9. In hoeverre mag je een souterrain meetellen bij de gebruiksoppervlakte wonen wanneer de hoogte nergens meer dan 2,0 m is? Wanneer de hoogte niet boven de 2,0 meter komt, kan geen sprake zijn van gebruiksoppervlakte wonen. Het ge- hele souterrain valt daarmee onder de gebruiksoppervlakte overige inpan- dige ruimte.
Alleen de ruimtes met een duidelijke woonfunctie worden gemeten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de woonkamer, keuken, badkamer, slaapkamer en de hal. Ruimtes zoals de garage, kelder, vliering, (externe) bergruimten en balkons hebben geen woonfunctie en worden daarom niet meegerekend.
De woonoppervlakte is gelijk aan de som van de netto-vloeroppervlakten van de vertrekken van een woning. Tot de vertrekken behoren huiskamers, eetkamers, slaapkamers, werk-, eet- en woonkeukens en voorts andere binnenruimten, geschikt voor bewoningsdoeleinden, indien ze ten minste 4 m2 groot zijn.
Het belangrijkste verschil tussen een kelder en souterrain bouwen is de positie van de extra ruimte. Een souterrain ligt gedeeltelijk onder de grond, terwijl een kelder volledig onder de grond ligt.
- de ruimte is bouwkundig slechts geschikt als bergruimte. Voorbeelden hiervan zijn een kelder, fietsenstalling of een garage; - er is sprake van een bergzolder, dat wil zeggen een voor mensen toegankelijke zolder die alleen geschikt is voor incidenteel gebruik.
De gebruiksoppervlakte is het aantal vierkante meters in uw woning die gebruikt kunnen worden om te wonen. Hierbij moet de stahoogte minimaal 1,5 meter zijn.
- Een onverwarmde berging, een garage, balkon en terras worden (meestal) niet meegerekend in de gebruiksoppervlakte wonen, maar in overige inpandige ruimte of in gebouwgebonden buitenruimte of externe buitenruimte.
Een zeeman, die het huis liet bouwen, zou op de gedachte van de varende kelder zijn gekomen, doch dit is niet meer dan een legende. In werkelijkheid is het een inventieve bouwtechnische oplossing: de kelder beweegt mee met de sterk wisselde grondwaterstand.
De voornaamste reden om een souterrain in huis te bouwen komt door de wijze waarop een woning opgebouwd wordt. Een kelder die geheel onder het maaiveld ligt is lastiger om te bouwen, daarom werd de onderste laag vroeger soms wat hoger geplaatst. In herenhuizen was deze laag bestemd voor inwonend personeel en de keuken.
Een kelder is geen 'op de grond staand' bijbehorend bouwwerk . Een kelder wordt namelijk in de grond gebouwd. Ook wordt de kelder niet op andere wijze genoemd in bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht ( Bor ).
Externe bergruimte
Externe bergruimtes staan los van de woning en zijn daarmee geen onderdeel van de woonoppervlakte. Deze ruimtes hebben geen woonfunctie, zijn afsluitbaar en alleen bereikbaar door de woning te verlaten. Voorbeelden zijn vrijstaande garages, schuren en andere externe bergingen.
Een garage, schuur, eventueel dakterras of balkon vallen dan weer niet onder de woonoppervlakte van de woning. Dit staat in de “meetinstructie bepalen gebruiksoppervlakte woningen” die makelaars gebruiken om de totale woonoppervlakte te bepalen.
Overige woonruimte
Het gaat dan bijvoorbeeld om: gang (geen gemeenschappelijke gang), bijkeuken, kelder, wasmachineruimte, pantry, CV-ruimte, vaste kast of meterkast. U mag deze ruimten niet meerekenen als: De afstand tot het plafond is lager dan 1.50 meter.
De lengte en de breedte vermenigvuldigen
Wie de oppervlakte van een ruimte wil berekenen, doet dit door de lengte met de breedte te vermenigvuldigen. Je komt dan uit op een bepaald aantal vierkante meters. Dit is de standaardprocedure om rechthoeken te berekenen. Een voorbeeld: een kamer is 30 meter bij 15 meter.
De woonoppervlakte is het aantal vierkante meters van het eigendom dat effectief bewoonbaar is. Alle ruimtes binnen de woning worden meegerekend, maar de tuin, oprit en andere buitenruimtes tellen niet mee in de woonoppervlakte.
Bewoonbare kelder: kelder waarvan het vloerniveau maximum 1,50 meter onder het maaiveld ligt met een minimum plafondhoogte van 2,20 meter. Niet-bewoonbare kelder: kelder die niet voldoet aan de definitie van bewoonbare kelder.
De gemiddelde prijs voor het bouwen van een kelder ligt op € 30.000 voor een onderkelder van 20 m2. Voor iedere 5 m2 groter moet je rekenen op € 5.000 meer kosten. Natuurlijk is dit maar een schatting, aangezien je de aankleding van een kelder zo duur kan maken als je zelf wilt.
Een ruimte wordt tot een bouwlaag gerekend, als het meetelt voor de gebruiksoppervlakte, bijvoorbeeld een kelder, de begane grond, een verdieping of een zolder. Een voor mensen toegankelijke zolder, waarin een netto-hoogte van 1,5 m of hoger voorkomt, is dus een bouwlaag.
In de eerste plaats moet je zien te achterhalen hoe diep je fundering zit. Als dat diep genoeg is, bijvoorbeeld 2,5 meter, dan kun je zelf een kelder uitgraven onder je huis waar je in kunt staan.
Het bouwen van een kelder is omgevingsvergunningplichtig. Daarbij maakt het niet uit of deze kelder al dan niet onder een bouwwerk wordt gebouwd. Een kelder wordt niet genoemd in bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht (Bor).
Zoals u kunt zien zijn er mogelijkheden genoeg om een grote of kleine kelder te realiseren. Maar kan een kelder bouwen wel onder een woning als u er al woont? Het antwoordt hierop is ja! Het onder kelderen van een bestaande woning is goed te doen en u kunt in de meeste gevallen gewoon rustig blijven wonen.
Als de berging GO overig inpandig is, dan hoort de inhoud hiervan bij de inhoudsberekening van de woning. Als de berging externe bergruimte is, dan hoort de inhoud van de berging en de daarboven gelegen bergruimte niet bij de inhoud van het gebouw.
De gebruiksoppervlakte wonen (in de volksmond ook wel woonoppervlakte genoemd) stelt de makelaar vast aan de hand van de uniforme meetinstructie. Deze meetinstructie zorgt voor eenduidige vermeldingen van de gebruiksoppervlakte bij de woningen op funda. Hierdoor kan je woningen goed met elkaar vergelijken.
Definitie gebruiksoppervlakte
Opgaande scheidingsconstructies zijn bijvoorbeeld dragende wanden, scheidingswanden, borstweringen. Maar ook schoorsteenstoelen en andere vaste bouwkundige elementen die in de ruimte inspringen en tot de vloer doorlopen. Trappen worden niet gezien als scheidingsconstructies.