Bij een hartinfarct is het belangrijk om de afgesloten kransslagader zo snel mogelijk open te krijgen. Dit is nodig om de schade aan het hart te beperken en klachten te verlichten. De behandeling hangt af van hoe ernstig de situatie is.Meestal is dit een dotter- en stentbehandeling.
Hartrevalidatie is een programma van 6 tot 12 weken. Het vindt plaats in het ziekenhuis of revalidatiecentrum. Je krijgt eerst een intakegesprek, meestal zo'n 2 tot 4 weken na thuiskomst. Hierin overleg je welk programma goed aansluit en wat het beste tijdstip is om te beginnen.
De overlevingskans is onder andere afhankelijk van de snelheid en deskundigheid van de hulp, de leeftijd van het slachtoffer en de gezondheid van het slachtoffer. De overlevingskans bij een hartstilstand buiten het ziekenhuis is bijna 1 op 4: van de 100 mensen die worden gereanimeerd overleven 20 tot 25 personen.
De eerste weken na een hartinfarct kun je je kwetsbaar voelen. Het lichaam moet zich nog herstellen van het infarct en de behandelingen. Je kunt vermoeid, soms lusteloos en onzeker zijn. Meestal lukt het niet om meteen het oude leven op te pakken.
Hoe snel je weer je normale leven oppakt hangt af van de ernst van je infarct, je lichamelijke conditie en je karakter. Lukt het een keer minder goed en ben je sneller moe? Dat hoort erbij, pak dan ook je rust. Je herstel gaat met ups en downs.
Bij een hartinfarct of hartaanval krijgt een deel van de hartspier geen bloed en zuurstof meer, door een plotselinge afsluiting van een kransslagader. Daardoor sterft dat deel van het hart langzaam af en ontstaat er een litteken. Om ernstige schade aan het hart te beperken, is het belangrijk om snel te handelen.
Ondanks alle medicatie lopen hartpatiënten een grote kans op herhaling en zelfs op overlijden. 'Een eerste hartinfarct zou wel eens anders kunnen ontstaan dan een tweede' licht Folkert Asselbergs toe. Sommige leefstijlfactoren blijken bij gezonde mensen anders te wegen dan bij zieke mensen.
Overlevingskans. Nu overleeft 10 tot 20% van de slachtoffers. Door reanimatie en inzet van een AED kan dit percentage omhoog. Bij snel gebruik van het apparaat, dat elektrische schokken geeft om het hart weer goed te laten pompen, is de overlevingskans tussen de 50 en 70 procent.
'Tien tot vijftien procent van de patiënten met een hartinfarct krijgt binnen een jaar te maken met een tweede infarct', vertelt hij. 'Soms niet eens in het hart, maar ook in de hersenen.
Bel direct 112! Start direct met reanimeren en sluit zo snel mogelijk een AED aan. Doe dit binnen 6 minuten voor de grootste overlevingskans. Alleen reanimatie en inzet van een AED geeft kans op overleving.
Elke dag sterven gemiddeld zo'n 13 mensen aan een hartinfarct: 8 mannen en 5 vrouwen. De gemiddelde leeftijd bij overlijden is 75 jaar bij mannen en 81 jaar bij vrouwen.
Bij een hartinfarct, ook wel hartaanval genoemd, is er een verstopping in de kransslagader van het hart. Daardoor stroomt er geen bloed meer naar een deel van de hartspier. Het hart krijgt te weinig zuurstof. Een deel van de hartspier beschadigt en sterft af.
Na een hartinfarct is het belangrijk dat je geen nieuw infarct of andere klachten krijgt. Je krijgt hiervoor medicijnen. En het advies om gezond te leven. Ook krijg je het advies om mee te doen met de hartrevalidatie*.
Bij een hartinfarct stopt de toevoer van bloed naar een deel van het hart. Het hart kan zijn werk dan minder goed doen. Het deel van het hart dat achter de verstopping ligt krijgt geen zuurstof meer en raakt beschadigd. Een hartinfarct wordt ook wel hartaanval genoemd.
Bij een hartinfarct is er vaak een drukkende, beklemmende pijn midden op de borst. Dit kan bij zowel inspanning als in rust voorkomen. Deze pijn kan uitstralen naar de linkerarm of kaak, maar soms ook naar de rug of rechterarm. Bij een hartinfarct duurt de pijn langer dan 5 minuten.
Deze vermoeidheid of uitputting ontstaat doordat minder bloed de spieren en weefsels bereikt, omdat het hart het bloed niet goed rondpompt. Het lichaam zorgt ervoor dat het bloed van de minder belangrijke organen, zoals de spieren in de armen en benen, naar de hersenen, nieren en het hart zelf gaat.
Bij een groot hartinfarct zijn er meer hartenzymen in het bloed dan bij een klein infarct. Waarom wordt een hartinfarct niet altijd vastgesteld? De diagnose hartinfarct wordt wel eens gemist als je al een andere ziekte hebt. Pijn op de borst komt bijvoorbeeld ook voor bij de longziekte COPD.
1 jaar na de hartstilstand heeft ongeveer de helft nog last van vermoeidheidsklachten en ongeveer 30% heeft emotionele problemen. veel mensen kunnen na verloop van tijd hun werk weer hervatten. 1 jaar later is ruim 70% weer aan het werk, waarvan een deel wel minder uren werkt.
Krijg je door stress een hartinfarct? Je krijgt niet zomaar een hartinfarct als je eens wat stress hebt maar stress kan wel bijdragen aan hartproblemen. Stress hangt samen met slagaderverkalking en slagaderverkalking kan leiden tot een hartinfarct.
De kans op een hartinfarct neemt toe als je ouder wordt. Voor je 35e komt een hartinfarct erg weinig voor. Mannen hebben tussen hun 55e en 65e een grotere kans op een hartinfarct dan vrouwen. Vrouwen zijn vaak ouder als ze een eerste infarct krijgen.
Hoewel er vaak geen waarschuwingssignalen zijn voordat plotselinge hartstilstand optreedt, kunnen sommige van de volgende symptomen voorafgaan aan de plotselinge hartstilstand: Vermoeidheid of zwakheid. Kortademigheid. Flauwvallen.
Hoelang moet de stent blijven zitten? U moet er rekening mee houden dat u een stent voor de rest van uw leven heeft. Stents zijn zo ontwikkeld dat ze permanent in uw kransslagader blijven zitten om blijvende ondersteuning te bieden.
Als je hartkloppingen hebt, haal je vaak veel te snel adem. Om controle te krijgen over die ademhaling is het goed ademhalingsoefeningen te doen. Zoek bijvoorbeeld een rustig plekje om controle te krijgen over je ademhaling en tot rust te komen. Probeer door je buik te ademen.
Het voelt alsof iemand een band om je borst snoert. Bij een hartinfarct gaat dit gevoel niet over. De pijn op de borst gaat vaak samen met: uitstralende pijn naar de armen, schouderbladen, hals, kaak of maagstreek.