Twee tot vier jaar
Wanneer je kind bijna twee jaar is, begint de fijne motoriek zich zodanig te ontwikkelen dat hij de eerste krabbels op papier kan maken. Tekeningen worden nog lukraak op het vel papier gezet. Langzaamaan gaat je kind die onherkenbare schetsen ook benoemen. En die betekenis kan zomaar weer veranderen.
Tekenen: 2 tot 3 jaar
Als je kind tussen de twee en drie jaar oud is, worden zijn bewegingen gecontroleerder en veranderen de krassen in gesloten vormen, zoals cirkels. Met een echt doel tekent je kind nog niet, maar hij weet wel de tekeningen achteraf te benoemen.
3 en 4 jaar: Nu komen de eerste koppoters op papier. Je kunt het kind vragen gaan stellen over zijn tekening en daar steeds iets anders over te horen krijgen. Het maakt ook gebruik van oertekens zoals trappetjes, wegen, opgestapelde hoeden, zonnetjes en haren die als antennes uitstralen.
Het tekenen van een cirkel kenmerkt dat je kind zich bewust van zichzelf wordt. Langzaam ontstaan er ook poppetjes met een cirkel als hoofd en daaronder armen en benen die bestaan uit lijnen. De meeste kinderen tekenen deze 'koppoters' rond de twee en drie jaar oud.
Dit kan een kind op verschillende leeftijden tekenen :
Een een- tot tweejarige kan krabbelen en moet een potlood gericht – in vuistgreep – kunnen vasthouden. Een driejarige probeert voorzichtig de pincetgreep uit en begint een kruis te tekenen. Veel kinderen tekenen een kruis in een cirkel.
Als je kind vier jaar oud is kan hij al veel: steeds beter binnen de lijntjes kleuren, een papier in een driehoek vouwen en een beker melk inschenken zonder te morsen. Natuurlijk gaat het soms mis, misschien kan je hem dan even helpen.
In de eerste weken na de geboorte zien baby's alleen nog maar zwart-wit. Maar na drie maanden ziet je kind al bijna evenveel kleuren als een volwassene! De meeste kinderen starten met het herkennen en benoemen van kleuren als ze twee, drie jaar zijn.
Andere knutselspullen kind 3 jaar zijn teken- en kleurboeken. Hiermee kan jouw 3-jarige urenlang in kleuren en tekenen. Zo stimuleer je de creativiteit en fantasie van het kindje. Naast kleur- en tekenboeken kan het kindje ook zijn eigen kunsten maken met strijkkralen.
Kinderen die veel blauw gebruiken willen vaak 'groot' worden. Geel staat tegenover blauw, net zoals groen tegenover rood staat. Kinderen die veel met geel kleuren, zoeken wellicht bescherming of aandacht. Geel wordt vaak gezien als een weerspiegeling van aanhankelijk gedrag.
De eerste lijntjes
Zodra je kleine kunstenaar de pincetgreep beheerst, kan hij ook een potlood vastpakken en daar lijntjes mee tekenen. Zijn creativiteit uit hij dan voornamelijk met krassen, klodders en krabbels. Vanaf 15 maanden tekenen kindjes meer lijnen, vormen en patronen.
Tekenen helpt de fijne motoriek ontwikkelen en door die voortschrijdende ontwikkeling lukt het tekenen steeds beter. Zo stimuleert het tekenen zelf het kind om er mee door te blijven gaan. Uiteraard is tekenen ook heel goed voor de ontwikkeling van de oog-hand- coördinatie.
Je kunt je peutertje helpen door hem goed materiaal te geven waarmee hij kan tekenen en kleuren. Hij moet het kunnen vasthouden. Dikke potloden zijn prettig om vast te houden evenals grote kwasten of krijtjes. Wat voor peuters ook een goede start van het tekenen en schilderen is het werken met vingerverf.
Een kindje van 2 jaar kan motorisch al best veel. Hij kan nu goed lopen, zowel vooruit als achteruit. Ook kan hij nu rennen en tijdens het rennen kan hij van richting veranderen. Hij kan op zijn teentjes lopen, gaat steeds beter springen en klimmen en hij kan even op één beentje staan.
Taal en spraak bij kinderen van 18 tot 24 maanden
Tegelijkertijd kan hij/zij steeds meer woordjes begrijpen en zeggen, maar nog niet alle klanken goed uitspreken. Een tweejarig kind zegt minimaal vijf tot tien woordjes. Eén enkel woord kan verschillende betekenissen hebben (één-woordzinnen).
Vanaf 2 jaar maakt je peuter enorme sprongen in zijn taalontwikkeling. Zijn woordenschat neemt snel toe, soms met wel tien woorden per week. Rond deze leeftijd kunnen de meeste kinderen ook 'zinnetjes' maken van twee woorden, zoals 'mama eet'.
Denk bijvoorbeeld aan WC rolletjes, kartonnen dozen, verpakkingsmateriaal en eierdozen. Daarnaast kun je met lintjes en cadeaupapier leuk knutselen. Glazen potjes en flessen kun je ook versieren. Kinderen zijn vaak zelf het beste in bedenken wat de leukste knutselmaterialen zijn.
Vanaf een jaar of drie leert je kind een kinderschaar vasthouden en langzaam, met hulp, een beetje knippen. Rond vier jaar kan je kind zonder hulp knippen. Dan gaat je kind ook nadenken over wat het wil knippen en proberen gericht te knippen.
Kind kleuren herkennen
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat ze dan ook direct kleuren kunnen benoemen. De leeftijd waarop kinderen dit leren, loopt behoorlijk uiteen, maar gemiddeld kunnen kinderen van 2,5 jaar minimaal één kleur benoemen.
Je kind van 4 jaar kan:
tellen tot 10. de cijfers 1 t/m 5 herkennen. besef hebben van de begrippen meer – minder, veel – weinig, erbij – eraf, groter – kleiner, dikste – dunste, voor – naast –op. groepjes herkennen van 2 en 3 zonder te tellen.
Officieel leert je kind pas in groep 3 van het basisonderwijs letters herkennen en woordjes lezen. Toch hoef je er niet raar van op te kijken als een peuter enthousiast de eerste letter van zijn naam aanwijst, of wanneer een kleuter met onregelmatige letters zijn naam onder een tekening zet.
Vanaf welke leeftijd kunnen baby's mee knutselen? Baby's kunnen vanaf een maand of zes tot acht al een beetje 'helpen' en mee knutselen, bijvoorbeeld met het maken van een voetafdruk of handafdruk. Als ze nog niet kunnen zitten kun je ze ook op hun buik bij de tekening leggen, eventueel op een kussen.
Het kind leert, onbewust, de lippen en tong steeds meer te gebruiken. Een dreumes 'praat' veel tijdens het spelen en houdt hele monologen! Hij gebruikt steeds dezelfde woorden en klanken voor eten, speelgoed en dieren.
Je kind leert kruipen, staan, zitten, lopen, fietsen, skaten, enzovoort. Hierbij gaat het om grote bewegingen met de romp, armen en benen. Dit noemen we ook wel de grove motoriek. Bij fijne bewegingen, zoals een kraal vastpakken, knippen en een potlood gebruiken, hebben we het over de fijne motoriek.