Het blad is idd giftig bij grotere hoeveelheden, af en toe een hapje eens per week kan geen kwaad, thans niet direct dat ze dood neervallen. De stoffen die dan vrijkomen kan een gezond paard werwerken. De pitten van de bessen zijn ook giftig. De bes zelf kan je eten, kan soms best lekker zijn als je er van houdt.
Het blad en de pit zijn, net als bij gewone kersen, giftig. Bij geiten wordt na opname zelfs het sterke vergif blauwzuur gevormd. Stikstofbemesting, droogte, vorst en bespuiting verhogen het gifstofgehalte. Verlept loof is zeer gevaarlijk.
Gevolgen voor dieren:
Bij een lage concentratie is blauwzuur licht irriterend voor de bovenste luchtwegen en slijmvliezen. Bij een gemiddelde concentratie treden krampen en bewusteloosheid op met sterfte binnen een half uur. Bij hoge concentraties is blauwzuur onmiddellijk dodelijk.
Er zijn ook veel planten waarvan veel mensen denken dat ze giftig zijn, maar deze vallen onder de niet giftige planten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de Plataan, Vlinderstruik, de Paarse dovenetel en Lavendel. Er zijn ook gezonde eetbare planten, bloemen, bomen en kruiden voor paarden.
Wortels zijn goed, sla, selderij en sperciebonen of peultjes mag ook, maar geef je paard geen uien, broccoli, kool/bloemkool of spruitjes. De tomatenplant behoort tot de nachtschadefamilie, die niet goed is voor paarden. Maar de tomaat zelf mag weer wel.
De plant is mild giftig. Inname van kleine hoeveelheden veroorzaakt geen vergiftiging. De saponinen zijn irriterend voor het maagdarmslijmvlies, en inname van relatief grote hoeveelheden kan maagdarm effecten veroorzaken, zoals koliek, braken en diarree.
Paarden en koeien eten riet als het nog groen is. Zodra het riet in het volwassenheidsstadium (bruine stengels) komt, dan wordt het taai en onverteerbaar. En dan zullen paarden en koeien dit ook minder snel eten. De rietbladeren kunnen scherp zijn, maar voor de meeste paarden is dit geen probleem en eten het graag.
De gewone vogelkers bloeit eerder (april-mei) en de bladeren zijn niet glanzend. De vruchten bevatten een ruwe pit. De Amerikaanse vogelkers kan ook verward worden met de uitheemse Virginische vogelkers (Prunus virginiana), maar deze heeft donkerrode vruchten en de pit is iets ruwer.
De Amerikaanse vogelkers is een bladverliezende boomsoort met enkelvoudige bladeren in een spiraal rond de takken. De bladeren zijn langgerekt, 5 tot 12 cm lang en 2,5 tot 5 cm breed, met een fijn gezaagde bladrand. De gladde bovenzijde van het blad is blinkend donkergroen.
Bijna alles van de kersenboom is giftig door blauwzuur. De stam, de bladeren en de pit bevatten dit gif. Het enige wat niet giftig is, is de rijpe vrucht.
Vogelkers groeit meestal in nogal schaduwrijke loofbossen op vochtige tot natte, humeuze en voedselrijke, zandige tot lemige bodems. Qua zuurgraad houdt de soort van matigheid: sterk zure gronden worden gemeden. Men vindt ze vaak in rivier- en beekdalbossen met bewegend grondwater, in kwel- en bronzones.
Het oorspronkelijk areaal van Amerikaanse vogelkers loopt van Guatemala tot in het zuidoosten van Canada. In Europa is de soort ingevoerd en heeft zich vanuit aanplant verspreid in onze bossen.
Het kiemen en uitgroeien van een struikje Heide duurt zo'n drie jaar. Ook Berken, Eiken en Vliegdennen doen er vrij lang over voordat ze met hun groeischeuten de lucht in gaan. Vogelkers kiemt en groeit echter veel sneller. Binnen twee jaar nadat het zaad gevallen is, staat er al een struik van een meter hoog.
Beukenhagen produceren meestal maar weinig beukennootjes, omdat ze rond de bloei gesnoeid worden. De (soms beschimmelde) nootjes van de beuk bevatten oxaalzuur, thiaminase en de zeepachtige stof fagine. Deze stoffen kunnen vergiftigingsverschijnselen veroorzaken wanneer het paard er grote hoeveelheden van binnenkrijgt.
via de stengel of het blad met het sap van de reuzenberenklauw in aanraking komt, kan zware brandwonden oplopen. Niet enkel mensen, maar ook paarden kunnen er huidirritatie, blaren of zelfs brandwonden aan overhouden.
Laurierkers en cotoneaster
Voor paarden is dagelijks 500 g laurierkersblad giftig. Symptomen zijn speekselen, ademnood, oplopen, felrode slijmvliezen en stuipen.
Het advies is om een paard niet langer dan 3 uur zonder ruwvoer te hebben staan, maar het mag niet langer dan 6 uur zonder staan. Anders wordt de kans op maagzweren (zeer) groot.
Echter brood is speciaal gemaakt voor menselijke consumptie en is niet het meest ideale paardenvoer. Veel vers brood is niet goed, omdat een paard deegballen kan vormen die slecht verteerbaar zijn en verstoppingen kunnen veroorzaken. Ook kan vers brood aan het gehemelte van een paard gaan plakken.
Een paard slaapt niet uren achter elkaar, omdat het van nature een prooidier is en het zich daarom niet kan 'veroorloven' om lang plat te liggen. Een typische nacht van een paard bestaat uit grazen, staand slapen en korte periodes van diepe slaap terwijl het plat ligt (de REM-slaap).
Er zijn verschillende soorten groenten en fruit die aan paarden kunnen worden gevoerd. Groentes zoals boerenkool, broccoli, spruitjes, radijsjes, spinazie, komkommer en wortelen kunt u aan uw paard voeren.
Rekening houdende met de hoeveelheid droge stof dat een paard maar dagelijks kan opnemen, betekent dat het paard nog 10,2 kg D.S. in de vorm van hooi kan opeten. Dat komt overeen met 12 kg hooi. Meer geven heeft dus eigenlijk geen zin en leidt tot overschot of tot te veel opname!
Groenten voor paarden: Naast fruit is groente (met mate) ook een optie. De volgende groenten kan je veilig aan je paard voeren: broccoli, boerenkool, spruitjes, spinazie, radijsjes en wortelen. Vooral wortelen zijn een gezonde aanvulling, ze bevatten erg weinig suiker, veel vocht en daarnaast ook nog bèta-caroteen.