Zwangerschapscomplicaties, infectieziekten of psychosociale stress kunnen bijvoorbeeld mogelijk Tourette triggeren. We weten dat bij een deel van de kinderen Tourette begint met een infectie, bijvoorbeeld een keelontsteking. Ze krijgen dan een explosie van tics die plotseling ontstaan.
Niet iedereen krijgt Tourette. Het wordt voor een belangrijk deel al voor je geboorte bepaald. Je hebt er dan al aanleg voor, maar de tics komen vaak pas als je een jaar of zes of ouder bent.
Het lijkt een combinatie van factoren te zijn, waardoor er een vergrote gevoeligheid ontstaat voor het krijgen van tics. Zo is bijvoorbeeld Gilles de la Tourette erfelijk, maar er zijn ook andere oorzaken die regelmatig genoemd worden: genetische aanleg (de aandoening komt vaker voor in bepaalde families)
De precieze oorzaak van Gilles de la Tourette is niet bekend. Wat we wel weten is dat genetische aanleg een rol speelt. Daarbij is waarschijnlijk niet één gen betrokken, maar meerdere genen. Vervolgens zijn er één of meerdere 'triggers' voor nodig om de tics tot uiting te laten komen.
De eerste tics beginnen meestal rond de leeftijd van 6 jaar. Soms doen ze zich pas later voor, maar in principe voor het 21e levensjaar. De tics kunnen je hele leven blijven. Maar in meer dan de helft van gevallen worden het aantal en de intensiteit van de tics minder rond de pubertijd.
Kenmerken van Tourette
Het belangrijkste kenmerk van Tourette is het hebben van tics: plotselinge bewegingen en geluiden waar je weinig controle over hebt. Iedereen heeft weer andere tics. Zo kan het zijn dat je steeds snel knipoogt, met je hoofd schudt, of je schouders optrekt.
Aanleg is een belangrijke factor bij het ontstaan van Gilles de la Tourette. Daarbij speelt erfelijkheid een belangrijke rol: de aandoening komt in bepaalde families vaker voor. Mensen met Tourette vangen vaak veel meer prikkels uit de omgeving op dan andere mensen. Deze prikkels verwerken ze dan door middel van tics.
Tourette gaat vaak samen met andere aandoeningen, voornamelijk ADHD en OCD (dwangneurose) en minder vaak ook ASS (autisme spectrum stoornis). Mensen met Tourette zijn extra gevoelig voor onder andere depressie, angststoornissen, slaap- en concentratieproblemen.
Heftige prikkels, angst, stress en vermoeidheid kunnen de tics verergeren. Niet iedereen die last heeft van tics, heeft Gilles de la Tourette. De aandoening moet worden vastgesteld door een psychiater of neuroloog.
De oorzaak van tic-stoornissen is niet volledig duidelijk, maar vermoedelijk zijn ze voor een groot deel genetisch bepaald, in combinatie met bepaalde omgevingsfactoren, zoals angst, emotionele stress en vermoeidheid.
De meeste tics verdwijnen weer na enkele maanden tot een jaar. Een tic is een plotselinge, onwillekeurige, snelle, herhaalde, niet ritmische motorische beweging of vocale uiting. Een persoon met een tic heeft het gevoel deze tic moeilijk of niet te kunnen tegen houden, de tic wordt ervaren als onbedwingbaar.
Waarschijnlijk gaat het niet om één gen, maar om een samenwerking van verschillende genen. Iemand met genetische aanleg ontwikkelt in combinatie met omgevingsfactoren tics en andere symptomen van Tourette.
GTS is niet te genezen. De behandeling richt zich op het verminderen van de kenmerken. Dit kan met gedragstherapie en medicijnen. Het is belangrijk dat mensen in de omgeving van iemand met GTS begrip hebben voor degene die de tics heeft.
Motorische tics: soms snelle, plotselinge, herhaalde, schijnbaar doelloze bewegingen. Soms echter zijn de tics complex en langzaam, waardoor ze opzettelijk lijken. De motorische tics bij tourette kunnen heel onopvallend zijn.
Het syndroom is vernoemd naar de Franse neuroloog Georges Gilles de la Tourette (1857-1904). Het syndroom is een genetische, erfelijke en neurologische aanlegstoornis die gekenmerkt wordt door motorische en vocale tics.
Soms zijn er voor één tic meerdere tegenbewegingen te bedenken. En ook voor geluidentics (kuchen, keelschrapen, dingen roepen) zijn 'tegenbewegingen' te bedenken. Dan kun je bijvoorbeeld iets met je ademhaling doen (kun jij bijvoorbeeld je neus ophalen terwijl je door je neus uitademt?).
Antipsychotia kunnen soms helpen tics te onderdrukken. Voorbeelden zijn haloperidol, olanzapine, pimozide en risperidon. Cannabis wordt gebruikt bij het syndroom van Gilles de la Tourette. Het gaat de tics tegen.
Stotteren is gerelateerd aan het extrapiramidaal motore systeem en vertoont veel klinische overeenkomsten met TS dat ook veroorzaakt wordt door een extrapiramidale disfunctie. Deze bevindingen wijzen er met grote waarschijnlijkheid op dat stotteren en Tourette syndroom pathogenetisch verwant zijn.
'Fladderen' met de handen of armen; Springen bij opwinding; Lopen op hun tenen; Of maken stereotiepe bewegingen.
Onder deze beperkingen vallen onder andere: Licht verstandelijke beperking, Ernstig meervoudige beperking, Autisme, Moeilijk verstaanbaar gedrag, Doofblindheid, Prader Willi Syndroom, Syndroom van Down, Syndroom van Gilles de la Tourette, Smith Magenis Syndroom en Foetaal Alcohol Syndroom.
Eentje die heel vervelend kan zijn voor wie hier last van krijgt: tics door stress. Wanneer je kampt met te veel stress, kun je impulsen niet goed genoeg verwerken. Dit kan zich dus ook fysiek gaan uiten, onder andere in tics (zenuwtrekjes) door stress. Heb je hier last van, dan kan dit zeer vervelend zijn.
Hoe vaak komt het voor? Ongeveer 1 op de 1.000 personen heeft Gilles de la Tourette. Mannen hebben vaker GTS dan vrouwen.
De ziekte van Huntington is een erfelijke neurodegeneratieve ziekte waarbij bepaalde groepen zenuwcellen in de hersenen langzaam afsterven. De ziekte veroorzaakt motorische, cognitieve en psychiatrische symptomen.
Aangezien de tics niet onder contrôle te brengen zijn, heeft een beloningssysteem geen zin. Zo weinig mogelijk aandacht aan schenken is het beste voor iedereen. Tics gericht op personen zijn altijd onaanvaardbaar (maar kunnen wel uitgelokt zijn). Formuleer regels positief.
Mensen met een dwangstoornis zijn bang dat iets helemaal misgaat en controleren daarom steeds of de deur op slot zit of wassen constant hun handen omdat ze heel erg bang zijn om ziek te worden. Als je een tic hebt dan beweegt jouw lichaam zonder dat jij dat wilt.