In artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens staat het begrip family life omschreven. Het houdt in dat iedereen die in een nauwe betrekking staat tot het kind, recht heeft op omgang.Dit geldt dus ook voor de biologische vader, zelfs als erkenning niet heeft plaatsgevonden.
Juridisch gezien hebben zowel de biologische vader als de juridische vader (na erkenning) recht op omgang met het kind. Ook als je als biologische vader het kind niet hebt erkend heb je recht op omgang. Dit is wettelijk vastgelegd. De omgang van de ouders met het kind wordt doorgaans vastgelegd in een ouderschapsplan.
Wie kan een kind erkennen? Niet alleen de biologische vader, maar ook een persoon die het kind niet verwekt heeft, kan een kind erkennen. Dan moet er wel aan een aantal voorwaarden voldaan zijn: De man die het kind erkent, moet 16 jaar of ouder zijn.
Als de vader het DNA-onderzoek weigert, kan de rechter het DNA-onderzoek bij hem afdwingen. Met de vaderschapstest, of anders gezegd: de vaststelling van het vaderschap bij de rechtbank, kun je de wettelijke band laten bepalen tussen de biologische vader en het kind.
Gezag andere ouder stoppen
De rechter stopt het gezamenlijk gezag alleen als het in het belang is van het kind. De rechter bepaalt ook wie van u het gezag dan krijgt. Heeft u meer kinderen, dan bepaalt de rechter voor ieder kind apart wie het ouderlijk gezag krijgt.
Recht op omgang met je kind is dus een wettelijk recht voor vaders. De wet geeft aan dat alleen in uitzonderlijke gevallen dit recht van vader op een omgangsregeling kan komen te vervallen. Moeder kan niet zomaar een omgangsregeling van vader weigeren en het kind weghouden bij vader.
Het staat je vrij om co-ouderschap te weigeren, al ben je de vader of de moeder. Als je denkt dat co-ouderschap in jullie situatie niet geschikt is, dan is het altijd goed om dat uit te spreken. Het helpt als je met een ander voorstel komt waarvan je denkt iedereen tegemoet te komen.
Of je biologisch familie van elkaar bent, kun je alleen weten door DNA-onderzoek te laten doen. Dit noem je een verwantschapstest. Als je dezelfde vader of moeder hebt, zijn je broers en zussen je biologische familie.
Bij een vaderschapstest kan worden vastgesteld of iemand de echte (biologische) vader is van een kind. Bij deze test wordt het DNA-materiaal van de vermoedelijke vader en het DNA-materiaal van het kind geanalyseerd en met elkaar vergeleken. Met de uitslag van de test wordt het vaderschap aangetoond of uitgesloten.
Kort gezegd is een vaderschapstest nodig wanneer het niet zeker is of een man de vader is van een kind. Dit kan je geruststellen als je hierover twijfelt. Je kan een test via internet bestellen en thuis uitvoeren. Soms heb je een vaderschapstest nodig voor een rechtszaak.
De erkenning van een kind door de biologische vader kunt u niet ongedaan maken. Is de erkenner niet de biologische vader van het kind? Dan kan de rechter de erkenning soms terugdraaien. De moeder, vader of het kind vraagt dan om vernietiging van de erkenning.
Gevolgen erkenning kind
Tussen u en uw kind ontstaat een juridische band (familierechtelijke betrekking). U moet het kind onderhouden (onderhoudsplicht) totdat het 21 jaar wordt. U en het kind worden elkaars wettelijke erfgenamen. U kiest (met de moeder) op het moment van erkenning de achternaam van uw kind.
Bent u getrouwd of heeft u een geregistreerd partnerschap? Dan krijgen beide ouders samen gezag over een kind. Is dit niet zo, dan krijgt alleen de moeder automatisch gezag. Om gezag te krijgen of hebben, mag u niet jonger zijn dan 18 jaar, onder curatele staan of een geestelijke stoornis hebben.
In artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens staat het begrip family life omschreven. Het houdt in dat iedereen die in een nauwe betrekking staat tot het kind, recht heeft op omgang. Dit geldt dus ook voor de biologische vader, zelfs als erkenning niet heeft plaatsgevonden.
Een kind van 12 jaar of ouder mag niet kiezen bij welke ouder het wil wonen. Ouders blijven totdat een kind 18 jaar is verantwoordelijk voor de hoofdverblijfplaats en de zorgregeling.
Op het moment dat jij de ouder bent waar het kind niet meer naar toe wil gaan, zoek dan contact met de andere ouder. Probeer samen tot een oplossing te komen, eventueel met een mediator erbij. In bijna alle gevallen heb je recht op omgang met je kind!
Het blijft een taboe." De schattingen lopen uiteen, weet Brons, maar 2 tot 10 procent van de kinderen hebben een vader die niet hun biologische vader is. Vaders die een vaderschapstest laten doen, vinden dat hun partner raar gedrag vertoont of vinden dat hun kind niet op hen lijkt.
In principe kunnen wetenschappers ook het kern-DNA in de eicel vervangen door kern-DNA uit een zaadcel, waardoor je een kind (een zoon) zou kunnen krijgen met één moeder (die dan geen kern-DNA heeft bijgedragen) en twee vaders.
Een moeder kan een vaderschapstest afdwingen tot het 5e levensjaar van het kind. Een kind kan altijd een verzoek tot een vaderschapstest indienen. Een vader kan slechts vervangende toestemming voor de erkenning van zijn kind aanvragen bij de rechtbank, als de moeder deze erkenning bij de geboorte heeft geweigerd.
Meestal kost zo'n DNA-test tussen de €50 en de €200. Maar let op: soms komen hier ook nog abonnementskosten bij, die kunnen variëren van €80 tot wel €350 per jaar. Naast de DNA-tests die je zelf thuis kunt uitvoeren, bestaat er ook DNA-onderzoek naar erfelijke aandoeningen dat wordt uitgevoerd door klinische genetici.
De vader en moeder van wie het DNA in het kind zit, worden de biologische ouders genoemd. Juridische ouders zijn wettelijk familie van het kind. Maar zij hoeven niet biologisch verwant te zijn met het kind. Zoals bijvoorbeeld bij adoptie.
Het DNA-onderzoek is een deskundigen-onderzoek. In het kort betekent dit dat beide partijen in principe de helft van de kosten betalen, tenzij de rechter anders beslist.
Co-ouderschap na een scheiding regelt u in een ouderschapsplan. Hierin spreekt u af dat u allebei evenveel voor de kinderen zorgt. Soms moet u dit plan naar de rechtbank sturen.
Omvang omgangsregeling in de praktijk
Anders dan eens wordt gedacht, bestaat er in de praktijk in principe geen 'minimale omgangsregeling'. Dit komt omdat de omvang van de omgang afhangt van alle omstandigheden van het geval.