Het isolatiemateriaal om het elektriciteitssnoer moet je eerst strippen met een striptang. Vervolgens strip je ook een gedeelte van het isolatiemateriaal van de twee draden in het snoer. De twee gestripte uiteindes kan je vastzetten in de stekker en hiermee is het elektriciteitssnoer veilig ingekort.
Blauw: Nuldraad (afvoerdraad van de stroom)
Hoe verleng je een stroomkabel? Het traditionele antwoord is: met een lasklemmen. Zowel stijve als soepele kabels kunnen verbonden worden met kroonstenen. Het enige gereedschap dat je nodig hebt is een tangetje, een kleine schroevendraaier en een draadstripper (of een scherp mesje).
Je mag maximaal 2 dozen doorlassen. Het maakt geen verschil of je ze met doppen oplast of op de klemmen doorlast.
Verschillende soorten lasklemmen
Met een 2-polige klem kun je enkel een draad doorverbinden en met een 3-polige klem kun je eventueel ook een elektriciteitsdraad splitten. Door het splitten van een draad kun je stroom aftakken naar meerdere elektrapunten, bijvoorbeeld naar een schakelaar, stopcontact, etc.
Bruin of zwart maakt niet uit. Ze mogen aan elkaar.
De schakeldraad is zwart, deze wordt gebruikt om stroom vanaf een wandschakelaar naar het armatuur (de lamp). Sluit de zwarte draad aan op de bruine draad aan.
Een zwart stroomdraad heet ook wel schakeldraad. Zoals de naam van deze kleur stroomdraad al doet vermoeden, wordt de schakeldraad gebruikt na een schakelaar in huis. U kunt dit type stroomdraad zien als een verlenging van de bruine stroomdraad. Het verschil hierbij is dat er op een fasedraad ook altijd spanning staat.
De nuldraad of de nulleider is de draad die meestal elektrisch gekoppeld is met de aarde, hij wordt daarom ook wel de neutrale geleider genoemd. Omdat de nuldraad elektriciteit terugleidt staat deze onder spanning, het is daarom belangrijk dat je de draad niet aanraakt, tenzij de stroom eraf is gehaald natuurlijk.
Spanning kan zonder stroom, stroom kan niet zonder spanning. Dat is logisch. Als de kraan dicht zit verplaatst het water in de leiding zich niet terwijl er wel druk op staat. Andersom kan stroming niet zonder druk.
De bruine draad is de fasedraad en zorgt voor de stroomtoevoer. Hier staat altijd spanning op. De blauwe draad zorgt voor de afvoer van stroom.
Fasedraad wordt met de letter 'L' aangeduid dat staat voor het Engelse woord 'live'. Er worden ook wel drie fasedraden gebruikt. Dan is de aanduiding L1, L2, L3 voor de verschillende schakeldraden. De afkorting 'N' staat voor het Engelse woord 'neutral'.
Er wordt vaak expliciet vermeld dat de rode kabel op de plus polen moet en de zwarte op de min polen. Maar waarom is dat zo? Beide kabels zien er (los van het kleurverschil) hetzelfde uit en het draad is in beide gevallen even dik.
Stroom bestaat uit + en -. In je huis is de plusdraad bruin gekleurd en de - draad blauw.
Voor de werking maakt het niets uit. Maar de nul zit normaal op de schroefdraad van de fitting en de spanning op de stift, dit voorkomt dat je bij uitdraaien van een lamp onder spanning kan komen. Een aardlek kan altijd weigeren!
Grijs is de vroegere kleur van aarde, nu dus groen/geel. Makkelijkst is kijken aan de andere kant van de kabel hoe hij aangesloten zit. Ware het niet je in de tijd van grijs aarde je groen de fase had en rood de nul.
Een schakeldraad mag namelijk zwart of grijs zijn. En dus niet bruin.
De nuldraad (blauw) gaat alleen naar de lamp omdat deze bij de schakelaar niet nodig is. De lamp verbruikt namelijk elektriciteit en niet de schakelaar. In een domoticasysteem is elk onderdeel actief en gebruikt dus elektriciteit. Dus dan heb je een bruine + blauwe draad nodig.
De bruine en blauwe draad kunt u zowel links als rechts aansluiten. Het is alleen wel van belang dat zowel de ingaande als uitgaande kabels van dezelfde kleur maar aan één kant zitten.
Elektrische draden verbinden met een lasdop
Na de kroonsteen werd de lasdop ontwikkeld om draden met elkaar te verbinden. De lasdop is een klein dopje die over de draden wordt gedraaid zodat de draden met elkaar worden verbonden. Lees meer over de lasdop en het gebruik van een lasdop.
Wilt u weten hoeveel Watt u op een groep kunt aansluiten, dan vermenigvuldigt u de stroomsterkte met de spanning op het stopcontact. Dit betekent dat u in het beschreven voorbeeld 3.520 Watt op een groep aan mag sluiten: 16 x 220. U kunt ook zeggen, dat er op een groep 3,52 kW mag worden aangesloten.
De fasedraad is een elektriciteitsdraad met een bruin omhulsel die zorgt voor de toevoer van stroom naar elektrische apparaten. De spanning die een fasedraad voert, bedraagt 230 volt. Samen zorgen de fasedraad en de nuldraad voor het transport van stroom naar elektrische apparaten en vanaf elektrische apparaten.