Het automaat rijbewijs is een aparte aftakking van rijbewijs B. In plaats van schakelen, doet de auto dit automatisch. Met een schakel rijbewijs mag je wel in een automaat rijden, maar met een automaat rijbewijs mag je niet in een schakelauto rijden.
Het rijden in een automaat is relatief makkelijk. Je kunt beide handen aan het stuur houden en hoeft alleen je rechtervoet te gebruiken. Omdat het makkelijker is, is automaat rijden ook veiliger. Je kunt je volledig focussen op het verkeer.
Een automaat rijden is veiliger
Dit is toch wel waar. Doordat je niet hoeft te schakelen en niet koppelt, is concentreren op wat er rondom jou gebeurt veel makkelijker. Daarnaast hoef je je stuur niet los te laten om handmatig te schakelen en met twee handen aan het stuur rijden is altijd veiliger.
De rijlessen in een automaat zijn hetzelfde als die van een handgeschakelde auto. Je leert de verkeersregels, het toepassen van de verkeersregels en je leert de rijvaardigheden aan die je nodig hebt om veilig de weg op te gaan. Het enige wat je niet hoeft te leren is schakelen en koppelen.
Gemakkelijker te leren
Dit maakt het gemakkelijker voor beginners om te leren rijden omdat ze zich kunnen concentreren op het begrijpen van de basisprincipes van het rijden zonder zich zorgen te hoeven maken over het schakelen. Statistieken tonen aan dat leerlingen die kiezen voor rijles in een automaat sneller slagen.
Een Take Charge leerling heeft gemiddeld 33 rijlessen (van 45 minuten) nodig om te slagen voor het automaat rijbewijs.
Ondanks zijn voordelen heeft de automaat ook enkele nadelen: hij is duurder in aanschaf dan een handgeschakelde versnellingsbak. Immers: hij heeft complexere mechanische en elektronische elementen. Moet hij gerepareerd worden, dan kan de automatische versnellingsbak ook meer kosten.
Remmen doe je met een automaat net zoals met een traditionele versnellingsbak. Je haalt je rechtervoet van het gaspedaal en drukt er vervolgens het rempedaal zachtjes mee in (of stevig voor een noodstop).
Het advies is daarom om altijd de handrem te gebruiken, niet alleen voor extra veiligheid, maar ook om mogelijke schade aan de automaatbak te voorkomen.
Om te vertrekken, houd je jouw voet eerst stevig ingedrukt op het rempedaal, vervolgens zet je de pook in stand D. Start de motor en laat het rempedaal langzaam los (vergeet de handrem niet!). De auto begint nu vanzelf te rijden. Druk het gaspedaal verder in om sneller te gaan.
Rijbewijs B met code 78 (automaat rijbewijs)
Als je praktijkexamen doet in een automaat krijg je op je rijbewijs de zogenaamde code 78. Je mag met dit rijbewijs dan alleen in een automaat rijden. Wil je overstappen naar een auto met handgeschakelde versnellingsbak? Dan heb je een volwaardig rijbewijs b nodig.
Zet de versnellingspook in "Park" bij stilstand (automaat rijden p r n d) Wanneer je de auto parkeert of stilstaat, zoals bij een verkeerslicht, moet je de versnellingspook altijd in de "Park" (P) stand zetten. In de "Park" stand worden de aandrijfassen geblokkeerd, waardoor de auto niet kan bewegen.
De N-stand heeft bij auto's met automatische transmissie dezelfde functie als bij handmatige versnellingsbakken. Je gebruikt hem dus nooit wanneer je onderweg bent, maar alleen als je ergens stilstaat en je de motor wil laten draaien – bijvoorbeeld tijdens een file.
Veiligheid. Een automaat rijdt in principe veiliger, omdat u als bestuurder een taak minder heeft. Omdat u niet hoeft te schakelen, kunt u zich meer focussen op het verkeer en de omgeving.
Hoe start je een automaat? Dat is heel eenvoudig. Zet de auto in D om te starten en laat voorzichtig de druk op het rempedaal los. De auto begint onmiddellijk vooruit te rijden zonder dat je het gaspedaal hoeft in te trappen, wat in het begin heel verwarrend kan zijn voor nieuwelingen.
Voordelen van N-type
Het verschil kan een paar procent bedragen, wat over de levensduur van een zonnepaneel een significant verschil in energie-opbrengst betekent. N-type zonnepanelen presteren daarnaast beter bij hogere temperatuur en bij bewolking dan P-type panelen.
Met name als je op een helling parkeert. Als je de automaat in de parkeerstand zet, dan zet een borgpen de versnellingsbak vast. Er komen dus krachten op deze borgpen te staan. In theorie kan deze borgpen breken, al is de kans niet groot.
Zit er nog een stand S op je automaat? Dan houdt dat de Sportstand in. De auto schakelt dan minder ver op en er is meer acceleratie bij het gas geven.
Met een automaat op vakantie
Rijd je met een automaat over bergpassen? Zet hem dan in zijn 1 of 2, dat zijn aparte bergversnellingen. Als je dit niet doet, dus de auto dus in zijn D (=Drive) laat staan, schakelt hij te snel op bij het oprijden van de berg en remt hij niet af op de motor bij het afdalen van een berg.
Bij automaat rijden is er geen versnellingspook die je handmatig moet bedienen. Je hebt wel een schakelpook die in verschillende standen kan worden gezet. Handig om die standen te weten als je de eerste keer automaat rijden wil.
Iedereen die begint met autorijden, leert dit in een handgeschakelde lesauto. Na het behalen van je rijbewijs kan je ervoor kiezen om te rijden in een automaat. Dit heeft verschillende voordelen. Zo vinden veel mensen die in een automaat rijden deze makkelijker te bedienen.
Bij automatische auto's moet de rem meestal licht worden ingedrukt om weg te kunnen rijden. Het probleem: in een wasstraat is remmen op de transportband niet toegestaan en kan potentieel schade veroorzaken. Daarom moet het pedaal heel zachtjes worden ingedrukt en moet men direct daarna op “D” schakelen en wegrijden.