Hardhoutsoorten als Meranti en Bankirai zijn bijvoorbeeld schadelijk voor de kachel of haard. Ook het vochtgehalte van het hout is belangrijk.
De schors van naaldhout en vurenhout bevat veel hars wat voor vervuiling kan zorgen in de haard of schoorsteen. Deze houtsoorten zijn daarom geen geschikte hoofdbrandstof voor jouw houthaard of houtkachel. Naaldhout en vurenhout zijn daarentegen wel geschikt om te gebruiken in een goed brandend vuur.
In een open haard is het af te raden om hout te branden dat veel hars bevat, aangezien dit vonken en brandplekken geeft die je rookkanaal kunnen vervuilen. Naaldbomen zijn daar een voorbeeld van. Kies in plaats daarvan liever droog hout van een Essen, Beuk, Haagbeuk of Eik.
Het rendement van hardhout ligt een stuk hoger. Hardhout levert ook meer warmte op uit de houtkachel. Wanneer de houtkachel uit dreigt te gaan zorg er dan voor dat het snel weer een volledig vuur wordt. Niet volledig brandende vuren zorgen voor een onvolledige verbranding die vervuiling veroorzaakt.
Hardhoutsoorten als Meranti en Bankirai zijn bijvoorbeeld schadelijk voor de kachel of haard. Ook het vochtgehalte van het hout is belangrijk.
Tropisch hardhout. Deze houtsoort kan net als bij kastanjehout rookdeeltjes in het rookkanaal veroorzaken, wat uiteindelijk kan leiden tot een schoorsteenbrand.
Deze zogenaamde “niet-brandbare” pallets zijn gemaakt van chemisch behandeld hout. Het verbranden ervan leidt tot de uitstoot van stoffen die schadelijk kunnen zijn voor uw gezondheid. Ze zijn gemarkeerd met het symbool MB, wat Methyl Bromide betekent.
De beste soorten haardhout zijn dus: Berkenhout – extra schoon, veel warmte. Essenhout – brandt traag, mooi vlammenspel. Eikenhout – brandt traag, weinig rook en geeft knetterende vlammen.
Berkenhout - ongeveer 1 tot 1,5 uur per blok;Essenhout - ongeveer 1,5 tot 2 uur per blok;Beukenhout - ongeveer 1,5 tot 2 uur per blok;Eikenhout - ongeveer 1,5 tot 2 uur per blok.
Zachtere houtsoorten (populier of wilg) branden minder lang maar geven sneller warmte, en je vuur laait hoger op. Naaldhout als den, spar of lariks knettert gezellig en verspreidt een heerlijke geur. Let er op dat je hout droog is: gekliefde houtblokken hebben 2 jaar nodig om te drogen.
Zachthout als haardhout
Voor zachthout bieden wij de Douglas en de Vuren aan. Dit zijn ook allebei duurzame houtsoorten. Het hout brand snel en geeft een fijne warme, mooie vlam.
Als het vochtpercentage onder de 20% ligt, is het hout droog genoeg en geschikt om mee te stoken. Het ideale brandhout heeft een vochtpercentage van ongeveer 15%. Droger dan dat wil je jouw haardhout niet hebben: het hout brandt dan namelijk te snel. Droog hout herken je aan loszittende schors en scheuren.
Anders dan bij houtpellets kan stukhout nooit geheel droog en vochtvrij zijn. Er is altijd sprake van fysisch en chemisch gebonden vocht. Zelfs het droogste en oudste meubelhout bevat enkele procenten vocht. We spreken dus al bij circa 15% vocht van droog stukhout dat geschikt is om te stoken.
Eikenhout voor een lange brandduur.
Deze harde houtsoort is niet alleen geschikt als brandhout, maar wordt ook gebruikt voor meubels en ander houtwerk. Een groot voordeel van deze houtsoort is dat het langer brandt dan zachtere houtsoorten, maar de ontbranding verloopt wel iets minder makkelijk.
Hakhout moet goed droog zijn voor gebruik. Droog hout krimpt, gaat scheuren en de schors laat gemakkelijk los. Korte gekloofde blokken (tussen 25 en dertig centimeter) die in de wind liggen, drogen het best.
Naast het feit dat hars het rookkanaal vervuild, geeft het ook veel vonken af. Hierdoor wordt het gebruik van dennenhout in de open haard afgeraden. Het gebruik van Dennenhout of Naaldbomen voor de houtkachel wordt dus afgeraden, tenzij het hout is vrijgemaakt van hars.
In de winter maak je natuurlijk meer gebruik van de kachel dan in bijvoorbeeld de lente. Gemiddeld stookt men zes maanden per jaar (in de herfst en winter). Hiervan uitgaande zul je aan 7,5 kuub haardhout genoeg moeten hebben om deze periode door te komen, op voorwaarde dat je woning goed geïsoleerd is.
Brandhout te lang opslaan is geen goed idee.
Hierdoor stijgt de kans op houtworm en boktorren. Bovendien verliest het jaarlijks 3% van haar energiewaarde. Wij raden een houtvoorraad van 3 jaar aan.
In de Wet milieubeheer (artikel 10.2) staat dat het verboden is om afvalstoffen te stoken. Daarom mag iemand in een houtkachel of vuurkorf alleen onbehandeld en ongeverfd hout verbranden. Gemeenten kunnen een ontheffing verlenen als het niet om gevaarlijke afvalstoffen gaat.
Duurzaam hout heeft het FSC- of PEFC-keurmerk. Gooi nooit papier, karton of MDF op het vuur. Dat draagt sterk bij aan luchtvervuiling. Stook niet bij windstil of mistig weer.
Het is altijd verboden te stoken met spaanplaat, gelakt, geverfd, gelijmd, geïmpregneerd- of geperst hout en (tropisch)hardhout (b.v. Azobé, meranti, bankirai, meerpaal en gewolmaniseerd hout). Gewolmaniseerd hout kan zelfs RVS laten roesten!
De blokken hebben een hoge dichtheid die zorgen voor een lange brandduur. De persing maakt dat de briket niet makkelijk aangaat. Zorg dus eerst dat je kachel of haard al brandt en warm is. Doe dan een ECHT® Haardblok erop.
Alle verlijmde hout of bewerkt hout hoort niet thuis in de kachel. Ook liever geen hout met veel spijkers etc, al is een enkele ingegroeide nagel niet te vermijden. Je hebt waaibomenhout en tropisch hardhout.