Wanneer je al je bollen in de doos hebt gelegd, kun je deze het beste koel, droog en donker bewaren. Bijvoorbeeld in een vorstvrije garage, kelder of bijkeuken. Je kunt dus ieder jaar genieten van dezelfde bloembollen, zolang je de bloembollen met zorg bewaart!
Bewaar de bloembollen in een kistje, eierdoos of een kartonnen doos. In een kartonnen doos leg je de bollen laag voor laag met daartussen steeds een laag kranten. De meeste bloembollen kun je goed bewaren bij een gemiddelde kamertemperatuur van rond de 18-21 ºC.
De meeste zomerbloeiende bloembollen kunnen niet in de grond blijven zitten, omdat ze niet winterhard zijn. Om het volgende jaar van dezelfde bloembollen te genieten, kunnen de bloembollen opgegraven en bewaard worden.
Geniet volgend jaar weer van uw Tulpen
Laat loof zitten en plant 1-jarige planten bij uw Tulpen. U kunt de bloembollen na de bloei opgraven en bewaren of ze 2-3 jaar laten zitten. Tulpenbollen die in de grond blijven bloemen produceren. De tulpen zullen wel elk jaar kleiner worden.
Bloembollen zijn onderverdeeld in drie soorten: enkeljarige, meerjarige en verwilderingsbollen. Enkeljarige bollen bloeien het eerste jaar op hun allermooist, en komen het volgende jaar ook nog op. Na verloop van tijd is de bloei over. Meerjarige bollen zijn bloembollen die meerdere jaren achterelkaar bloeien.
Uitgebloeide bollen in potten
Dan kun je simpelweg de potten uit het zicht zetten. Ook kun je ervoor kiezen om de bollen met kluit en al uit je mooie potten te halen, om ze in een plastic pot op een andere plek te laten afsterven. Op die manier kun je andere planten in je mooie pot zetten.
Plant uitgebloeide bloembollen opnieuw in en geniet het jaar erop weer van voorjaarsbloeiers. In het vroege voorjaar en daarna kun je enorm genieten van eenjarige en meerjarige planten, zoals bloeiende tulpen, hyacinten, narcissen en blauwe druifjes.
Verwilderingsbollen zoals lenteklokjes, krokussen, narcissen, sneeuwklokjes en sterhyacinten, lijken een beetje op meerjarige bollen. Je hoeft ze ook maar een enkele keer te planten en dan komen ze ieder jaar terug. Daarbovenop vermeerderen deze bollen zich ook, zonder dat je er iets aan hoeft te doen.
Zodra de bloembollen in de huiskamer uitgebloeid zijn, kunnen ze op een beschutte plaats buiten gezet worden. Laat ze daar maar rustig afsterven en verwijder alleen de zaaddozen. Zorg wel dat ze niet te nat staan.
Voorbeelden van meerjarige bloembollen zijn Oosterse anemonen (Anemone blanda), sneeuwroem (Chionodoxa), boshyacinten (Hyacinthoides) en buishyacinten (Puschkinia). De derde soort zijn verwilderingsbollen.
Tulpen kan je zelfs nog in januari planten. Wel moet je er rekening mee houden dat ze wat later zullen bloeien. Om er zeker van te zijn dat je bloembollen dit voorjaar nog bloeien, kies je beter niet voor soorten die te vroeg bloeien.
November is daarom meestal de beste tijd voor het planten van tulpenbollen. Maar zelfs met planten in december of januari voor bloei in het voorjaar kom je meestal nog weg.
Als de bloembollen nog stevig zijn, kun je ze het beste direct planten. Bloembollen zijn levende planten, geen zaad, waardoor ze uitdrogen als je te lang wacht. Maak de bloembollen eerst koud in de koelkast voor gebruik binnen als gebroeide bollen. Je kunt ze ook direct in de grond buiten planten.
Niet-gecultiveerde bolgewassen, zoals de meeste krokussen en narcissen, kunnen verwilderen en dus blijven zitten.
Zijn bloembollen winterhard? De voorjaarsbloeiende bloembollen zoals krokussen en hyacinten zijn winterhard en kan je gewoon in de grond laten zitten. Het jaar erop komen ze weer terug. De meeste zomerbloeiende bloembollen zijn wel vorstgevoelig en moet je dus rooien en op een droge, koele en vorstvrije plek bewaren.
De knollen van gladiolen kunnen in het nieuwe jaar namelijk weer prima in de grond gezet worden. Als je dit wilt doen, is het wel belangrijk dat je de knollen op tijd uit de grond haalt en opbergt.
4 Bloempjes
De meeste sieruien hebben een ronde bloeiwijze, bestaande uit vele miniscule bloempjes. Bij sommige, zoals Allium 'Globemaster', staan die bloempjes dicht op elkaar en vormen zo echt een kogelronde bol.
De methode die het meest wordt toegepast is de vegetatieve vermeerdering: broedbollen, zijbollen, spanen, schubben, stekken, kralen, klisters of hollen. Alleen via vegetatieve vermeerdering is het mogelijk een nieuwe partij bloembollen te telen met hetzelfde uiterlijk en eigenschappen als de oorspronkelijke plant.
Soms wel 2 of 3 bij iedere bol maar vaak zijn het er minder. Deze kleine bolletjes mik ik altijd weg, ze zullen zeker geen bloem geven volgend jaar. U moet er vaak zelfs 2 jaar op passen voor ze weer groot genoeg zijn om te bloeien. Het kan ook gebeuren dat u alleen maar kleine bolletjes vindt in de oude tulpenbol.
Zijn de tulpen uitgebloeid? Dan is het beter om de bloemen eruit te knippen. Zo voorkom je dat er zaad wordt gevormd, iets wat de bol veel energie kost. De bollen van grootbloemige tulpen kun je na de bloei het beste uit de grond halen en op een warme, droge plek bewaren.
Ze komen elk jaar terug. De meeste tulpenbollen moet je jaarlijks rooien en in het najaar opnieuw planten. Trek ze uit als ze zijn uitgebloeid. Kuil ze op in een verloren hoekje in de tuin.
Enkeljarige bollen bloeien het eerste jaar op hun allermooist, en komen het volgende jaar ook nog op. Na verloop van tijd is de bloei over. Meerjarige bollen zijn bloembollen die meerdere jaren achterelkaar bloeien. Verwilderingsbollen komen ook ieder jaar terug, maar breiden zich ook nog eens uit.
TULIPA - langstelige tulp
Mits op de juiste plek geplant (voedzaam en zonnig) komen deze soorten ieder jaar terug. - Plant de tulpen op een zonnige warme plek. Ook zomers hebben tulpen warmte nodig voor de ontwikkeling van de bloemknop voor het volgende jaar.
Bewaar de knollen in een kistje en bedek ze met droge turfmolm of zaagsel. Zet het kistje op een koele, donkere plaats. De knollen mogen niet te nat zijn maar ook niet indrogen. Vergeet ze niet te labelen anders weet je volgend voorjaar niet meer welke je waar moet planten.