Woningeigenaren moeten aan de gemeente onroerendezaakbelasting betalen volgens deze wet. Hoe hoger de WOZ-waarde van een eigen huis, hoe hoger de belasting. Huurders hoeven deze belasting niet te betalen. Maar ook voor huurders is de WOZ-waarde van belang: die telt namelijk wél mee bij de bepaling van de maximale huur.
De onroerende zaakbelasting (OZB) wordt jaarlijks betaald door eigenaren van een woning aan de gemeente. Voor het bepalen van de OZB wordt gekeken naar de waarde van de woning. Deze waarde wordt de WOZ genoemd en wordt vastgesteld volgens de regels van de Wet Waardering Onroerende Zaken.
Sinds 2016 ben je als verhuurder verantwoordelijk voor het betalen van de OZB-belasting (Onroerendezaakbelasting). De rest van de belastingen worden doorbelast aan de bewoner (huurder) van het gehuurde, mits dit ook zo is opgenomen in de huurovereenkomst (en op de aanslag; gebruikersdeel).
De WOZ-beschikking is een document waarin staat wat de WOZ-waarde van uw onroerende zaak is. U krijgt elk jaar een WOZ-beschikking als u eigenaar bent of huurder bent van een bedrijfspand. U krijgt ook een aanslagbiljet voor de belastingen van de gemeente en het waterschap.
Als huurder van een woning betaal je in principe geen OZB, omdat de belasting alleen wordt geheven in de vorm van eigenarenbelasting. De verhuurder is verantwoordelijk voor deze kosten. In sommige gevallen kan de verhuurder de kosten echter doorberekenen in de huurprijs.
In bijna alle gemeenten moeten huurders afvalstoffenheffing betalen. In ongeveer de helft van de gemeenten betalen huurders ook rioolheffing. Een andere bekende gemeentelijke heffing is onroerendezaakbelasting (OZB). Dat is een belasting voor huiseigenaren.
Eigenaren en gebruikers (huurders)
De eigenaar van een woning of ander pand ontvangt automatisch de WOZ-waarde. Ook huurders (gebruikers) van een bedrijfspand ontvangen automatisch de WOZ-waarde van een gemeente.
Kan een huurder bezwaar maken tegen een WOZ-beschikking? Ja, de huurder kan op de gebruikelijke manier bezwaar maken tegen de WOZ-waarde. Maar de gemeente kan beoordelen of de huurder wel een belang heeft.
De Wet betaalbare huur is op 1 juli 2024 ingegaan.Huurders en verhuurders kunnen op www.ismijnhuurteduur.nl zien wat de wet voor hen betekent. Het kabinet wil met de wet huren weer betaalbaar maken. De wet zorgt ervoor dat verhuurders een huur vragen die past bij de kwaliteit van de woning.
De verhuurder mag u bij een all-in huurprijs geen jaarafrekening sturen voor servicekosten, gas, elektriciteit of water (nutsvoorzieningen). U betaalt hiervoor al een vast bedrag. Daarom hoeft u niet bij te betalen voor deze kosten. Maar u krijgt ook geen geld terug als deze kosten lager blijken te zijn.
Watersysteemheffing. U betaalt watersysteemheffing als u een pand heeft of gebruikt en als u eigenaar of gebruiker bent van grond: de gebruiker van een woning (huurder of eigenaar) betaalt watersysteemheffing ingezetenen. de eigenaar van een woning of een ander gebouw betaalt watersysteemheffing gebouwd.
Per 1 mei mag de WOZ-waarde voor maximaal 33% meetellen in de bepaling van de huurprijs. Met de WOZ-waarde stelt de gemeente vast hoeveel een woning waard is. Om huurwoningen in gebieden met een groot woningtekort betaalbaar te houden, wordt de WOZ-waarde minder bepalend in de bepaling van de huurprijs.
Woningeigenaren moeten aan de gemeente onroerendezaakbelasting betalen volgens deze wet. Hoe hoger de WOZ-waarde van een eigen huis, hoe hoger de belasting. Huurders hoeven deze belasting niet te betalen. Maar ook voor huurders is de WOZ-waarde van belang: die telt namelijk wél mee bij de bepaling van de maximale huur.
Iedereen die in een bepaalde gemeente woont of gevestigd is, betaalt belasting. Je maakt namelijk dagelijks gebruik van een aantal gemeentelijke voorzieningen die geld kosten. Voor het betalen van deze voorzieningen ontvangt de gemeente voor het grootste gedeelte geld van het Rijk.
Zelf WOZ-waarde huis opvragen in 2024
Je kunt heel gemakkelijk zelf een WOZ-waarde check doen. Dat doe je door de WOZ-waarde van je woning te raadplegen via het WOZ-waardeloket van de Rijksoverheid.
Als eigenaar van een woning of bedrijfspand moet u onroerendezaakbelastingen (OZB) voor eigenaren betalen.
Vanaf 1 juli 2024 mag uw verhuurder de huur verhogen met: maximaal 5,8% als de (kale) huur € 300 of meer per maand is (dit is gelijk aan de gemiddelde loonontwikkeling); maximaal € 25 als de (kale) huur lager is dan € 300 per maand. Dit is meer dan 5,8%.
Dan kunt u een officiële bezwaarprocedure starten. Hoe u bezwaar maakt bij uw gemeente, staat op de beschikking. In uw bezwaar schrijft u op waarom u het niet eens bent met de WOZ-waarde. U moet bezwaar maken binnen 6 weken na datum van de WOZ-beschikking.
WOZ en de waterschapsbelastingen
Een (woning)eigenaar betaalt deze belasting. Dat geldt ook voor de eigenaar van andere gebouwde objecten. De watersysteemheffing voor gebouwde objecten wordt berekend op basis van de WOZ-waarde van de woning.
Je betaalt meer inkomstenbelasting
Daarom moet je altijd een bepaald bedrag opgeven bij de belastingaangifte, namelijk het eigenwoningforfait. Dit is een percentage van de WOZ-waarde van je huis. Wanneer de WOZ-waarde hoger is, dan betaal je dus ook meer inkomstenbelasting.
De WOZ-waarde wordt bekend gemaakt aan één van de belanghebbenden, bijvoorbeeld de oudste woningeigenaar of de eigenaar van een verhuurde woning. Andere belanghebbenden, zoals nieuwe of mede-eigenaren, kunnen op verzoek de WOZ-waarde opvragen (de WOZ-beschikking).
Als verhuurder heb je ook bepaalde belastingverantwoordelijkheden. Een van de belangrijkste kostenposten voor verhuurders is de onroerendezaakbelasting (OZB). Deze belasting wordt berekend op basis van de waarde van het verhuurde pand en wordt jaarlijks in rekening gebracht.
Huren en geld Naast huur, energie, water en soms servicekosten betalen huurders ook lokale belastingen. Afvalstoffenheffing, waterschapsbelasting, en in een aantal gemeenten rioolheffing.