Als er melk uit de tepel stroomt zonder dat er sprake is van een recente zwangerschap of wanneer het geven van borstvoeding langer geleden is dan 6 maanden, dan is er sprake van galactorroe. De oorzaak hiervan is een verhoogd prolactinegehalte in het bloed. Dit leidt tot afscheiding van melk uit de borsten.
Induceren van lactatie betekent het op gang brengen van de melkproductie zonder zwanger te zijn. Als er wel ooit melkproductie was, spreekt men van relactatie. Door inductie of relactatie kan de melkproductie succesvol gedeeltelijk of zelfs volledig opgebouwd worden mits de juiste ondersteuning.
Tepeluitvloed of tepelafscheiding komt veel voor en is meestal een onschuldig verschijnsel. Het is niet vreemd als er wat vocht uit de tepel komt, wanneer er in de tepel wordt geknepen. Tepeluitvloed kan op elke leeftijd optreden, maar wordt vooral opgemerkt bij hormonale veranderingen.
Een tepelzalf van lanoline of verkoelende pads bieden directe verlichting en verzorgen je tepels. Wanneer je melkproductie op gang is gekomen, is het heel normaal dat je borsten melk lekken. Als je je baby aan het voeden bent, kan het zijn dat er melk lekt uit je andere borst.
Je borsten lekken dan vaak vooral als er druk op staat of als je onder een warme douche staat. Dit kan ook gebeuren als je je baby knuffelt, of als je hem hoort huilen. Dit heeft te maken met de hormonen die nog in je lichaam zitten, zoals oxytocine, het 'knuffelhormoon'. Dit hormoon beïnvloedt de toeschietreflex.
Normale tepelafscheiding
Bij zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven, stroomt melk uit de tepel. Ook bij pasgeborenen, bij meisjes in de puberteit en bij het gebruik van de anticonceptiepil kan een melkachtige substantie uit de tepel komen.
Onder tepelafscheiding verstaan we het spontaan verlies van melkachtig (groen, bruin, geel), waterig of bloederig vocht langs de tepel.
Als de hormoonhuishouding voldoende verstoord is, bijvoorbeeld door een klierziekte, kan ook een mannenlichaam melk produceren. Prolactine, een hormoon dat de melkproductie stimuleert, komt ook bij mannen voor. Als het door ziekte overmatig aanwezig is, kan er melk gevormd worden.
Het is normaal dat je na een week weer volle borsten hebt. Zolang het niet ernstig wordt, je geen harde plekken of schijven hebt en de stuwing niet pijnlijk is, hoef je niets te doen. Zelfs maanden na het stoppen kun je soms nog wat melk lekken.
Colostrum, de eerste melk die je lichaam na de bevalling aanmaakt, is vaak geel van kleur. Je eet veel groentes met bètacaroteen. Groentes zoals wortel, pompoen en zoete aardappel zijn rijk aan deze vitamine en kunnen je moedermelk een lichte gele of oranje kleur geven.
Wat kleur betreft: alle kleuren zijn normaal. Krijgen je tepels ineens een andere kleur of zijn ze gebarsten of rood door irritatie, ga dan naar je huisarts. Er gebeurt nogal veel bij je tepels. Bijvoorbeeld die kleine bobbeltjes die eruitzien als kippenvel en bijna alle vrouwen hebben.
Dan gaat het vaak om een onschuldig kwaaltje. Maar als het blijft doorzetten, dan kan er sprake zijn van eczeem, een schimmelinfectie of een borstontsteking. Als je dus voelt dat het niet helemaal in orde is na de zwangerschap, neem dan contact op met je huisarts.
De ziekte van Paget is eenzijdig gelokaliseerd en begint op de tepel of de areola. In de beginfase zijn er slechts minimale veranderingen, zoals een klein korstje of nattend plekje dat een bruin vlekje in de bh geeft of dat een beetje jeukt, prikt of branderig is.
Ook dan is het mogelijk om je melkproductie op gang te brengen en borstvoeding te geven. Een vrouw heeft geen baarmoeder of eierstokken nodig om borstvoeding te kunnen geven. Alles wat je nodig hebt, zijn je borsten en een functionerende hypofyse.
Borstvoeding opnieuw op gang brengen of opwekken, kan alleen door de baby zo vaak mogelijk te laten drinken. Zo stimuleer je de borsten om melk te maken. Adoptiemoeders kunnen de melkproductie het beste al op gang proberen te brengen vóór de baby komt.
Als je baby niet goed is aangelegd, is bovendien de kans kleiner hij de borst goed leegmaakt. Dat betekent dat als stuwing niet wordt behandeld, het kan leiden tot verstopte kanalen, mastitis en een verminderde melkproductie.
Ondanks dat je borsten waarschijnlijk groter zullen worden voor en tijdens je borstvoedingsperiode, heeft de grootte van je borsten geen invloed op je melkproductie. Een moeder met kleine borsten kan in principe net zoveel melk produceren als een moeder met grote borsten.
De productie van melk kan jaren doorgaan als het kind borstvoeding blijft krijgen. De totale productie neemt echter vaak af na zes a zeven maanden omdat dan meestal met de introductie van vast voedsel wordt gestart waardoor de baby minder moedermelk nodig heeft en dus ook minder (vaak) wil drinken.
Waarom heeft hij dan toch van die fopspenen op zijn borst? Het mannenlichaam en het vrouwenlichaam zijn in het begin van de zwangerschap nog hetzelfde. Inclusief tepels. Tot een week of zeven hebben zowel jongens als meisjes een opening in het kruis, met een knopje ('genitaal uitsteeksel') erboven.
Moedermelk is de perfecte voeding voor baby's, maar dat geldt niet voor volwassenen. De voedingsstoffen in moedermelk worden door een volwassene anders afgebroken dan door een baby. ,,Voor een volwassene zitten er minder eiwitten in moedermelk dan in andere melk zoals koemelk'', aldus Steele.
Antropologen hebben beschreven dat borstvoeding bij mannen kan opgewekt worden als er geen vrouw of andere voeding voorradig is door een baby gedurende enkele weken aan de tepels te laten zuigen. Maar veel meer dan gevalsbeschrijvingen zijn er niet. Het is dus nog niet wetenschappelijk bewezen.
De moedermelk wordt in de melkklier in de borst gemaakt. Vanuit de melkklier loopt de melk via kleine kanaaltjes naar de tepel. In de tepel zitten verschillende openingen waar uit de melk komt.
De melkklieren bevinden zich net achter of naast de tepel. In een vrouwenborst zitten gemiddeld tussen de 10 en 25 melkklieren. Via een netwerk van melkkanalen worden deze trossen van melkklieren naar de tepel geleid. Om de melkklieren heen ligt vet- en bindweefsel dat de melkklieren beschermt.
Een ingetrokken tepel trekt in het midden naar binnen toe. De tepel kan er altijd zo uitzien of alleen indien gestimuleerd. Soms trekken ingetrokken tepels zich verder terug zodat ze helemaal niet meer boven de tepelhof uitsteken of ze kunnen zelfs nog dieper in het borstweefsel zinken.