In veel gevallen is er een bloedpropje aanwezig waar u niets van merkt. Uw lichaam lost dit deeltje vanzelf weer op. Als het niet vanzelf over gaat, blijft het bloedpropje meestromen in de bloedbaan.
Vaak is er een bloedpropje aanwezig in uw lichaam waar u niks van merkt, doordat het lichaam het bloedpropje vanzelf oplost. Soms gaat het niet vanzelf over en stroomt het propje de bloedbaan in. Als het bloedpropje de doorgang van het bloed blokkeert, ontstaan er klachten.
Heel af en toe komt het voor dat bloedstolsels niet voldoende oplossen met hulp van bloedverdunners. In sommige ziekenhuizen kan een ingreep worden uitgevoerd met een lokaal oplosmiddel. Hierbij wordt een katheter in het gestolde bloedvat gebracht. Ook wordt hierbij een ultrageluid gebruikt om het stolsel los te weken.
Door bloed verdunnende medicijnen wordt de trombose niet erger en voorkomt dat een stolsel in uw longen kan komen en u een longembolie krijgt. Uw lichaam krijgt de kans om het stolsel af te breken of in te kapselen. Dit duurt ongeveer drie maanden.
Regelmatig bewegen heeft een gunstig effect op het stollen van je bloed, maar er blijft altijd kans op een herhaling van het optreden van trombose. Dit geldt echter helemaal als je niet zou sporten.
Kan ik er zelf iets tegen doen? Na een trombosebeen heb je een grotere kans op weer een trombosebeen. Dat komt vooral doordat je het al een keer gehad hebt. Daar kun je niks aan doen.
De arts kan de bloedprop oplossen of weghalen. Dit kan in de eerste uren na het herseninfarct. De bloedprop oplossen gebeurt met een infuus met medicijnen.De bloedprop weghalen kan met een slangetje dat via je lies naar je hersenen gaat.
De eerste keer dat dit gebeurt, kan even schrikken zijn, maar incidenteel bloedverlies met stolsels is in principe onschuldig. Wanneer het verlies van bloedproppen of stolsels maandelijks terugkomt en buitengewone proporties aanneemt, is het verstandig om contact op te nemen met de huisarts.
Een klonter in het oppervlakkig systeem noemen we een oppervlakkige veneuze trombose. Deze kan zeer uitgebreid zijn, maar is weinig gevaarlijk. Wanneer een klonter vormt in het diepe systeem, heb je een diepveneuze trombose.Dit is gevaarlijker omdat het kan leiden tot een longembolie.
Vooral in het begin kan een trombosebeen veel pijn doen. Probeer dan niet te lang te staan en niet zwaar te tillen. In rust kunt u het been de eerste dagen het beste hoog leggen. Na het drukverband gaat u door met compressietherapie (zwachtelen).
Door middel van doppleronderzoek kan de arts nagaan of er sprake is van een verstopping van de bloedvaten en evalueren hoe ernstig die is. Om verstopping of slecht functionerende kleppen in de diepe aders van de benen vast te stellen, wordt doppleronderzoek vaak uitgevoerd in combinatie met een echografie.
De wand van een bloedvat is aangetast, bijvoorbeeld door een operatie of bij aderverkalking, dan kan makkelijk een stolsel ontstaan aan de vaatwand. Het bloed langzamer stroomt door lang stilzitten of liggen bijvoorbeeld na een operatie of bij ziekte, is de kans groter dat er een stolsel ontstaat.
Verschijnselen. Pijn bij het lopen is de belangrijkste klacht bij vernauwde bloedvaten in de benen, ook wel etalagebenen genoemd. De krampende pijn gaat weer over na een paar minuten rust. Als de vaatvernauwing erger wordt, treedt er ook pijn op in rust, meestal eerst aan de tenen.
Vaak voelt u iets op de plek van de blokkade. Bij een bloedpropje in uw voet of been voelt u kramp, tintelingen of uw been gaat opzwellen.
Als een bloedklonter de afvoer van het bloed naar het hart belemmert, kan het been zwellen, wat wel eens een trombosebeen wordt genoemd. Andere mogelijke symptomen zijn: een zwaar gevoel in het been. pijn die toeneemt bij het stappen (waardoor je moeite ervaart om te stappen)
Een trombosebeen kan pijnlijk zijn. Indien u pijnstillers wenst, neemt u dan bij voorkeur paracetamol, al dan niet gecombineerd met codeïne. Andere pijnstillers, zoals aspirine, ibuprofen en diclofenac (voltaren), kunnen de stolling namelijk remmen, waardoor er een groter risico op bloedingen bestaat.
Bij het vermoeden van trombose, zal er een echo van de bloedvaten worden gemaakt. Bij het vermoeden van een longembolie, wordt er meestal een CT-scan van de bloedvaten van de longen gemaakt. Hierbij wordt contrastvloeistof met jodium gebruikt.
Het lichaam kan zelf zo'n stolsel oplossen. Dat gebeurt meestal. Soms treden complicaties op als een trombosebeen of een longembolie.
Bewegen kan helpen de bloedstroom in het lichaam te verbeteren, en dit kan met name helpen bij het voorkomen van de vorming van bloedstolsels. Regelmatig bewegen kan ook helpen bij het afbreken van bestaande bloedstolsels. Oefeningen met een lage impact, zoals wandelen, fietsen en zwemmen, worden aanbevolen omdat ze minder inspannend zijn voor het lichaam.
Een deel van de hersenen krijgt even te weinig bloed en daardoor te weinig zuurstof. Je krijgt hierdoor klachten, zoals een verlamde arm, een verlamd been, een scheve mond, problemen met praten, niet goed zien of minder gevoel in je gezicht, arm of been. Het bloedpropje komt weer los.
Dat doet het lichaam zelf. Dat is een traag proces en best vaak blijven er resten van het stolsel langs de wand van het bloedvat aanwezig meer dan een jaar na het ontstaan (plaatje rest trombus). Als het stolsel helemaal weg is kan je zeggen dat het trombosebeen over is. Maar dan houd je geen rekening met klachten.
Als u zit, sta dan elk uur op en beweeg rond. Wandel regelmatig gedurende de dag. Vraag uw HCP om advies over andere oefeningen die u kunt doen om bloedstolsels te voorkomen. Door uw benen boven hartniveau te tillen, voorkomt u dat bloed zich ophoopt.