Een wild zwijn kan bijna een meter hoog springen en over hekken van ruim 1,5 meter klimmen, zodat een hek van minimaal 1 meter 20 hoog moet worden geplaatst.
Everzwijnen zijn mensenschuw
Het zijn imposante, sterke dieren. Een volwassen zeug kan tot 150 kilo wegen. Een everzwijn dat aanvalt, ga je dus beter uit de weg.
Het wild zwijn (Sus scrofa) wordt ook wel everzwijn genoemd maar ook zwart wild of borstelwild. Een mannetje heet ook wel keiler, het vrouwtje zeug en een groep noemt men rotte of rot. Hij heeft een gedrongen romp en een langwerpige kop met een afgeplatte, sterke snuit.
Bij vrijwel alle ontmoetingen met een everzwijn kan je een aanval vermijden door rustig te blijven en weg te wandelen. Zorg ervoor dat het everzwijn je kan zien en/of horen (bijvoorbeeld door rustig te praten). Weglopen is geen goed idee.
Hij wordt met gemak ingehaald door het jachtluipaard, dat tot 100 kilometer per uur kan halen. Maar ook het edelhert (67 km/u), de haas (65 km/u) en zelfs het everzwijn (55 km/u) zouden de Jamaicaan verslaan in een wedstrijdje sprinten. Ook de zwemmers van het dierenrijk doen het beter dan die van ons.
Overdag houden wilde zwijnen zich doorgaans schuil in hun nest (leger), dat zich meestal in dichte dekking bevindt. De aanwezigheid van wilde zwijnen kan best worden vastgesteld aan de hand van loopsporen, zoelplekken waar ze hun modderbad nemen, schuurbomen, wroetsporen en uitwerpselen.
Wilde zwijnen zijn rustige dieren, niet agressief en “Ze hebben meer angst voor de mens”. Geen wonder: De mens is de grootste vijand van de wilde zwijnen. Eigenlijk waren de wilde zwijnen overdag actief, echter door de dreiging van de jacht hebben zij hun activiteiten in de schemering en 's nachts verplaats.
In Nederland zijn enkele leefgebieden aangewezen voor wilde zwijnen zoals de Veluwe en Nationaal Park De Meinweg. Voor overige gebieden geldt een provinciaal 'nulstandbeleid' wat betekent dat er formeel geen enkel wild zwijn mag leven.
In 2019 waren er nog 4800 wilde zwijnen en afgelopen zomer dus al 10.000. De enorme toename komt vooral door de grote hoeveelheid voedsel in de bossen. Er gingen de afgelopen jaren nauwelijks zwijnen dood van de honger en ze konden zich optimaal voortplanten.
Dit komt doordat regenwater over de verharde laag naar de bermen afstroomt. Vocht betekent een betere vegetatie en dichter wortelstelsel. Dit zorgt weer voor een rijker bodemleven langs de bermen en vandaar dat de zwijnen hier dus graag wroeten.
Toch krijgen ze nog ongeveer twee maanden moedermelk. Pas in hun tweede jaar zijn ze volgroeid. Wilde zwijnen kunnen tot 10 jaar oud worden. Als ze in gevangenschap leven, kunnen ze zelfs tot 20 jaar oud worden.
Al jaren melden diverse mensen dat everzwijnen goede zwemmers zijn. Maar het bewijs ervoor ontbrak. Deze video laat zien dat deze dieren opvallend goed kunnen zwemmen.
Ja, wild zwijn kun je eten. Wild zwijn procureur bijvoorbeeld kan bijzonder smakelijk zijn, evenals het rugfilet en wild zwijn wat in wildstoof met hertenvlees en kruiden is verwerkt. Belangrijk aandachtspunt is dat u enkel wild zwijn eet wat u koopt bij een slagerij.
Het meest toegepaste lokvoer voor wilde zwijnen in Nederland is maïs, uitgestrooid op de voerplek.
b. edelherten, damherten en wilde zwijnen: geweren met ten minste één getrokken loop en kogelpatronen van een kaliber van ten minste 6,5 millimeter voor getrokken loop waarvan de trefenergie ten minste 2.200 Joule op 100 meter afstand van de loopmond bedraagt.
In België komt het everzwijn al lange tijd voor in de Ardennen, de Oostkantons en de Voerstreek. In Vlaanderen was het wilde zwijn lange tijd van het toneel verdwenen, maar sinds 2005 zijn ze terug, vooral in Limburg, en groeit de populatie jaar na jaar. Je vindt ze vooral in natte loofbossen en oude naaldbossen.
Het geslacht van de varkens (Sus) bevat tien soorten, waaronder het wild zwijn (Sus scrofa). Het wild zwijn komt van oorsprong voor in Nederland en wordt ook wel everzwijn of ever genoemd. Deze everzwijn is de wilde voorouder van ons varken, het boerderijdier.
Wil je zelf zwijnen spotten dan doe je dat het best in op de Veluwe en in de Meinweg in Limburg. Dit zijn de enige twee plekken waar ze vrij mogen rondlopen. In Noord-Brabant, Gelderland en enkele ander gebieden in Nederland zijn ook zwijnen te vinden.
Zwijnen kunnen bijten, omdat ze denken dat ze voer kunnen krijgen. Bij een confrontatie waarbij het kiezen van een andere route niet kan: blijf rustig, ga niet rennen want dan zet je ze aan tot actie.
Wat sommigen gemakkelijk afdoen als triviaal grommen en gillen, blijkt een goed ontwikkeld communicatiesysteem. Wilde zwijnen zijn sociale dieren en hebben een zeer gevarieerd repertoire ontwikkeld om mee te communiceren.
Kom je oog in oog te staan met een everzwijn, ga zeker niet lopen. “Dat kan agressie uitlokken. Bovendien kan een everzwijn veel sneller lopen dan wij, je maakt dus geen schijn van een kans. Het beste is gewoon stil blijven staan, zelfs als het dier tot vlakbij jou komt.
Wilde zwijnen kunnen met hun enorme lichaam en scherpe snijtanden – genaamd geweren – behoorlijk bedreigend en agressief overkomen. Van nature zijn het echter vreedzame dieren die mensen eerder uit de weg zullen gaan. Wilde zwijnen leven in groepen, ook wel rotte genoemd, tot wel dertig dieren.
Wilde zwijnen zijn alleseters; omnivoren dus. Ze eten o.a. eikels, kastanjes, wortels en knollen, maar ook wormen, larven en soms staan er zelfs knaagdieren op het menu. Ze wroeten daarbij vaak in de bodem, op zoek naar alles wat eetbaar is.
In de late lente wanneer de maïs ingezaaid wordt, zal dit als een gedekte tafel de everzwijnen lokken. Wanneer de maïs rijpt en in de 'melk' komt (augustus) vormt dit een eveneens een belangrijke aantrekkingskracht.