Vaak gaat een overproductie gepaard met een sterke melkstroom. De baby kan veel lucht binnenkrijgen, zich verslikken en kokhalzen tijdens de voeding. Ook kan er sprake zijn van een onbalans in de lactose-vetverhouding, waardoor de baby meer last kan krijgen van krampen en waterig groene ontlasting heeft.
Wanneer de baby laat zien dat hij klaar is met drinken (wegdraaien van hoofd, wegduwen van fles enzovoort), dan is dit het moment is om te stoppen met voeden, of de fles nu leeg is of niet. Overvoeding kan leiden tot kramp, spugen en overgewicht.
Van te veel flesvoeding kan je kind te zwaar worden. Een voeding duurt 20-30 minuten. Geef het flesje in ieder geval niet langer dan een half uur en gooi restjes weg. Duurt een voeding korter dan 20 minuten, neem dan af en toe een pauze.
Een baby die moedermelk uit de fles krijgt, kán langer of meer drinken dan hij aan de borst zou doen. Dat komt doordat een baby voor drinken aan de borst harder moet werken dan voor drinken uit een fles.
Als een kind te snel drinkt kan er ook los johannesbroodpitmeel toegevoegd worden aan het flesje, om de voeding in te dikken. Hierdoor gaat een kind dan langzamer drinken. Je kunt ook een speen met een kleiner gaatje proberen, zodat je baby langer over z'n fles doet.
Geef je kind op een dag ongeveer 150 milliliter voeding per kilo van zijn gewicht. Als je kind 5 kilo weegt, heeft het op een dag dus ongeveer 750 milliliter voeding nodig. Dat zijn dus bijvoorbeeld 10 flesjes van 75 ml, of 9 flesjes van 80-85 ml. Dit is echt een richtlijn en geen wet.
De ene baby wil vaker drinken en heeft meer honger dan de andere. Zowel voor borstvoeding als voor flesvoeding geldt: als uw baby duidelijk laat merken dat hij honger heeft, dan is het tijd om te voeden. U voedt dus op verzoek van uw baby. Niet iedere baby drinkt even vaak en even veel.
Een voeding zou rond de 20-30 minuten moeten duren. Als je baby de fles sneller leeg heeft, kijk dan eerst nog eens kritisch naar je voedhouding. Is de houding goed, kies dan voor een speen met een kleiner gaatje. Of las om de 20 slokken een kleine pauze in.
Borstvoeding geeft u op verzoek of ongeveer om de drie uur. Ook bij flesvoeding kunt u kiezen voor voeden op verzoek of ongeveer om de drie tot vier uur. Als uw baby overdag een langer dutje doet, kunt u hier vier uur tussen twee voedingen aanhouden.
We hebben het over een hongerige baby als een baby zich na een voeding weer snel meldt, binnen pakweg 2 uur. Leg je baby gerust aan. De samenstelling en ook hoeveelheid van de moedermelk past zich vanzelf aan aan wat je baby nodig heeft.
Nutrilon Forte 1 is een volledige zuigelingenvoeding op basis van melk voor kindjes van 0 tot 6 maanden. Deze flesvoeding is geschikt vanaf de geboorte. Borstvoeding is de beste voeding voor je baby.
Meng de melkpoeder goed met het water door te roeren of de fles te zwenken (rustig wenden, keren). Dus niet schudden. Door het schudden komen er luchtbelletjes in de voeding en kan je baby krampjes krijgen.
Tekenen dat je baby vol zit
Het is de eerste dagen nog zo klein, dat er niet meer dan 10 ml in past. Na 2 maanden zit dit rond de 60 ml. Daarbij wordt je baby geboren met een natuurlijk gevoel voor honger en verzadiging. Hij voelt dus heel goed wanneer hij vol zit en geeft dit meestal zelf ook aan.
Baby's geven heel makkelijk wat voeding terug, dat komt doordat het maagklepje bij baby's de maag nog niet goed afsluit.
Oververmoeidheid herkennen
Wrijft je baby veel in de ogen? Net als gapen, huilen en wegkijken is dit een typisch signaal een oververmoeide baby. Ook rood rondom de oogjes is een bekend teken dat een baby moe of oververmoeid is. Veel oververmoeide baby's komen lastig in slaap.
Bij flesvoeding kun je van 6 voedingen naar 5 voedingen wanneer je baby er aan toe is. Dit is meestal rond de 6 weken. Omdat je één voeding minder geeft kun je meer voeding aanbieden bij flesvoeding waardoor je baby meer tevreden is na de voeding en het langer vol kan houden.
Dit gebeurt vaak weer als je baby ongeveer 6 maanden oud is. De meeste baby's slapen dan acht uur per nacht achter elkaar, bijvoorbeeld van 23.00 uur tot 7.00 uur. Over het algemeen zijn nachtvoedingen dan niet meer nodig. Vanaf ongeveer 9 maanden kan je baby van 19.00 uur tot 7.00 uur doorslapen.
Een baby die vaak oprispingen heeft, heeft minder last als hij of zij 20 tot 30 minuten rechtop gehouden wordt na de voeding. Huilt je baby een tijdje na de voeding nog of blijft hij of zij onrustig, probeer dan opnieuw om hem te laten boeren.
Normaal wordt melkvoeding op lichaamstemperatuur (ongeveer 37 °C) gegeven. Je mag ze ook op kamertemperatuur (ongeveer 20 °C) geven. Geef het flesje sowieso niet te koud, maar laat ze ook niet koken. Het is aangeraden water maximaal 2 à 3 dagen in de koelkast (voorkeur HGR) te bewaren.
Als je te weinig melk of een vertraagde toeschietreflex hebt, kan je kind ook onrustig aan de borst drinken. Als je kind onrustig aan de borst drinkt, minder plast (en in de eerste weken minder poept), bijna niet tevreden is en/of minder goed gaat groeien, dan kan het zijn dat je melkproductie niet meer voldoende is.
Er zijn verschillende houdingen waarin u de fles kunt geven. Bijvoorbeeld goed gesteund rechtop of liggend op de zij. Dit kan goed in combinatie met borstvoeding of wanneer uw baby te vroeg en of te klein geboren is.
Tijdens de regeldagen worden vraag en aanbod opnieuw op elkaar afgestemd. Meestal valt de vraag van je baby naar meer voedingen samen met een groeispurt. Je baby groeit, heeft behoefte aan een grotere hoeveelheid moedermelk en regelt dat zelf door vaker te gaan drinken. Dit is normaal gedrag van je baby.
De algemene richtlijn stelt: geef je baby 150 milliliter per kilo van zijn of haar gewicht, per 24 uur. Voorbeeld: is je kindje 4 kilo, dan zal hij of zij ongeveer 600 milliliter melk nodig hebben.
Als je toegeeft aan je baby's vraag, dus meer gaat voeden, dan duren de regeldagen meestal echt maar een paar dagen (2-3 dagen). Dan is vraag een aanbod weer op elkaar afgestemd en heb je je tevreden kindje weer terug... Vooral de regeldagen op de 9e dag zijn erg vervelend.