Veel mensen met longkanker krijgen uiteindelijk te maken met het bericht dat de ziekte niet meer te genezen is. Dit betekent niet altijd dat deze mensen op korte termijn overlijden. Longkanker is geen ziekte met een vast verloop. Sommige soorten longkanker zijn nog lange tijd te remmen.
De mediane overleving na chemotherapie, immunotherapie en combinatiebehandeling is tegenwoordig respectievelijk 7.5 maanden, 17.7 maanden en 12.1 maanden. Vijfjaarsoverleving is respectievelijk 6%, 25% en 17%. Relevante publicaties: Immunotherapie verdubbelt overleving voor bepaalde patiënten met uitgezaaide longkanker.
De 5-jaarsoverleving voor longkanker is 25%.Na 10 jaar is nog maar 12% van de mensen in leven.
Behandeling van uitgezaaide longkanker
Heb je longkanker met uitzaaiingen in andere organen, dan is de kans op genezing erg klein. Je kunt wel een behandeling krijgen waardoor je langer kunt leven, zoals doelgerichte therapie of immunotherapie. Ook kun je een of meer behandelingen krijgen om klachten te verminderen.
Gemiddeld zijn 5 jaar na de diagnose nog 24 van de 100 mensen in leven. Let op: dit zijn gemiddelde cijfers voor alle mensen met deze soort kanker. Jouw vooruitzichten kunnen anders zijn dan het gemiddelde. Bespreek dit met de arts.
Van longkanker zonder uitzaaiingen kunt u genezen. U kunt verschillende behandelingen krijgen: chemotherapie, een operatie en bestraling. Een operatie is mogelijk als: de kanker niet is doorgegroeid buiten de long.
Longkanker is een ernstige ziekte. Meestal wordt longkanker pas in een laat stadium ontdekt, omdat de ziekte weinig klachten geeft.
Meestal zaait longkanker uit naar de lymfeklieren, botten, lever, hersenen, bijnieren en de andere long.
Lange tijd hoesten is vaak de eerste klacht bij longkanker. Andere klachten die u kunt krijgen: bloed ophoesten, moe zijn, geen zin in eten en afvallen als u dat niet wilt. Longkanker komt vaak door lang en veel roken. Soms ontstaat het bij mensen die nooit gerookt hebben.
Mensen met longkanker hebben in het begin vaak onopvallende klachten, zoals veel hoesten of vermoeidheid. Deze klachten komen ook voor bij onschuldige aandoeningen, zoals een griep of verkoudheid. Hierdoor komen mensen vaak laat bij een arts en wordt de diagnose longkanker ook laat gesteld.
De overleving bij longkanker is slecht. Drie van de vier mensen met longkanker overlijdt binnen vijf jaar na het stellen van de diagnose. Deze informatie is gebaseerd op relatieve overlevingscijfers voor mensen die in de periode 2016-2020 zijn gediagnosticeerd met longkanker.
Specifieke palliatieve behandelingen bij longkanker zijn palliatieve radiotherapie, palliatieve chemotherapie en immunotherapie. Naast fysieke zorg en symptoombestrijding, horen ook het psychologische-, sociale- en zingevingsdomein tot de zorg in de palliatieve fase.
Ongeveer 1 op de 5 mensen met longkanker heeft kleincellige longkanker.Deze vorm van longkanker groeit heel snel. Ook verspreiden de kankercellen zich sneller door het lichaam dan niet-kleincellige kankercellen. Daarom is kleincellige longkanker bij de diagnose vaak al uitgezaaid.
Zeurende pijn in de borststreek, rug of in het gebied van de schouders. Achteruitgang van de lichamelijke conditie. Dit kan zich uiten in snelle vermoeidheid zonder aanwijsbare reden, gewichtsverlies en/of een gebrek aan eetlust.
Bij longkanker hangt de kans op genezing onder andere af van het stadium waarin de ziekte ontdekt is, van de groeisnelheid van de tumor, van je leeftijd en je algemene toestand en van het effect van de behandeling. Als de ziekte in een vroeg stadium ontdekt wordt, is er een goede kans op genezing.
Als kleincellige longkanker ontdekt wordt, heeft iemand vaak al uitzaaiingen. Ongeveer 1 op de 5 patiënten heeft deze agressieve vorm.
Een longtumor of longgezwel kan goedaardig zijn of kwaadaardig. Enkel wanneer het gaat om een kwaadaardig gezwel, spreken we van longkanker. De enige manier om met zekerheid te kunnen zeggen of een longtumor goed- of kwaadaardig is, bestaat erin (een stukje van) de tumor onder de microscoop te bekijken.
Met behulp van een bloedtest kan longkanker ontdekt worden nog voordat er symptomen van de ziekte aanwezig zijn.
De arts zal een algemeen lichamelijk onderzoek (klinisch onderzoek) uitvoeren. Hij zal de longen en het hart aan een auscultatie onderwerpen met de stethoscoop en hij zal ook zoeken naar gezwollen klieren of een vergrote lever. Dergelijke lichamelijke tekens kunnen wijzen op uitzaaiingen.
Longkanker is in Nederland – na prostaatkanker – de meest voorkomende vorm van kanker bij mannen, met name in de leeftijd van 65 tot 80 jaar. De laatste jaren komt longkanker ook steeds vaker bij vrouwen voor. Longkanker komt het meest voor in de leeftijd van 55 tot 80 jaar. Onder de 40 jaar is longkanker zeldzaam.
Het meest voorkomende symptoom bij longkanker is verandering in het hoestpatroon. Dit is vaak een eerste klacht. Er kan sprake zijn van een hardnekkige prikkelhoest. Soms zit er bij het opgehoeste slijm een beetje bloed.
Bij longkanker stadium 1 is de tumor in de long klein. Je kunt dan een behandeling krijgen waardoor je kunt genezen. Meestal stelt de arts dan een operatie voor. Bij de operatie haalt de arts de longkwab weg waarin de tumor zit.
Het stadium van de ziekte is bepalend voor de behandeling en prognose van deze patiënten. Een jaar na diagnose is nog maar 22% van de patiënten met stadium IV longkanker nog in leven en na vijf jaar is dat gedaald naar 3%.
Als kanker is uitgezaaid naar de wervels, is de eerste klacht meestal pijn in de rug of de nek. De pijn voelt vaak 'zeurend' aan. Dat betekent dat de pijn niet heel heftig is, maar wel aanhoudt. De pijn kan soms ook aanvoelen alsof er een 'band' om je borst of buik zit, die steeds strakker wordt.
De kans op overleving is fors toegenomen bij darmkanker, nierkanker, slokdarmkanker en ook bij veel soorten bloed- en lymfeklierkanker. Kankersoorten met een 5-jaarsoverleving hoger dan 80% zijn huidkanker, borstkanker, prostaatkanker en minder vaak voorkomende kankersoorten zoals hodgkinlymfoom en zaadbalkanker.