Veel mensen hebben vliegangst, terwijl het niet nodig is. Als je in een vliegtuig zit, dan zijn van de 100 mensen 20 bang voor vliegen. Bovendien zijn er ook nog eens heel veel mensen die niet vliegen en die vind je dus niet in het vliegtuig. Vliegangst komt vaak uit iets anders voort.
Veel vliegpassagiers met vliegangst zijn bang voor turbulentie. Turbulentie kan vervelend zijn, maar is niet gevaarlijk. Het is niets meer dan de beweging die het vliegtuig maakt op de golven van de lucht.
Kan je van vliegangst afkomen? Volgens Van Gerwen kan iedereen van zijn vliegangst afkomen. Maar daarvoor moet je wel eerst weten welke andere angst erachter schuilgaat. 'Bij de helft van de mensen met vliegangst speelt controledwang een rol,' zegt de luchtvaartpsycholoog.
Ongeveer 35 procent van de mensen heeft vliegangst. Misschien heb je nog nooit gevlogen en vind je het daarom eng. En zelfs voor de 'frequent flyers' kan vliegen spannend zijn.
Kijkend naar het ergste wat kan gebeuren - namelijk dat een vliegtuig neerstort - dan is de kans zo'n 1 op 11 miljoen dat dit je overkomt. Ter vergelijking: de kans dat je omkomt door een fataal auto-ongeluk is 1 op 6.000.
Turbulentie is vervelend voor passagiers maar het vliegtuig zal niet neerstorten. Het grootste gevaar is dat je een flinke smak maakt in het vliegtuig. Daarom moet je je riemen altijd om houden tijdens een turbulente vlucht."
hartinfarct) kunnen verergeren tijdens een vlucht op grote hoogte. Daarnaast is er ook een constante verandering van de luchtdruk in het vliegtuig, waardoor ook de druk verandert in gesloten holtes, zoals de sinussen en het middenoor. We kennen allemaal het drukgevoel dat ontstaat in de oren tijdens opstijgen en dalen.
Als je zo min mogelijk turbulentie wil voelen, moet je in het midden van het midden gaan zitten. Aan de 'raamkant' voel je meer turbulentie dan in het midden van het gangpad. Waar je niet moet zitten, is aan de achterkant van het vliegtuig - daar voel je turbulentie sterker dan in het midden of aan de voorkant.
Op ieder moment na de crash kan er brand uitbreken of een explosie plaatsvinden, dus zorg ervoor dat er wat afstand zit tussen jou en het vliegtuig. Als de crash in open water plaatsgevonden heeft, dien je zo ver mogelijk van de wrakstukken af te zwemmen. Blijf op een plek, maar let goed op wat er gebeuren moet.
Als een vliegtuig stijgt of daalt verandert de lucht om je heen sneller dan de lucht in je oren. Als je ooit hebt gevlogen weet je dat dit zwaar oncomfortabel is – maar tijdelijk. Om de druk een beetje te verzachten kun je kauwgum eten, inademen en uitademen terwijl je je mond en je neus dichthoudt, of gapen.
Het beste antwoord. Er storten ongeveer 100 vliegtuigen per jaar neer. Dat is vergelijkbaar met 1 vliegtuig dat neerstort elke 3 of 4 dagen. Dagelijks worden er echter ongeveer 90.000 tot 100.000 vluchten uitgevoerd.
Van de 100 mensen die u op een willekeurige dag kunt tegenkomen, hebben er zo'n 35 in meer of mindere mate vliegangst. Zo'n 22 van hen stappen nooit en onder geen enkele omstandigheid in een vliegtuig; de andere 13 vliegen slechts als het echt niet anders kan, en dan met grote moeite en onder veel spanning.
Vliegangst is een reële angst met verstrekkende gevolgen. Uw hartslag versnelt, u hyperventileert, uw waakzaamheid verhoogt en u voelt zich angstig zonder dat daar een concrete aanleiding voor is. Wie aan vliegangst lijdt, krijgt te kampen met stress.
Wat in dit geval beter werkt, is dat de persoon die vliegangst heeft, zich kan uitspreken over zijn gevoel. Erkenning, steun en begrip zijn de 'tover'woorden die in dit geval veel beter werken. De volgende tips kunnen hierbij goed van pas komen: Geef de persoon iets te drinken.
"Vliegen is absoluut niet gevaarlijk. Er gebeuren weinig ongelukken. Bij wijze van spreken ben je in het vliegtuig zelf veiliger dan op de weg er naartoe." Veel mensen met vliegangst vinden het volgens de angstcoach een eng idee dat zij door de lucht vliegen en daar de controle kwijt zijn.
15 juli 1996: Een Hercules-transportvliegtuig van de Koninklijke Landmacht crasht op vliegbasis Eindhoven. Daarbij komen 34 inzittenden om het leven. Op 25 februari 2009 stort in de buurt van Schiphol een vliegtuig van Turkish Airlines neer. Van de 135 inzittenden overleven 9 mensen de crash niet.
Opstijgen is minder gevaarlijk dan landen
80 procent van de vliegtuigongevallen doet zich voor drie minuten na het opstijgen en acht minuten voor het landen.
Dat is moeilijk te zeggen. Ten eerste moet het vliegtuig gelokaliseerd worden. Afhankelijk van de manier waarop het neergestort is – intact het water in, of op 10 kilometer hoogte uit elkaar gespat – kan het wrak uitsluitsel geven.
De stoel naast de toiletten
Naast de vieze luchtjes, staat er ook bijna altijd een rij mensen naast je. En op de een of andere manier kunnen die mensen niet gewoon stil zijn; ze gaan even rekken en strekken, leunen op jouw stoel en voor je het weet zit er een elleboog in je gezicht.
Over het algemeen zit je op een stoel achterin de cabine het meest veilig en dan ook nog in de buurt van een nooduitgang. Ook de plekken aan het gangpad zijn wat veiliger als er iets gebeurt, omdat je dan eerder het toestel kunt verlaten.
Onder meer het aantal ongelukken, het type vliegtuigen waarmee wordt gevlogen en de leeftijd van de toestellen speelden een rol in het onderzoek. Emirates kreeg een score van 95,05 procent van het Jacdec. KLM kreeg 93,31 procent.
Vliegtuigen moeten altijd tegen de wind in landen en opstijgen. Bij matige wind kunnen ze behoorlijk wat zijwind verdragen, maar zodra het gaat stormen worden die toleranties veel kleiner. Ook bij Eunice is er geen andere mogelijkheid dan pal tegen de wind in te landen of op te stijgen.
De lucht bevat minder zuurstof. Om het lichaam toch van voldoende zuurstof te voorzien, moet het hart harder werken. Voor hart- en vaatpatiënten die klachten hebben in rust of matige inspanning, kan dit zeker (bij een lange vlucht) problemen opleveren.
Naast het opruimen van de natuur zijn vliegen een voedselbron voor andere dieren. Vliegen worden door verschillende dieren in de natuur opgegeten. Ze zijn bijvoorbeeld een voedselbron voor spinnen, vogels, vleesetende planten, padden, kikkers, vissen en vleermuizen.