Niet-aangeboren hersenletsel wordt onderscheden in twee gradaties: mild-traumatisch en zwaar-traumatisch. De aanwezigheid van hersenletsel kan mogelijk worden aangetoond met een scan: bijvoorbeeld een CT-scan, een PET-CT-scan of een MRI-scan.
De diagnose NAH wordt gesteld door een combinatie van factoren. Er moet sprake zijn van aantoonbaar hersenletsel of een hersenziekte (geweest) zijn. Daarnaast moeten er aantoonbare klachten en beperkingen zijn als gevolg van dit hersenletsel. Het kan zijn dat die beperkingen pas veel later aangetoond worden.
Matig tot ernstig hersenletsel laat littekens achter die duidelijk te zien zijn op MRI of CT-scans. Maar het brein heeft een beperkte capaciteit om zichzelf te genezen; en in sommige gevallen, kan het bewijs na enkele jaren niet meer op een scan aangetoond worden, hoewel de cognitieve tekorten blijven.
De MRI-scans tonen zelfs na een half jaar nog een duidelijk verschil. Op basis van de scans is het ook mogelijk om een geschiedenis van eerder doorgemaakte hersenschuddingen vast te stellen, schrijven de onderzoekers in NeuroImage Clinical. Hersenschudding komt regelmatig voor bij contactsporten zoals voetbal en rugby.
Het is gebleken dat er maar weinig mensen helemáál herstellen van hersenletsel. Het is niet te vergelijken met een ziekte waar je van kan herstellen. NAH professionals (neurologen en neuropsychologen) weten hier alles van.
Met een CT-scan worden dwarsdoorsnedefoto's gemaakt van bepaalde delen van het lichaam. Bij u zal de CT-scan gaan om het afbeelden van de hersenen, het binnenoor, de hypofyse of het aangezicht. De CT-scanner bestaat uit een ring van ongeveer 1 meter diep en een doorsnede van 70 centimeter met een tafel ervoor.
Een lekkende bloed-hersenbarrière gaat samen met geheugenproblemen. Foto: Witte vlekken op deze MRI-scan van een brein tonen een hersenziekte ontstaan door een beschadigde bloed-hersenbarrière. Ziektes of een verhoogde bloeddruk kunnen oorzaken zijn van de beschadiging.
Een CT-scan geeft een arts een compleet overzicht van bijvoorbeeld het gehele boven- en onderlichaam. Een MRI daarentegen laat meestal maar een beperkter deel van het lichaam zien, bijvoorbeeld alleen de onderbuik en toont organen meer op detailniveau.
Bij driekwart van de vrouwen die op basis van een verdachte MRI-scan een aanvullend onderzoek moesten ondergaan, bleek het vals alarm. Het is dus niet duidelijk of een MRI-onderzoek echt leidt tot betere uitkomsten, of misschien vooral tot veel onnodige onrust en bijkomende onderzoeken.
Bij een MRI-scan worden foto's gemaakt van doorsneden van het lichaam. Met een MRI-scan zijn bijvoorbeeld de hartspier, de kleppen of de grote slagaderen goed in beeld te brengen.
'Iemand met hoge bloeddruk kan ook tientallen van die vlekjes hebben, en ook als het geen MS is, zijn witte vlekjes over het algemeen geen goed nieuws. Het zijn bloedvaten die moeite hebben om bloed naar een bepaald gebied te brengen.
De gevolgen van NAH kunnen bij mensen met NAH en hun naasten leiden tot depressieve klachten, angsten en tot overbelasting van de partner. Doordat een groot deel van de gevolgen, zoals concentratieproblemen en vermoeidheid, niet direct zichtbaar is, bestaat kans op overschatting en overvraging vanuit de omgeving.
Niet-traumatisch hersenletsel ontstaat door een proces in het lichaam of de hersenen en kan door zeer uiteenlopende gebeurtenissen worden veroorzaakt. Vaak is dit een probleem in de bloedvaten in de hersenen, het bloedvat knapt (hersenbloeding) of raakt verstopt (herseninfarct, ook vaak beroerte genoemd).
Gebieden waar geen water is, zoals lucht of bot, geven geen signaal en zijn zwart op de scan.
De röntgenstralen geven een zwart, grijs of wit computerbeeld: weefsels die veel röntgenstralen absorberen geven witte beelden, terwijl weefsels die weinig straling absorberen zwarte beelden laten zien.
Wat kun je uit een CT-scan afleiden? “Je kunt interne organen bekijken zoals longen, lever, hart of hersenen. Maar ook botstructuren, breuklijnen, prothesemateriaal en gewrichten zijngoed zichtbaar. Bovendien kun je met een scan bekijken waar een bepaalde afwijking in een orgaan zich bevindt.
Een CT-scan kent weinig risico's. De scan werkt met röntgenstraling. Eenmalig gebruik kan geen kwaad, maar bij veelvuldig gebruik kan het schadelijk zijn. Een arts vraagt dit onderzoek daarom alleen aan als het echt nodig is.
Bij een verdenking op een hersentumor of andere hersenziekte zal de arts een CT-scan of een MRI-scan van de hersenen laten maken (zie voorbeeld hiernaast). Een hersentumor heeft vaak een karakteristiek aspect op de scan.
We doen dit onderzoek om te kijken of iemand een bepaalde aandoening heeft. Bijvoorbeeld een abces, verwijd bloedvat, gebroken bot, bloeding, tumor, galsteen, niersteen of ontsteking. Met een CT-scan kunnen we ook controleren wat het resultaat is van een behandeling zoals een operatie of een medicijnenkuur.
Ook geheugen-, concentratie- en denkstoornissen kunnen pas later merkbaar zijn of erger worden. Bij een groot deel van de mensen met hersenletsel gaan niet alle klachten over. Vaak ontstaan na verloop van tijd nieuwe hulpvragen. Je merkt dat dingen niet meer kunnen of anders gaan.
Een teveel daarvan kan leiden tot klachten zoals slaapproblemen, depressie, burn-out, angststoornissen, hartklachten en maag- en darmklachten. Langdurige overprikkeling kan klachten waar je last van hebt verergeren waardoor je steeds minder goed functioneert in het dagelijks leven.
Dit kan bijvoorbeeld een wandelingetje zijn of een boek lezen. Het kan ook helpen om je mobiele telefoon even weg te leggen. Daarnaast bestaan er veel ontspanningsoefeningen die je kunt volgen. Muziek kan je ook helpen ontspannen; het heeft een aantoonbaar positief effect op de hersenen.