De meeste mensen met MS krijgen die diagnose wanneer ze tussen de 20 en de 40 jaar oud zijn. Maar MS kan ook bij kinderen voorkomen of juist later in het leven nog ontstaan. In Nederland leven zeker 25.000 mensen met MS; wereldwijd wordt dit aantal geschat op 2,8 miljoen.
Over het algemeen ontstaat MS tussen het twintigste en veertigste levensjaar. Bij mensen die op latere leeftijd MS krijgen is het aantal mannen en vrouwen ongeveer gelijk.
MS is geen erfelijke ziekte, maar bij sommige patiënten komt het wel in de familie voor. Als het in de familie veel voorkomt is de kans op MS wel iets groter, maar niet heel groot. Een kind van een vader of moeder met MS heeft slechts een kans van 3% om ook MS te krijgen.
De oorzaak van MS is onbekend, maar algemeen wordt aangenomen dat MS ontstaat door een samenspel van genetische en omgevingsfactoren. Wél weten we dat de stof myeline een belangrijke rol speelt bij MS. Myeline vormt een isolatielaag rondom de zenuwen in het centraal zenuwstelsel.
De ziekte MS begint meestal (in 80% van de gevallen) met 'schubs'. Bij een schub ontstaan vrij plotseling neurologische klachten die minstens 24 uur aanhouden. Een schub wordt meestal gevolgd door een remissie. Deze duren soms maar enkele minuten en verdwijnen daarna weer.
MS is een ziekte die op dit moment nog niet genezen kan worden. Wel zijn er ziekte-onderdrukkende medicijnen die zowel het aantal als de ernst van de ontstekingen in het centrale zenuwstelsel kunnen onderdrukken. Deze MS-medicijnen beïnvloeden de werking van het afweersysteem en verminderen de symptomen.
Hoewel er nog geen genezing mogelijk is, is MS geen dodelijke ziekte. Ook met MS kun je oud worden. Gelukkig is er dankzij onderzoek al veel mogelijk: van behandelingen met en zonder medicatie tot revalidatie, therapieën en de juiste antwoorden op persoonlijke vragen.
Pijn. Pijn aan je gezicht of ogen: als de zenuwbaan beschadigt raakt, kun je pijn voelen.Ook kun je een branderig, prikkelend gevoel in je armen en benen hebben. 's Nachts of als het warm is, kan je pijn verergeren. Pijn kan ook komen door spierstijfheid, een verkeerde houding, te weinig beweging of verstopping.
MS komt bijvoorbeeld minder vaak voor in landen rondom de evenaar. Daarom wordt er veel onderzoek gedaan naar de rol van zonlicht en vitamine D, maar ook andere omgevingsfactoren zoals dieet. Verder heb je meer kans op MS als je rookt en overgewicht hebt. Ook sommige virussen kunnen het risico op MS vergroten.
Het stellen van de diagnose MS is complex, omdat er geen specifieke MS-test bestaat. Een neuroloog baseert zijn diagnose op de klachten, MRI-scans, bloedwaarden en eventueel een ruggenprik.
Om meer te weten, moet een arts je hersenen en ruggenmerg bestuderen. Dit kan op twee manieren; via een MRI-scan of een ruggenmergvochtonderzoek. Bij een MRI-scan kan de arts witte plekken zien in de hersenen en ruggenmerg. Ook daardoor kan hij of zij de diagnose MS stellen.
Neurogene pijn is de meest voorkomende pijn bij MS. Het gaat hier om een constante, eentonige, intens brandende of tintelende pijn, vooral in de benen.
MS is geen dodelijke ziekte. Het komt maar zelden voor dat iemand overlijdt aan de directe gevolgen van MS. Wel is het zo dat mensen in een laat stadium kunnen overlijden aan de indirecte gevolgen (complicaties). Door MS kan slijm soms moeilijk worden opgehoest, waardoor er longontsteking kan ontstaan.
Multiple sclerose (MS) wordt gekenmerkt door ontstekingen in het centraal zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg). Bij MS passeren ontstekingscellen de bloed-hersenbarrière (BHB), die gewoonlijk geen cellen doorlaat. De BHB functioneert dus niet goed bij MS.
MS is geen dodelijke ziekte. Het is een chronische, progressieve aandoening die vaak levenslang zorg dan wel medicatie behoeft.
Iedereen voelt zich wel eens moe; ook na een gewone dag. Mensen met MS verschillen echter van mensen zonder MS in meerdere opzichten. Sommigen worden al heel moe wakker of worden bij het uitvoeren van activiteiten sneller moe.Anderen herstellen moeilijk na inspanning en bouwen zo gedurende de dag hun vermoeidheid op.
Zwakte in de spieren bij benen en heupen herken je bijvoorbeeld zo: Benen voelen zwaar en vermoeid aan bij het lopen. Problemen bij het traplopen. Moeite bij het opstaan uit een stoel.
MS en alcohol
Er is vooralsnog geen duidelijke relatie aangetoond tussen alcohol en het beloop van MS. Wel is bekend dat alcohol in het algemeen effect heeft op de werking van de kleine hersenen (onderdeel van het centrale zenuwstelsel) die met name zorgen voor de coördinatie van bewegingen en daarmee ook de spraak.
Het merendeel van de mensen met MS ervaart problemen met evenwicht en coördinatie. Als je evenwicht en coördinatie verstoord zijn, raak je sneller uit balans, het lopen gaat minder vloeiend, soms meer wijdbeens en je hebt meer risico op vallen. Ook kan het lastig zijn om te zitten zonder steun.
Op geen enkel tijdstip vertonen die patiënten perioden van uitgesproken verergering of verbetering. De evolutie verloopt dus zeer langzaam, en de verergering is over vele jaren gespreid. Men kan ook diverse vormen van MS onderscheiden op basis van de ernst van de evolutie.
In de hersenen en het ruggenmerg ontstaan ontstekingen, die meestal een paar millimeter tot een centimeter groot zijn. Hierdoor raakt de myeline (de isolerende laag om de zenuwen) beschadigd, waardoor de zenuwen signalen niet goed kunnen doorgeven. Op den duur kan ook de zenuw zelf beschadigd raken.
Het medicijn ponesimod komt als beste uit het model. Dit middel gaat terugval door MS tegen. Het model vergelijkt middelen van verschillende fabrikanten.
Voorzichtig met hoge temperaturen
Door hoge temperaturen kunnen nieuwe MS-klachten ontstaan of kunnen al bestaande klachten verergeren. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren bij heet douchen of baden, zonnebaden en in de sauna.
Er is geen medicijn tegen MS om je beter te maken. Er zijn medicijnen en behandelingen die de klachten minder kunnen maken. En de ziekte helpen remmen. Hoe de ziekte verder gaat, verschilt: sommige mensen hebben later een rolstoel nodig, de meesten niet.