De vissen zullen goed bijten net voordat de zon opkomt en net na zonsondergang, wanneer er veel voedsel voor ze is. Tijdens het midden van de dag, wanneer de zon op het hoogste punt staat, zullen de vissen zich terugtrekken naar kouder, dieper water.
Waterplanten in een vijver maken overdag zuurstof aan in het water. Tijdens de nacht stopt dat proces. Vandaar dat in een vijver met vissen 's ochtends vroeg het zuurstofgehalte het laagst is.
Een algemene regel is, dat wanneer je een zuider- of westenwind hebt je vaak het best in de windkant kunt vissen. Komt de wind uit het oosten of noorden en voelt deze koud aan, heb ik zelf de voorkeur aan de wind in de rug. Dus dan vis je meestal in de luwte.
Artikel 7, lid 1 van het Reglement voor de binnenvisserij 1985 zegt dat het verboden is om te vissen tussen twee uur na zonsondergang en één uur voor zonsopgang.
De beste visstekken vind je bij beschutte plekken als een brug, steiger of vlonder. Werp wat lokvoer in het water om de vissen aan te trekken. Bevestig een dobber en vishaak aan het einde van je lijn, hang aas aan de haak en gooi je hengel uit. Geluid schrikt vissen af, dus wees stil tijdens het vissen.
Regen verhoogt zuurstofgehalte
En ook donkere regenwolken lokken veel vissen naar het open water toe, waar je als sportvisser een grotere kans hebt om ze te vangen. Sommige vissen zien waterdruppels aan voor insecten. Daardoor kan een regenbui ze naar het oppervlak drijven.
Ervaring is wel uit het verleden dat een stevige wind het beste is, maar met echte storm werden de vangsten minder.
Samen met een stuk lood bied je het geheel aan op de bodem van het viswater. Je gebruikt hierbij geen hengel maar een (peur)stok. Het idee is dat de paling in de wormen bijt en met haar tandjes in het draad blijft haken. Als je beet hebt dan haal je het geheel met één beweging binnen.
Een nieuwe studie van de University of Liverpool komt tot de conclusie dat de veel gehoorde uitspraak van vissers dat "vissen geen pijn voelen", niet klopt. Vissen voelen hoogstwaarschijnlijk wel pijn, en dat op een gelijkaardige manier als zoogdieren en dus ook mensen, zegt de studie.
In principe kunnen alle vissen met tanden bijten. In Nederland gaat het bijvoorbeeld om de snoekbaars, snoek en meerval. "Die laatste heeft heel kleine tandjes, die zie en voel je bijna niet." De tanden van snoekbaarzen en snoeken zijn wat groter.
Slechte waterkwaliteit: Wanneer het water slecht wordt, beginnen vissen te sterven. Overvoeding: Deze is gemakkelijk om verkeerd te krijgen, maar zo belangrijk om goed te krijgen. Aquarium management: Verschoon het water, reinig het grind en beheer algen als je wilt dat je vissen floreren.
Het lokken van vissen
Als je de vissen wil lokken, kun je dat het beste doen door wat balletjes voer bij je dobber te gooien. Zo lok je de vis naar je haakje en maak je meer kans dat de vis ook daadwerkelijk jouw haakje kiest. Het is hierbij belangrijk dat je dit visvoer aanmaakt.
Bij stroming of als je grote vis wilt vangen is het vaak gunstig om tussen de 20 en 50 centimeter dieper te vissen dan je peildiepte. Maar peil altijd heel nauwkeurig, ook links en rechts en een meter voor en achter je stek. Je komt dan niet voor verrassingen dat het water sterk afloopt.
De diepte van je dobber hangt af van de diepte van het water. In de meeste gevallen is het verstandig om 20 tot 30 centimeter boven de bodem te vissen. Als het een warme zomerdag is, en je de voorns vaak ziet zwemmen, is het verstandig om wat hoger in het water te vissen.
Karper en brasem zoeken bijvoorbeeld in zandwinplassen de diepere waterlagen op. Bij een goed zuurstofgehalte is de vis dan meestal tussen de 8 en 12 meter te vinden en te vangen! Maar ook dan geldt, niet te lang drillen, vooral de vis niet bewaren in een leefnet of een bewaarzak.
"De wind kan in ondiep water een waterhoos veroorzaken die alle dieren uit het water optilt, zoals kikkers en vissen bijvoorbeeld", klinkt het. "De vissen zouden zelfs lange afstanden kunnen afleggen door de regenwolken. En dan kunnen ze plots ook zomaar bij een regenbui uit de lucht vallen".
Vissen. 19 februari tot 20 maart. Alles over de eigenschappen van Vissen kun je hier lezen.
Er zijn in hoofdlijn drie oorzaken van tegenvallende vangsten: 1) er zit geen vis op je stek, 2) de vis aast niet of 3) je pakt het gewoon verkeerd aan. Het eerste punt kun je ondervangen door een stek te zoeken waar je vis mag verwachten.
De snoek en winter
Wanneer de watertemperaturen dalen, wordt onze mooie Esox Lucius weer kieskeuriger in wat zij wilt bijten. Door studies over het gedrag van de snoek is gebleken dat de watertemperatuur vrij weinig te maken heeft met het passieve gedrag van de meeste snoeken.
Iedereen is het er over eens, de natuur is mooi! Tijdens het vissen zit je heerlijk langs de waterkant midden in de natuur. Geniet van de fluitende vogels om je heen, de insecten die heen en weer vliegen en de prachtige groene omgeving waar jij je hengeltje uitgooit.
Voor de meeste vissers is de blankvoorn een goede bekende. Dat geldt zeker voor de jeugdige hengelaars. Vrijwel iedere visser begint met het vissen op “witjes”, met als hoofdmoot de blankvoorn. Niet zo vreemd overigens: de blankvoorn is vrij gemakkelijk vangbaar.
Vissen hebben geen stembanden maar produceren geluid door hun vinnen te bewegen, met hun tanden te raspen, lippen te klapperen of hun zwemblaas te laten trillen. Ze maken deze geluiden om elkaar te waarschuwen voor gevaar, het bij elkaar houden van de school of het vinden van een partner .