In april 2022 staan er meer huizen te koop dan het laatste kwartaal van 2021. Dit betekent dat prijzen nog steeds dalen. Kopers die in 2021 en 2022 hebben gekocht zullen een groot gedeelte van het overboden bedrag als sneeuw voor de zon zien verdwijnen. In een onstabiele huizenmarkt is de vraag minder.
Dit zijn de maanden mei, juli, oktober, november en december. Als de gemiddelde verkooptijd tot aan de overdracht gemiddeld 3 maanden is kun je concluderen dat er meer huizen in de lente en de herfst te koop worden gezet. In de maand december zijn er verreweg de meeste overdrachten.
Zo publiceerde de Rabobank in september 2020 een prognose van 0,6 procent daling in 2021 en zelfs 2,6 procent daling in 2022. In juni 2021 voorspelden ze een stijging van 10,9 procent voor dit jaar en een verdere stijging van 4,6 procent in 2020.
Huizenprijzen blijven stijgen, maar minder hard
De afgelopen maanden hebben verschillende economische bureaus hun verwachting gegeven (en ook weer bijgesteld). Rabobank verwacht een huizenprijsstijging in 2022 van 16,1%. De meest recente verwachting van ABN AMRO is een prijsstijging van 15,2%.
Veel mensen geven uiteindelijk toch de voorkeur aan het kopen van een eigen huis als dat financieel mogelijk is, want ondanks de crisis stijgen veel huren gewoon door. Door een slimme keuze te maken wat betreft de rentevaste periode, kun je bij een koopwoning juist je woonlasten relatief zeker maken.
Door een huis te kopen blijven je maandlasten relatief zeker, terwijl de huren maar door blijven stijgen. Door maandelijks je hypotheek te betalen los je in de op de hypotheek en bouw je waarde op, terwijl je je huur maandelijks weg geeft.
Verwachting huizenprijzen 2030
Als we kijken naar een huizenprijzen grafiek die tot 2030 gaat, dan zien we nog steeds een grote vraag naar koopwoningen. Met name doorstromers en starters voeren de druk op waarbij de woningen tot 250.000 euro het meeste in trek zijn.
Huizenkopers doen er verstandig aan rekening te houden met de huizenprijsontwikkeling. De gemiddelde Nederlandse huizenprijzen stijgen tot 2025 minder snel dan vroeger: zo'n 2% per jaar. De verschillen tussen provincies en binnen provincies worden steeds groter.
De huidige prijsstijging op de huizenmarkt doet meer dan de helft van de consumenten denken aan zeepbelvorming. Toch is er in Nederland – gemiddeld genomen – geen sprake van een zeepbel, aldus het ING Economisch Bureau.
Er is ook steeds minder keuze, wat de prijzen opdrijft. Daarnaast loopt de woningproductie juist achter. Er zouden jaarlijks 90.000 nieuwbouwwoningen bij moeten komen om de achterstand in te halen. De afgelopen jaren zijn de hypotheekregels strenger geworden.
Bezichtig altijd meerdere woningen voordat je een keuze maakt. Bekijk ook woningen die wellicht niet je eerste keuze zijn. Het is altijd goed om diverse woningtypes in je prijsklasse te bekijken. Zo kun je de woningen goed met elkaar vergelijken en weet je zeker dat je de juiste keuze maakt.
In 2023 stijgen de huizenprijzen beduidend minder hard. Economen houden rekening met een prijsstijging 2,5% tot 4,5%. Een daling van de huizenprijzen wordt vooralsnog niet verwacht, maar wordt ook niet uitgesloten. Als de rentes blijven stijgen, kan dit wel degelijk leiden tot een prijsdaling.
In 2021 lag het gemiddelde op ruim 13 bezichtigingen per te koop staand huis. Dat is aanzienlijk meer dan het jaar daarvoor, want in 2020 was het gemiddelde nog iets minder dan 10 bezichtigen. Dit was te verklaren door de gekte op de huizenmarkt.
Theoretisch gezien mag je een onbeperkt aantal woningen bezitten en verhuren in box 3. Alleen is het wel zo dat je geen of minimaal werk mag verrichten bij het verhuren van je woningen.
De makelaars signaleerden een lichte daling van de huizenprijzen in het eerste kwartaal van dit jaar, ten opzichte van de laatste drie maanden van 2021.
Voor de tweede maand op rij is de gemiddelde huizenprijs daar gezakt. Tot slot noemen we Nieuw-Zeeland. Daar gingen de prijzen het afgelopen kwartaal met 2,3 procent achteruit. Dat is de grootste daling in 13 jaar tijd.
De krapte houdt aan, wat betekent dat er nog steeds veel vraag en weinig aanbod is. De prijzen zullen daarom zeker nog even doorstijgen. Het aantal transacties gaat voor ook in 2022 weer dalen door het steeds minder wordende aanbod. Ook het percentage huizen dat van eigenaar gaat wisselen zal hierdoor lager uitvallen.
Wij verwachten niet dat de huizenprijzen in 2022 gaan dalen. Wel kan er enig verschil in prijsontwikkeling ontstaan door vraag en aanbod per woningtype, een stijging of juist een afvlakking. Daarom blijft het verstandig goed naar de markt te blijven kijken maar ook naar je eigen wensen en financiële mogelijkheden.
Cijfers van het NVM laten zien dat in 2022 op ruim 61% van de woningen met een vraagprijs tussen de € 300.000 en € 400.000 minimaal € 25.000 wordt overboden. Bij 21% is de overbieding zelfs € 50.000.
Wat voor veel mensen een reden is om eigen geld in een woning te steken, is de belasting die je anders over je vermogen moet betalen. Vanaf een bedrag van € 50.000 aan spaargeld (in 2021) krijg je met een hoger belastingtarief voor je vermogen te maken.
"Als de huizenprijzen dalen dan zie je in de hele economie gevolgen: mensen geven minder geld uit, daar hebben bedrijven last van, en uiteindelijk kan dat ook overslaan naar banken." De prijsstijgingen worden dus gefinancierd met leningen. Dat lijkt op een piramidespel, en op lange termijn is dat niet houdbaar.