Stofluizen vormen een aparte orde van insecten en hebben niets te maken met andere soorten luizen. Ze bijten ons niet en zuigen geen bloed maar ze leven van schimmels, algen en ander plantaardig materiaal. Hun aanwezigheid kan duiden op een te hoge luchtvochtigheid.
De aanwezigheid van enkele stofluizen in een vertrek (van een woning of bedrijfsgebouw) of in opgeslagen producten, kan op zichzelf in het geheel geen kwaad. Zij vormen geen gevaar voor de gezondheid. Stofluizen die in grote aantallen voorkomen, kunnen wel enige materiële schade aanrichten.
Stofluizen leven van schimmels en zijn op zich niet schadelijk. Ze zijn verzot op vochtige ruimtes en komen daarom vaak voor in vochtige woningen, magazijnen of schuren. Je vindt ze in vochtig papier, natte vullingen van matrassen of kussen en vloer- of wandbekleding waarop vochtvlekken of schimmel gevormd is.
Stofluizen lijken veel op bladvlooien, maar die kunnen goed springen en hebben een zuigsnuit. De meeste stofluizen springen niet en vliegen ook heel weinig. Dat laatste kunnen ze uiteraard alleen als ze vleugels hebben, want er zijn ook soorten zonder.
De meest voorkomende beestjes die je in je bed tegen zult komen zijn huisstofmijten, bedwantsen (ook wel wandluis of bedluis genoemd) en vlooien. Spinnen zul je vooral rond je bed zien, omdat zij zich voeden aan de muggen, die zich weer aan jou voeden.
Bedwantsen zijn heel kleine insecten die leven van bloed van mens en dier. Hun favoriete plek in huis is in en rond het bed. Door bijtwondjes ontstaan bultjes op de huid. Bedwantsen zijn heel kleine insecten die leven van bloed van mens en dier.
Bedwantsen bijten, waardoor je rode bultjes op je huid kunt krijgen. Deze bultjes zien eruit als muggenbulten en ze jeuken. Na een paar weken verdwijnen de bultjes. Bedwantsen bijten je op plekken waar je lichaam het matras raakt.
Kunnen luizen bijvoorbeeld overleven in bed of in mutsen of sjaals? Dat kan, maar in elk geval niet langer dan 48u. Bovendien zullen ze zich buiten de hoofdhuid ook minder gemakkelijk verspreiden. De eerste focus bij een luizenbehandeling blijft dus het haar.
Stofluizen zijn doorgaans niet makkelijk te zien. De beestjes worden namelijk maximaal vier millimeter groot. Ze zijn grijs, wit of donkerbruin van kleur. Stofluizen kunnen zich snel verplaatsen.
De stofluis heeft een asymmetrische mandibel. Hiermee kan ze voedsel zowel kauwen als opzuigen. Ze voedt zich met schimmels, stuifmeel, algen en korstmossen.
Uiterlijk van stofluizen
Enkele stofluizen zijn gevleugeld, andere zijn vleugelloos of hebben slechts vleugelstompjes. Stofluizen verplaatsen zich snel, maar schoksgewijs. De jonge stofluizen lijken sterk op de reeds volwassen exemplaren. Stofluizen vliegen niet.
Als je het hoofd op symptomen controleert, kijk dan goed tussen de haren, vooral achter de oren en in de nek. Je ziet de hoofdluizen dan bewegen. Ook als je geen luizen ziet maar wel grijswitte puntjes, is er waarschijnlijk sprake van hoofdluis. Die puntjes zijn eitjes van hoofdluis.
Kleerluis (Pediculus humanus humanus L.) De kleerluis (Pediculus humanus humanus L.) is een insect dat zich voedt met menselijk bloed dat met de zuigsnuit wordt opgezogen uit de lichaamshuid.
Zo kom je van luizen af
Gebruik crèmespoeling om pijnloos te kammen. Vastgeplakte neten kun je eventueel losweken door een doekje met azijn op het haar te deppen. - Twee weken lang elke dag kammen met een luizenkam en een anti-hoofdluismiddel gebruiken. Deze methode is bewezen effectief.
Kleine zwarte beestjes in bed zijn mogelijk vlooien of bedwantsen. De beste aanwijzing hiervoor is als je 's morgens regelmatig opstaat met heftig jeukende rode beten. Kunnen het geen muggen zijn? Mogelijk wel als je eerst gezoem hoort.
Wanneer de overlast wordt veroorzaakt door de wat grotere plaagdieren zoals muizen, ratten of steenmarters dan verraden meestal de vorm en grootte van de keutels het diersoort. Keutels van muizen zijn zwart/donkerbruin van kleur en zo groot als rijstkorrels.
Doe de gordijnen altijd geheel open en als het even kan het raam ook zodat zonlicht naar binnen kan. Huisstofmijten kunnen niet tegen zonlicht. Kies voor de kinderen knuffels uit die je kunt wassen op 60 graden. Verschoon het bedlinnen regelmatig en was het op 60 graden of hoger.
Nimfen zijn één tot vijf millimeter groot en zijn vrijwel helemaal doorzichtig. Zuigen ze bloed, dan worden ze vuurrood. Nimfen vervellen meerdere malen voor ze volwassen worden, maar hun velletjes zijn pas goed zichtbaar op een donkere ondergrond.
De mens kan last hebben van drie verschillende soorten luis: hoofdluis (haarluis), kleerluis en schaamluis. De luis veroorzaakt een irritante jeuk aan de hoofdhuid door een allergische reactie van de huid op het speeksel van de luis.
Waar kunnen luizen niet tegen? Malathion, permetrine en dimeticon. In de praktijk blijkt dat luizen steeds ongevoeliger worden voor malathion en permetrine. Aanbevolen door het RIVM: middelen met dimeticon.
Een hoofdluis die niet meer op een hoofd zit, kan niet lang overleven. Er zijn daarom weinig aanwijzingen voor verspreiding via beddengoed of jassen. Het effect van maatregelen zoals het wassen van beddengoed, knuffels, jassen en het stofzuigen van de auto is dan ook onvoldoende bewezen.
LET OP: met een föhn is het niet mogelijk om neten effectief en veilig dood te drogen! Een föhn is gemaakt om haren te drogen.
Op de plek van de beet ontstaat een klein rood bultje (als bij een muggenbeet). Vaak zitten er een paar bultjes op een rij of dicht bij elkaar. De bultjes jeuken. Sommige mensen reageren heftiger op de beet dan andere: met meer roodheid en jeuk.
Omdat bedwantsen overleven op textiel, kunnen zij via kleding, beddengoed of theedoeken in de kasten door het hele huis terecht komen. Als u bedwantsen in uw kledingkast waarneemt, is het verstandig om alle kleding 2 dagen in de vriezer te leggen of te wassen op 60 graden.
Bedwantsen houden zich graag schuil in houten meubelen, kieren en spleten. Bedwansten kunnen niet tegen stoom. Door met een stoomreiniger over alle mogelijke schuilplaatsen te bewegen zal je een groot aantal beestjes doden. Was regelmatig je beddengoed op minimaal 60 graden om bedwantsen en hun eitjes tegen te gaan.