Wanneer je iets moet laten inkoken doe je dat best altijd zonder deksel. Zo krijgt de vloeistof die verdampt de kans om te verdwijnen. Wanneer je een deksel zou gebruiken condenseert die damp tegen het deksel en beland zo weer in de pot. Nog een goede tip: zet het vuur zeker niet te hoog wanneer je iets laat inkoken!
Bij stoven maak je eten langzaam gaar in een gesloten pan in vet en nét niet kokend vocht. Omdat het zo lang duurt gaan smaken goed in elkaar over. Daarom is het bij stoven lekker om bijvoorbeeld bouillon met ui en kruiden toe te voegen.
Om te sudderen dient men het vuur laag te houden zodat het net niet kookt. Men gebruikt daarbij ook wel een kookplaatje, zodat het vlees niet aanbrandt. Deksel op de pan.
Zet het vuur niet te hoog: stoofvlees moet zachtjes stoven, en zeker niet koken. Zachtjes pruttelen is oké, maar van koken wordt het vlees taai. Het deksel hoeft niet meteen op de pan, dan krijg je te veel vocht in je stoverij.
Stoven is het langzaam garen van vlees in een vloeistof. Je braadt het eerst aan en dan laat je het rustig verder gaar worden in een gesloten pan, op een laag tot matig vuur in bouillon, wijn, cider of bier met groenten en kruiden. De temperatuur van de vloeistof maakt een groot verschil.
Onder deksel zullen voedingsmiddelen eerder koken of stomen: een krokant, bruin korstje krijg je alleen als je iets zonder deksel bakt. Als je iets onder deksel kookt, moet je alert zijn op overkoken. Wat helpt, is het deksel een beetje schuin zetten. Groene groenten kook je best niet langer dan 5 minuten onder deksel.
Sudderen verschilt eigenlijk niet van stoven, Bij sudderen gaat het om het zachtjes verwarmen zelf. Dit kunnen ingredienten in vocht zijn, maar ook in een min of meer gebonden saus. Ook bij sudderen is een braadpan met een dikke bodem belangrijk om aanbranden te voorkomen.
-Het vocht wat je toevoegt aan het stoofvlees moet op kamertemperatuur zijn. Als je koud vocht toevoegt, dan sluit het vlees zich af en neemt het niet makkelijk vocht en/of smaken meer op. -Voeg zuren aan je vlees toe, zoals (rode) wijn, azijn , bier, tomatenpuree of mosterd.
Hoe langer je stoofvlees laat garen, hoe malser het wordt. Je moet er echter rekening mee houden dat wanneer je het te lang laat opstaan, het vlees helemaal uiteen gaat vallen. Zo heb je geen stukken vlees meer maar wordt het stoofvlees meer een dikke saus met draadjesvlees in.
Een scheutje wijn, azijn, citroensap of ieder ander zuur (tomaat, tomatenpuree of zelfs rinse appelstroop) zorgt ervoor dat het bindweefsel in stoofvlees malser en zachter wordt. Daarom is het draadjesvlees van jouw oma zo lekker en zo zacht!
Soms staat er in een recept "saus tot de helft inkoken". Dan probeer je dus zoveel vloeistof te laten verdampen totdat je de helft van de oorspronkelijke hoeveelheid over hebt. De duur van het inkoken hangt af van de temperatuur.
Mals rundvlees bereiden
Doe na het dicht schroeien van rundvlees een scheutje azijn, wat zoete ketjap en water erbij. De azijn zorgt ervoor dat het vlees lekker mals blijft en de ketjap geeft een heerlijk smaakje aan het vlees.
Laat bouillon nooit koken, maar heel zachtjes trekken zonder deksel op de pan. Door het borrelen van het water emulgeren de vrijgekomen vlees- en viseiwitten met het vet in het water en wordt de bouillon troebel.
Verschil tussen bakken en braden
Bakken en braden zijn gelijkaardige kooktechnieken, maar braden duurt langer, gebeurt op lagere temperatuur en meestal in een afgesloten pot; terwijl bakken minder lang duurt, op hogere temperatuur gebeurt en zonder deksel.
Stoven is een kooktechniek waarbij je het vlees kort aanbakt en vervolgens langzaam laat verder garen door het onder te zetten in vocht. De temperatuur van de bereiding komt bij voorkeur niet boven de 80 °C.
Doe de deksel op de pan en zet het geheel in het midden van een op 100ºC conventioneel voorverwarmde oven en stoof in 3½-4 uur zacht en gaar. Keer tussentijds het vlees een paar keer en controleer of er nog genoeg vocht in de pan zit en vul eventueel aan met een beetje extra water.
Riblappen zijn van de drie het meest mals omdat ze meer vet hebben dan de sucade- en runderlappen. Het heeft hierdoor meer smaak en wordt dan ook heerlijk zacht. Riblappen zijn perfect voor een pan ouderwets draadjesvlees.
Als je het vlees afblust, dan moet het vocht, de saus of bouillon dezelfde temperatuur hebben als het vlees in de pan. Bij koud vocht, sluit het vlees zich af, wordt het minder mals en neemt het weinig smaken meer op. Laat je vlees helemaal onder de bouillon of saus garen. Op deze manier droogt het vlees niet uit.
Vlees moet bedekt zijn met sauzen, groenten en specerijen, gesmeerd met olie, ze zullen vochtverlies voorkomen. Het is belangrijk om niet op een lage temperatuur te koken, anders droogt het gewoon uit. Selecteer de stukken met het vet, vooraf marineren. We plaatsen het vlees in een goed verwarmde oven (200-230 graden).
Doe de bouillon, kruidnagel en laurier in de pan en breng aan de kook. Zet de pan op een klein pitje met een sudderplaatje en voeg het vlees, azijn/wijn en ketjap toe. Als het vlees niet helemaal onder het vocht staat, voeg dan nog wat kokend water toe. Laat het vlees met het deksel op de pan 3 à 4 uur zachtjes stoven.
Welke stand inductie stoofvlees? Welke stand is stoven? Voeg rode wijn, vleesbouillon, zout en peper toe en breng aan de kook. Zet het deksel op de pot, draai het vuur op stand 1 en laat 3-4 uur stoven.
Doe niet al het vlees ineens in de pan: dat heeft tot gevolg dat het vlees staat te koken in plaats van te bakken. Van koken wordt het vlees taai. Braad het daarom beter aan in porties. Elke keer als een portie vlees mooi toegeschroeid is, doe je ze in de andere pan bij de uien.
Sudderen is een bereidingstechniek waarbij het vlees gedurende lange tijd, enkele uren, in een pan langzaam bereid wordt tot het zacht wordt. Om te sudderen dient men het vuur laag te houden zodat het net niet kookt.
Een hapjespan is dus eigenlijk een koekenpan met hoge rand. Je kunt er vlees of vis in bakken of braden. Desgewenst kunt u gerechten met vlees of vis laten stoven. Ook bereidt u hiermee eenvoudig de heerlijkste stamppotten en roerbakschotels.
Runderriblap. Fijne riblappen zijn de meest malse stooflappen van het rund en het snelst te bereiden. Door iets zuurs (bijvoorbeeld azijn of wijn) aan het stoofvocht toe te voegen is het vlees sneller zacht.