De 4 maanden sprong vindt echt niet altijd bij 4 maanden plaats. De slaapregressie hangt samen met de ontwikkelingen, niet met de
Wel, allereerst is de 4 maanden slaapregressie eerder een 'progressie' dan een regressie omdat de slaap van je baby matuurder wordt. Waar zijn slaappatronen zich ondertussen overdag al volledig hebben ontwikkeld, worden deze nu ook 's nachts ontwikkeld.
Je baby maakt rond de 4 maanden leeftijd de eerste slaapregressie door en dit kan ervoor zorgen dat je baby ineens minder goed slaapt. Veel baby's starten met hun eerste pogingen tot omrollen en ook andere fysieke en mentale ontwikkelingen kunnen invloed hebben op de slaap.
Als na zo'n 16 weken de slaapregressie begint, hebben veel ouders nét het idee dat ze een beetje aan het leven met een baby beginnen te wennen. Misschien werden de nachten al beter, en hup, alles staat weer op z'n kop.
4 maanden: De eerste slaapregressie is voor veel baby's ook meteen de meest heftige. Tijdens deze slaapregressie is je baby 4 maanden oud en verandert de slaapcyclus van je baby permanent.
De 6 maanden sprong is een hele heftige. Je baby heeft in het eerste halfjaar al ontzettend veel ontwikkeling doorgemaakt, maar vanaf de 6 maanden kan het échte denkwerk beginnen. Deze 'brein-groeispurt' kan er helaas wel voor zorgen dat je kindje ineens veel meer moeite heeft met slapen.
Ja dat kan inderdaad.
Wanneer begint het? De 4 maanden slaapregressie begint tussen de 3 en 4 maanden oud of 13-15 weken oud .
Op 4 maanden kan het zich ontwikkelende brein van een baby instabiliteit in hun slaap veroorzaken . Tekenen van slaapregressie op 4 maanden zijn onder andere moeite met in slaap vallen, frequent wakker worden, prikkelbaarheid en een kortere slaapduur. Om slaapregressie te overwinnen, moeten verzorgers gezonde slaaproutines en -gewoonten voor hun baby aanmoedigen.
Als sprong 4 begint, zul je merken dat je baby meer huilt, hangerig en humeuriger is dan voorheen. Dit is de lastige fase van de sprong. De lastige sprong van sprong 4 duurt meestal vijf weken, maar kan ook één tot zes weken duren.
Slaapritme bij 4 maanden oud
Je baby kan ongeveer vijf uur aaneengesloten slapen, waarbij de tweede voeding 's nachts ongeveer 3,5 tot 4 uur later nodig is. De meeste baby's hebben op dit moment nog twee nachtvoedingen, gerekend vanaf bedtijd, ergens tussen 18.00 en 20.00 uur.
De exacte duur varieert per kind, en niet elk kind ervaart een slaapregressie. Maar houd in ieder geval rekening met enkele dagen tot enkele weken. Elke baby reageert er bovendien verschillend op. Net zoals de slaapregressie van vier maanden plotseling kan beginnen, kan deze ook plotseling eindigen.
De lastige fase van sprong 4: verandering brengt weerstand
Wanneer sprong 4 begonnen is zul je merken dat je baby meer huilt, hangeriger en humeuriger is. Dat noemen we de lastige fase van de sprong. Deze lastige fase duurt meestal 5 weken, maar kan ook 1 of 6 weken duren, dit kan per baby verschillen.
De slaapregressie hangt samen met de ontwikkelingen, niet met de leeftijd. Sommige kinderen maken deze slaapregressie al wat eerder door, andere kinderen juist wat later.
Een slaapcyclus overdag is ongeveer 30 tot 45 minuten. Het kan echt een uitdaging zijn voor je baby om slaapcycli overdag te verbinden, omdat er wederom een gebrek is aan melatonine . Ook is je baby na ongeveer één slaapcyclus niet meer zo moe.
Het is normaal dat je baby veel hongeriger is tijdens een slaapregressie . Sommige ouders melden ook dat hun baby's "aanhankelijker" zijn dan normaal, en constant geknuffeld of vastgehouden willen worden. Babyslaapregressies vallen meestal samen met ontwikkelings- en/of fysieke mijlpalen.
Iedere baby ontwikkelt zich op zijn eigen manier en in zijn eigen snelheid. Het is dan ook goed mogelijk dat je kindje wat eerder of later door een sprong gaat dan andere kinderen.
Tijdens een slaapregressie zie je meestal een aantal veranderingen zien in het gedrag en de gewoontes van je kindje, zoals: Meer honger en frequenter eten, of juist slechter eten. Vaker wakker worden 's nachts. Moeilijker terug in slaap te krijgen na het wakker worden 's nachts.
Hoewel ook hier geldt dat deze slaapregressie vanzelf voorbij gaat, is het tijdens deze slaapregressie belangrijk om aan je slaapschema vast te houden. Zorg dat je consequent blijft met dutjes aanbieden en blijf een vast slaapritueel gebruiken om je peuter te helpen in slaap te vallen.
Een sprong bestaat uit twee verschillende fases. Het begint met een 'lastige' periode, die je kunt herkennen aan de 3 H's: hangerig, huilerig en humeurig. Hangerige baby: je baby of peuter steekt aldoor zijn handjes naar je uit omdat hij opgetild wil worden, of hij wil niet eten of slaapt veel langer dan normaal.
De laatste sprong is de wereld van systemen en vindt plaats vanaf week 70. In de lastige fase van sprong 10 merk je dat je kindje alle veranderingen spannend kan vinden en vaker bij je wil zijn. Ook kan hij of zij last hebben van driftbuien en slechter slapen dan normaal.