.
Om te ontdekken wat jouw ondertoon is, bekijken we je aderen. Zijn de aderen die je goed kunt zien (bijvoorbeeld bij je pols) duidelijk blauw gekleurd? Dan heeft jouw huid een koele ondertoon en heb je een wat rozige of rode huid. Zijn je aderen eerder groen, dan heb je een warme ondertoon en dus een meer gelige huid.
Tips: De laagkleur bewerken
Door [Laagkleur] in te schakelen op het palet [Laageigenschap] kunt u een alternatieve kleur opgeven . Door op de kleurindicator te klikken, configureert u de geselecteerde tekenkleur. Door op het pictogram [▼] te klikken, wordt het dialoogvenster [Kleurinstellingen] geopend om de kleur in te stellen.
Selecteer het menu [Bewerken] > [Tonale correctie] > [Kleurbalans] om het dialoogvenster [Kleurbalans] te openen . U kunt de kleuren van een afbeelding aanpassen door de balans van elke RGB-kleur aan te passen. Zie "Tonale correctie toepassen" voor meer informatie over het toepassen van een tonale correctie-effect op een laag.