Misschien wel net zo populair is de merlot. Deze wijn heeft een zachte en toegankelijke smaak met weinig zuur en weinig tannines. Merlot wordt in wijngebieden over de hele wereld verbouwd, maar hoe warmer het gebied is, hoe zachter de smaak van de wijn. Merlot past goed bij een hamburger of biefstuk.
Merlot is een zwarte of blauwe druivensoort die een zachte, medium tot volle droge rode wijn produceert. Wanneer gevinifieerd als een gedroogde rode wijn, vertonen Merlot-druiven dramatische smaakverschillen, afhankelijk van het type en het klimaat waarin ze worden verbouwd.
Smaak. De Merlot is een zachte, soepele rode wijn met redelijk neutrale tannines en zuren. De smaak van deze rode wijn is voornamelijk te herkennen aan kersen, bessen en pruimen. Deze wijn bevat minder tannine dan de Cabernet Sauvignon waardoor deze gemakkelijker en jonger te drinken is.
De Merlot wordt vaak gezien als het kleine broertje van de Cabernet Sauvignon. De Merlot is vaak wat zachter en subtieler.
De smaak van wijn hangt veelal af van de herkomst en vinificatie. Groeit de merlot in een koeler klimaat, dan zijn de wijnen vaak wat lichter en kruidiger met tonen van frambozen en pruimen. In een warmer klimaat is de merlot vaak wat zwaarder en zoeter. Het bevat aroma's van kersen, pruimen, cacao en vanille.
Wijnen als Merlot, Cabernet Sauvignon, Syrah en Sangiovese worden traditioneel op kamertemperatuur gedronken. Alleen is de kamertemperatuur tegenwoordig al snel meer dan 20 graden. Bij dergelijke temperaturen blijft er niets over van de smaak en het aroma van je wijn.
De zoetheid varieert van droge rode en witte wijnen zoals Cabernet Sauvignon of Chardonnay tot zeer zoete dessertwijnen zoals Port. Voor veel beginners zijn de niet-droge wijnen zoals Moscato d'Asti en Pinot Noir een geweldige entree in de wijn.
Vooral de smaak van beide druiven is erg verschillend. De merlot is over het algemeen zachter en subtieler en daarnaast heeft deze druif minder tannines. Verder is de merlot vaak een wat meer toegankelijke wijn. De cabernet sauvignon staat bekend als een volle rode wijn met veel tannines.
Zoals gezegd kun je merlot heel goed op zichzelf drinken, maar combineren met lam, kalf, stoof en rundvlees kan. Kip of varkensvlees mogen ook, maar let dan wel op de bereidingswijze en de saus. Het mag dan wel wat voller en steviger.
Een Merlot is eigenlijk altijd lekker om te drinken. Serveer hem eens bij een kaasplankje met zachte, romige kazen, zoals camembert en kernhem. En deze wijn is ook uitstekend te combineren met rood vlees, zoals wild, geroosterd vlees of een stoofschotel van rundvlees.
Cabernet sauvignon: 7-10 jaar. Pinot Noir: 3-5 jaar. Syrah/Shiraz: 3-5 jaar. Merlot: 2-4 jaar.
Voorbeelden van druiven met weinig zuren: -wit – pinot gris, gewurztraminer en viognier, – rood – tempranillo, zinfandel en grenache. De rijpheid tijdens de oogst heeft ook veel invloed op de hoeveelheid zuren in de wijn.
Soepele rode wijn: stevig, zacht en romig
Vaak vind je in deze wijnen geuren en smaken van vanille, bramen en hout. Ook de smaak van kruiden is duidelijk aanwezig. Bekende wijnen in deze categorie zijn Tempranillo uit Rioja, Shiraz en blends (een combinatie van bijvoorbeeld Merlot en Carbernet).
Stevige (zware) rode wijnen. Als we spreken van stevige wijnen dan moet je bijvoorbeeld denken aan de typische Bordeaux, Barolo, Rioja wijnen en natuurlijk de zwaardere wijnen uit de nieuwe wereld zoals Cabernet Sauvignon en Shyraz (alias Syrah). Deze wijnen hebben zoals men dat zegt body en kracht.
De druiven bepalen ook hoe droog of zoet een rode wijn is. Bordeaux en chianti zijn erg droog, terwijl een merlot medium droog is en veel meer een toegankelijke wijn is om mee te beginnen.
BEWAAR ZOWEL WITTE ALS RODE WIJN NIET IN DE KOELKAST!
Ook rode wijn wordt er niet beter op als je 'm in de koelkast bewaart. Als je hem wilt opleggen of langer wilt bewaren, dan is een donkere plek die iets warmer is dan je koelkast een betere optie.
Drink een wijn dus nooit tè koud, want de wijn wordt hard en je ontneem jezelf een mooie smaakbeleving. Anderzijds: hoe warmer je de wijn serveert, hoe logger de wijn wordt. Minder zuren, meer tannines, alcoholischer, maar ook voller, ronder en zachter.