OCD is een vorm van een angststoornis. Er wordt ook wel eens een vergelijking gemaakt met een Autisme Spectrum Stoornis. Echter is OCD niet een vorm van autisme. Wel kan het zo zijn dat mensen met autisme bepaalde dwanggedachten/handelingen ervaren vanuit hun problematiek.
Bij ASD (Autisme Spectrum Disorder) staan moeite met sociale communicatie en stereotype bewegingen meer op de voorgrond, terwijl zich steeds herhalende gedachten en dwangmatige handelingen bepalend zijn voor een dwangstoornis (OCD, obsessieve-compulsieve stoornis).
OCD is een psychiatrische stoornis die wordt gekenmerkt door obsessieve gedachten en compulsieve handelingen zoals schoonmaken, controleren, tellen of hamsteren. Deze handelingen zijn irrationeel, beangstigend en het is moeilijk om er vanaf te komen.
Een dwangstoornis kan ontstaan door een lichamelijke ziekte, het gebruik van drugs of sommige medicijnen. Een ingrijpende, belangrijke levensgebeurtenis kan zorgen voor een dwangstoornis. Seksueel misbruik, het overlijden van een dierbare, een zwangerschap of een echtscheiding bijvoorbeeld.
Iemand met PDD-NOS heeft last van sociale en communicatieve problemen zoals bij autisme, maar dan in mildere vorm. Er wordt dan ook wel gesproken van aan 'autisme verwante problematiek' of de term PDD-NOS (Pervasive Developmental Disorder Not Otherwise Specified).
Mensen met het syndroom van Asperger hebben een normale tot hoge intelligentie. Mensen met de PDD-NOS hebben de sociale en communicatieve problemen zoals we die ook zien bij autistische stoornis/ klassiek autisme, alleen niet zo uitgebreid. In deze gevallen wordt dan gesproken over 'aan autisme verwante problematiek'.
Stoornissen in het autismespectrum en het Williams-syndroom zijn complexe cognitieve stoornissen die op sociaal gebied juist tegenovergestelde kenmerken vertonen: mensen met stoornissen in het autismespectrum zijn meestal hyposociaal, terwijl mensen met het Williams-syndroom doorgaans hypersociaal zijn.
Een OCD kan worden veroorzaakt door genetische of neurobiologische factoren, maar ook door omgevingsfactoren. Deze dwangstoornis kan ook ontstaan door een lichamelijke ziekte, het gebruik van drugs of sommige medicijnen.
Onderzoekers hebben ook ontdekt dat verschillende hersengebieden, hersennetwerken en biologische processen een belangrijke rol spelen bij obsessieve gedachten, dwangmatig gedrag en bijbehorende angst en bezorgdheid. Er wordt onderzoek gedaan om de connectie tussen OCD-symptomen en delen van de hersenen beter te begrijpen.
Mensen met OCD vertonen meestal eerst milde symptomen van obsessies en compulsies, die mettertijd kunnen verergeren.
Obsessieve-compulsieve stoornis (OCD) is een stoornis die gekenmerkt wordt door oncontroleerbare en terugkerende gedachten (obsessies), repetitieve en excessieve gedragingen (compulsies), of beide . OCD-symptomen kunnen op elk moment beginnen, maar beginnen meestal tussen de late kindertijd en de jonge volwassenheid.
Dwangmatig piekeren is een gewoonte die vooral optreedt bij mensen die een aantal eigenschappen hebben: controle willen hebben, perfectionisme en overmatige verantwoordelijkheid. Ze willen gewoonlijk niet alleen de dingen die echt spelen onder controle hebben, maar ook al dingen die kunnen spelen.
Praktisch gezien kan de overlap tussen autisme-gerelateerde gedragingen en OCD-symptomen zich als volgt uiten: De voorkeur voor hetzelfde en de moeite met het aanpassen aan verandering, die veel voorkomen bij autistische jongeren, kunnen functioneel gezien lijken op OCD-gerelateerde obsessies, dwangmatigheden en de daarmee gepaard gaande stress (bijv.
OCD kan je leven beheersen. De aandoening zorgt soms voor moeilijke situaties op het werk of in relaties. De dwangstoornis is tijdrovend en je schaamt je vaak. Het is daarom belangrijk om hulp te zoeken en je te laten behandelen voor OCD.
OCD is een vorm van een angststoornis. Er wordt ook wel eens een vergelijking gemaakt met een Autisme Spectrum Stoornis. Echter is OCD niet een vorm van autisme. Wel kan het zo zijn dat mensen met autisme bepaalde dwanggedachten/handelingen ervaren vanuit hun problematiek.
De versterking van OCD-symptomen
Het kan voorkomen dat iemand in een vicieuze cirkel terechtkomt waarin de tijdelijke verlichting die de dwangmatige handelingen bieden, alleen maar de overtuiging versterkt dat deze noodzakelijk zijn om de angst te beheersen . Hierdoor blijft de vicieuze cirkel van negatief denken in stand.
Twee tot drie procent van de mensen heeft een obsessieve-compulsieve stoornis (OCD). Die kan hardnekkig zijn, maar met de juiste hulp, kun je ervan genezen.
Hoe ontstaat een dwangstoornis? Er is niet één oorzaak aan te wijzen waardoor een dwangstoornis ontstaat; wel zijn er verschillende risicofactoren. Een dwangstoornis ontstaat meestal door een combinatie van erfelijkheid, lichamelijke oorzaken, wat iemand meemaakt in het leven en persoonlijke eigenschappen.
Symptomen beginnen meestal na verloop van tijd en variëren in ernst gedurende het leven. De soorten obsessies en dwangmatigheden die u hebt, kunnen ook na verloop van tijd veranderen . Symptomen worden over het algemeen erger wanneer u onder grotere stress staat, inclusief periodes van transitie en verandering.
Voorbeelden zijn fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline.Venlafaxine is een middel met een antidepressieve werking. Het regelt in de hersenen hoeveelheid serotonine, een van nature voorkomende stof die een rol speelt bij stemming en emoties.
Ontstaan. Veel mensen met een dwangmatige persoonlijkheidsstoornis zijn opgegroeid met afstandelijke, kritische of strenge ouders. Tijdens je opvoeding was er waarschijnlijk weinig ruimte voor spel, ontspanning en pubergedrag. Deze stoornis komt voor bij ongeveer één procent van de bevolking.
Er zijn andere hersenstoornissen die autismesymptomen nabootsen, zoals ADHD en angststoornissen, waaronder selectief mutisme . Autisme kan verkeerd worden gediagnosticeerd als een andere stoornis met enkele gedeelde symptomen.
Een beetje autistisch bestaat niet. Of je hebt autisme, of je hebt het niet. Desondanks komt het regelmatig voor dat mensen aangeven kenmerken die bij autisme passen, bij anderen of zichzelf te herkennen.
Problemen in de sociale interactie (contactstoornis)
De manier van contact maken met anderen is opvallend anders. Moeite om te begrijpen wat een ander van jou verwacht. Het niet goed kunnen aanvoelen van andere mensen. Weinig aandacht voor de ander.