Als u niet rookt of gerookt heeft, is de kans dat u COPD krijgt heel klein. COPD geeft klachten zoals: veel hoesten, benauwd zijn, slijm ophoesten en moe zijn.
Er zijn ook mensen die slachtoffer worden van deze ziekte, zonder ooit een sigaret aangeraakt te hebben. Recent onderzoek laat zien dat COPD dan ook door andere factoren veroorzaakt kan worden; door de grootte van de luchtwegen en door een erfelijk eiwittekort.
De meeste mensen krijgen COPD door jarenlang roken. Maar ook mensen die zelf nooit gerookt hebben kunnen COPD krijgen, bijvoorbeeld door meeroken, luchtvervuiling (waaronder fijn stof), schadelijke stoffen op het werk of een erfelijke ziekte.
Mensen met beginnend COPD hoesten veel. Het begint vaak met een zogeheten 'rokershoestje'. Daarbij wordt nogal eens slijm opgehoest. Sommigen hebben ook last van kortademigheid of een piepende ademhaling tijdens inspanning.
COPD staat voor 'chronic obstructive pulmonary disease'. Bij COPD hebt u last van vernauwing van de luchtwegen als gevolg van ontsteking en kunnen de longen ook beschadigd zijn. Hierdoor ontstaat vervolgens benauwdheid. COPD wordt meestal veroorzaakt door roken.
COPD is een ziekte van de longen die niet kan genezen. Dit komt bijna altijd door roken. Klachten zijn hoesten, slijm, benauwd zijn of moe zijn. Stoppen met roken, bewegen en gezond eten zijn heel belangrijk bij COPD.
Via verschillende mechanismen zou COPD tot pijn kunnen leiden. Door systemische inflammatie kan neuropathische pijn ontstaan. Maar ook spieratrofie en osteoporose, die vooral bij ernstige COPD een rol spelen, kunnen pijn veroorzaken.
Meestal zijn de slijmen helder wit of gelig. Gekleurde fluimen en bloed in de fluimen kan wijzen op infectie of andere aandoening en rapporteert u best aan de huisarts. Een veel voorkomende klacht bij COPD is benauwd zijn of het continue gevoel te hebben van een tekort aan lucht. Sommige hebben een piepende ademhaling.
Sommige mensen met COPD hebben extra last van warm weer, of van koud en vochtig weer. Koude en vochtige lucht kan de longen prikkelen. Je kunt je daar op kleden of, in overleg met je arts, je medicijnen meer of minder gebruiken. Lees de tips bij koud weer.
Als je COPD hebt, heb je lichamelijke klachten. Maar je kunt ook andere klachten hebben, zoals: bang zijn om te stikken. Of heel erg somber zijn over jouw ziekte en nergens meer zin in hebben.
Risicogroepen: COPD komt vooral vóór boven de leeftijd van 45 jaar. Het komt vaker voor bij mensen met een lage opleiding dan bij mensen met een hoge opleiding. Dit komt grotendeels doordat lager opgeleiden meer roken dan hoger opgeleiden.
Levensverwachting bij COPD
Genezen van COPD kan helaas niet. Een gezonde manier van leven en de juiste behandeling kunnen invloed hebben op het verloop van de ziekte en hoe ernstig uw klachten zijn. Hoe oud u kunt worden met COPD is daarom moeilijk te zeggen.
De longfunctietest kan bij je huisarts worden uitgevoerd, maar ook in het ziekenhuis, of een speciaal laboratorium. Een longfunctietest is een soort blaastest. Deze wordt ook wel spirometrie genoemd. De arts weet door deze test hoe goed je longen werken en of er sprake is van vernauwing van je luchtwegen.
Lange tijd werd gedacht dat schade aan de longen blijvend en onomkeerbaar was. Uit recenter onderzoek blijkt echter dat dit niet waar is. Ondanks dat er schade kan blijven bestaan, herstellen de longen beter dan aanvankelijk werd gedacht. Dit komt omdat nooit alle longcellen beschadigd raken door het roken.
Voor mensen met COPD kan het BIPAP-apparaat letterlijk een verademing zijn. 'Waar de CPAP helpt met inademen, ondersteunt de BIPAP bij in- en uitademen. In ons ziekenhuis stellen we het in voor mensen met ernstig COPD om 's nachts thuis te gebruiken. Sommigen gebruiken het ook als ze tussen de middag rusten.
Een longfunctie-test is een onderzoek om te kijken of u COPD heeft. Op een longfoto is dit niet te zien. Bij dit onderzoek meet de praktijkondersteuner hoe goed uw longen werken (de longfunctie): hoeveel lucht u maximaal kunt uitademen na rustig diep inademen.
Als je als patiënt je goed aan de beweeg- en leefregels houdt, kan COPD heel lang stabiel blijven. Belangrijk is het zoveel mogelijk voorkomen van eerder genoemde longaanvallen. Dat kan dus dankzij telemonitoring en daarbij hebben wij een longaanval-actieplan ontwikkeld.
Medicijngebruik. Luchtwegverwijders en ontstekingsremmers zijn de belangrijkste medicijnen bij de behandeling van COPD. Luchtwegverwijders zorgen ervoor dat de spiertjes rondom de luchtwegen verslappen, waardoor de luchtwegen bijna direct verwijden en de kortademigheid vermindert.
COPD is een longziekte die niet meer overgaat. De ziekte kan veel invloed hebben op het dagelijks leven. De longen en luchtwegen zijn beschadigd, waardoor iemand moeilijker ademt. COPD is helaas nog niet te genezen, maar er zijn wel verschillende behandelingen mogelijk.
Als je benauwd bent, voelt het alsof je niet genoeg adem en lucht krijgt. Andere woorden die gebruikt worden voor benauwdheid zijn: kortademigheid, buiten adem zijn, ademnood, of naar lucht happen. Met een moeilijk woord wordt benauwdheid ook wel dyspneu genoemd.
Je kunt niet genezen van COPD, maar je hebt wél invloed op het verloop van de ziekte. Daarom is leefstijlverbetering – bijvoorbeeld stoppen met roken – belangrijk. Met alleen medicatie blus je een brand.
In de eerste stadia van COPD hebben veel mensen niet eens door dat ze mogelijk een ernstige ziekte hebben. Ze merken misschien wel dat ze kortademig zijn, maar gaan vaak niet naar de dokter tot de klachten erger worden. Matige COPD kan leiden tot meer hoesten en de productie van slijm.
Veel mensen met een longziekte hebben moeheid als klacht. Daarom is het goed om naar de huisarts te gaan als één (of meer) van de volgende beweringen voor jou geldt: Je bent zo snel moe dat je je dagelijkse bezigheden niet meer kan doen. Je bent moe en kortademig of benauwd, in rust of bij inspanning.