Zodra de gladde slang gestoord wordt, verstijft hij. Het is dan ook heel moeilijk om hem te vinden omdat zijn bewegingen zo traag zijn. Hij heeft geen giftanden maar durft wel te bijten als hij zich bedreigd voelt. Hij is dus onschadelijk voor ons.
De ringslang is een watergebonden slang. Hij heeft ronde pupillen, gekielde schubben en twee duidelijke gele en zwarte vlekken achter de kop. Het is de grootste slang in Nederland (tot 1,20 m). Hij is niet giftig en bijt zelfs niet als hij gevangen wordt.
Jaarlijks overlijden er 100.000 mensen aan een beet van een slang. De meeste slachtoffers vallen in Afrika en India, maar ook in Europa worden ieder jaar duizenden mensen gebeten. Bij een niet-giftige slang wordt een slangenbeet als bijtwond behandeld.
Het leuke is dat de ringslang graag zwemt. Je kunt deze slangen dan ook met de kop net boven water geheven in een kronkelende beweging zien zwemmen. De ringslang ligt vaak op de oevers te zonnen en ze overnacht ook op het land. Ze hebben dus open plekjes nodig om in de zon te kunnen liggen.
De gladde slang herkennen
De lichaamsschubben zijn glad. De grondkleur van de mannetjes is bruinrood, bij de vrouwtjes is die meer grijsachtig. Op de rug zijn er 2 rijen donkerbruine of zwarte vlekken die soms met elkaar verbonden zijn en een gebogen streep vormen.
Het verspreidingsgebied van de gladde slang in Nederland omvatte ooit grote delen van de hogere zandgronden.Het zwaartepunt van de verspreiding ligt tegenwoordig op de Veluwe.
De Gladde slang vertoont in onze streken een voorkeur voor droge, zonbeschenen terreinen. Zo wordt ze aangetroffen in droge heiden, droge graslanden, open plekken in loofbossen, op grazige hellingen en langs bosranden (o.a. habitattypen 2310, 2330, 4030, 6230 en 9190).
Sta je onverhoopt binnen de veilige afstand tot de slang blijf dan stil staan en geef de slang zelf de kans om weg te kruipen. Verjaag het dier niet maar blijf het op ruime afstand volgen. Laat het vangen over aan daarvoor opgeleide mensen. De meeste slangen zijn in de schemering actieve dieren.
De Nederlandse adder mag dan meevallen, maar in Europa zijn wel degelijk echt gevaarlijke slangen te vinden. De zandadder die in de Balkan woont, is de giftigste soort van het continent. 'In Frankrijk heb je de aspisadder, een dier met een verraderlijk gif.
Volwassen adders zijn ongeveer 60 centrimer lang. De adder is de enige slang in Nederland die giftig is. Het dier is echter niet agressief en zal alleen bij bedreiging bijten. Zie je een adder, laat het dier dan altijd met rust.
Snelle of onregelmatige hartslag.Duizeligheid.Matige of erge pijn.Kleine wondjes met eventuele lichte zwelling.
Slangen in Nederland
De gladde slang en de ringslang zijn niet giftig en vallen zelden aan. Alleen als je er bijvoorbeeld per ongeluk op gaat staan. De adder is wel giftig, maar niet heel gevaarlijk voor mensen. Andere slangen die je in Nederland tegenkomt, komen hier niet in de natuur voor.
Embed. Ratelslangen zijn heel gevaarlijk. Ze bijten een prooi en doden het met het gif in hun tanden.
Iedereen dacht dat de slang Liophis ornatus was uitgestorven, maar nu hebben wetenschappers op het eilandje Saint Lucia toch nog een paar exemplaren teruggevonden. Maar de aantallen zijn beperkt: er zijn er slechts achttien van. En daarmee is de slang de zeldzaamste slang ter wereld.
Het gif van de adder bevat meerdere stoffen.Sommige veroorzaken weefselbeschadiging, andere beïnvloeden de bloedsomloop en de bloedstolling. De symptomen kunnen dus zeer wisselend zijn. Meestal blijft het bij lokale symptomen op de bijtplaats, maar sommige slachtoffers vertonen ook ernstige veralgemeende symptomen.
Giftige slangen zijn te herkennen aan hun driehoekige kop. De klieren, gevuld met gif, bevinden zich namelijk aan de achterkant van de kop en geven het hoofd die bijzondere vorm.
Dit zijn vooral eilanden als Ierland, IJsland en een aantal eilanden in de Grote Oceaan. Ook komen geen slangen voor op het zuidelijkste puntje van Zuid-Amerika, op Antarctica en in uiterst noordelijk Europa en Azië en noordelijk Noord-Amerika, dicht bij de Noordpool.
Vrijwel alle waterslangen zijn onschuldige dieren die niet snel zullen bijten. Een aantal soorten echter staat bekend als agressief en de soorten uit het geslacht Rhabdophis zijn aan te merken als giftig, een beet kan voor de mens fatale gevolgen hebben.
Laat de slang altijd door je handen glijden, knijpen is niet de bedoeling. Als je slang een beetje agressief is kun je het beste met een haakje de slang uit het terrarium pakken, en hem daarna overnemen in je handen. Bij de meeste slangen geld, eenmaal uit de bak is er niets meer aan de hand.
Zintuigen Slangen hebben wel ogen, maar zien meestal slecht. Ze horen geen geluiden, omdat ze geen oren hebben, maar ze voelen wél de trillingen aan de grond. Met hun gespleten tong kunnen slangen wel zeer goed ruiken en proeven. Daarom steekt een slang de tong steeds opnieuw uit de bek.
Deze tong gebruikt hij als ogen, neus en oren. Multifunctioneel dus. Een slang heeft slechte ogen. Hij kan maar een paar meter ver kijken en ziet alleen bewegende beelden.
De gladde slang is een van de drie soorten uit het geslacht Coronella waarvan er twee in Europa voorkomen en één soort is endemisch in India.
Een slang heeft ontzettend veel vijanden. Zo lusten grote vogels, wilde varkens, vossen en zelfs soortgenoten gerust een hapje van het reptiel. Een boze of bange slang sist daarom om roofdieren weg te jagen.
Vijanden Adders hebben ook vijanden. De slangen worden namelijk gegeten door bepaalde slangenarends en egels. Andere dieren zoals dassen, honden, katten en zelfs varkens kunnen gevaarlijk zijn voor de adder.