Een enkele keer kan een patiënt bij een hypo ook een laag kalium ontwikkelen. Voornamelijk bij type 1 patiënten Dit kan op zijn beurt hartritmestoornissen veroorzaken, wat op zijn beurt zou kunnen leiden tot overlijden. Ook kan een hypo door de adrenaline respons hartritmestoornissen veroorzaken (verlengde QT).
Als de hyper steeds erger wordt, kun je flauwvallen of zelfs in coma raken. Bij een heel ernstige hyper heb je een diepe ademhaling en kan je adem naar aceton ruiken. Bel dan meteen 112.
Zijn hypo's gevaarlijk voor ons lichaam? Hier is veel onderzoek naar gedaan, maar voor zover we weten is het vaak doormaken van een hypo niet gevaarlijk voor het lichaam of de hersenen. Bij ouderen mensen kan het een extra belasting voor het hart vormen.
Wat is eigenlijk gevaarlijker: een hypo of een hyper? Op de korte termijn zijn ze allebei gevaarlijk en kunnen levensbedreigend zijn. Uit lange termijn onderzoek is inmiddels duidelijk dat een chronisch hoge bloedsuiker tot meer schade leidt.
Mensen met diabetes hebben een grotere kans om vroegtijdig te overlijden: voor 45- tot 70-jarigen met diabetes type 1 is de kans op overlijden vijf keer zo groot als voor mensen zonder diabetes en voor mensen met diabetes type 2 is dit twee keer zo groot.
Zweten, trillen, maar ook een slechte concentratie, sufheid en verwardheid: een hypo hakt er flink in. Tot voor kort werd dan ook gedacht dat wie vaak een lage bloedsuikerspiegel heeft, daar op de lange duur schade door oploopt. Het goede nieuws: we weten nu dat hypo's minder erg zijn dan gedacht.
Ook 's nachts kun je een hypo krijgen, soms zelfs zonder dat je het door hebt. Wij geven je een aantal tips tegen nachtelijke hypo's. Je hebt een hypo als je bloedglucosewaarde onder de 4 mmol/l komt.
Bij een hyper (voluit: hyperglykemie, hyper = hoog) is je bloedsuikerspiegel is te hoog (boven 10,0 mmol/l). Dat betekent dat er een teveel aan glucose in je bloed zit. Normaal gesproken zet je lichaam die glucose met behulp van insuline om in energie.
Het is belangrijk om je urine te controleren op ketonen als je bloedsuikerwaarde 15 mmol/l of hoger is. Neem contact op met je arts of diabetesverpleegkundige als er ketonen in je urine zitten of als je misselijk bent, moet overgeven of andere klachten hebt.
Het is goed om veel water te drinken. Zo voorkomt u uitdroging. Spuit extra insuline volgens het advies van uw arts of diabetesverpleegkundige. Wanneer een hyper gepaard gaat met misselijkheid of braken, moet u direct uw arts waarschuwen.
Te veel suiker in je bloed beschadigt je bloedvaten. Als je al lang aan diabetes lijdt en niet goed behandeld wordt, kan het verhoogde suikergehalte in je bloed alle kleine bloedvaatjes in je lichaam aantasten. Dat kan gevolgen hebben voor je hart- en vaatstelsel, ogen, nieren, zenuwstelsel en voeten.
Mensen met diabetes overlijden gemiddeld eerder dan mensen zonder diabetes. Bij diabetes type 1 ligt de gemiddelde levensverwachting dertien jaar lager en bij type 2 vier jaar lager. De levensverwachting hangt samen met de mate waarin mensen complicaties krijgen.
Een te lage bloedsuiker noemen we hypoglykemie (een hypo). Een te lage bloedsuiker is gevaarlijk. Er is snel actie nodig. Uw bloedsuiker is te hoog als deze hoger is dan 9.
De kenmerken van een hyper kunnen zijn: veel plassen. veel dorst hebben en houden. droge tong.
Er is snel actie nodig. Uw bloedsuiker is te hoog als deze hoger is dan 9. Een te hoge bloedsuiker noemen we hyperglykemie. Een te hoge bloedsuiker is niet direct gevaarlijk.
Met voeding kunt u een hyper niet verhelpen. Bij een hyper is het nodig om extra insuline te spuiten. Uw arts of verpleegkundige kan u adviezen geven wanneer en hoeveel u moet bijspuiten. Probeer altijd te achterhalen waardoor een hypo of hyper ontstaat.
Dit noemen we de 2-4-6-regel. Dit houdt in dat u iedere 2 uur uw bloedglucosewaarde meet. Is de bloedglucosewaarde tussen de 15 en 20 mmol/l, dan spuit u 4 eenheden extra. Is de bloedglucosewaarde tussen de 20 en 25 mmol/l, dan spuit u 6 eenheden extra.
Wat diëtist Harriët Verkoelen betreft is de stelregel: meer groente, minder fruit bij diabetes type 2. Fruit zorgt er namelijk voor dat je bloedsuikers de hoogte in vliegen, legt ze uit. Zeker als je een banaan of trosje druiven (125 gram) neemt waar al snel vier suikerklontjes inzitten.
Op een niet nuchtere maag gelden waarden tussen 7,8 en 11 mmol/l als verhoogde waarden. Komt uw bloedsuiker op nuchtere maag boven 6,9 mmol/l en op niet nuchtere maag boven 11 mmol/l, dan hebt u te hoge bloedsuiker en is er sprake van diabetes. Daarbij is het noodzakelijk dat u medicatie krijgt.
Hoe ontstaat een hyperglycemie? Bij een hyperglycemie is er een probleem met de glucosehuishouding. Er is een gebrek aan insuline of de aanwezige insuline kan niet effectief werken, waardoor de glucose zich gaat ophopen in het bloed en er een hoge bloedsuikerwaarde ontstaat.
Deskundigen adviseren mensen met diabetes om te kiezen voor dranken die weinig tot geen suiker bevatten. Daarom zijn onze suikervrije dranken, zoals Coca‑Cola light, Coca‑Cola zero sugar, Sprite en Chaudfontaine Fusion geschikt voor diabetici.
Een wisselend humeur (opeens kwaad, verdrietig of blij) Tekenen van een ernstig verlaagde bloedsuiker zijn: sufheid, bewustzijnsverlies en uiteindelijk coma. Deze verschijnselen komen vooral voor bij patiënten die insuline spuiten en bij oudere mensen met diabetes.
Bij een hypo moet je wat eten en drinken. Je moet dan voor voedsel kiezen waarbij de suikers snel beschikbaar zijn en dus snel na het eten in je bloedbaan komen, zoals tabletten Dextro (druivensuiker) en verdunde (suikerhoudende) limonade.
Normaal gesproken herken je een hypo op tijd aan klachten zoals zweten, trillen, hartkloppingen en een hongergevoel. Sommige mensen voelen een hypo na verloop van tijd niet meer aankomen. Dat kan vervelend of gevaarlijk zijn, want je kunt door een hypo bijvoorbeeld flauwvallen.
Neem 1 dextro van 3 gram per 10 kg lichaamsgewicht. Bijvoorbeeld: als je 50 kg weegt, neem je 5 dextro-tabletten. Ook kun je wat suikerhoudende limonadesiroop drinken (dus geen light-drank). Stap 3: Meet na 15 minuten weer je bloedglucose.