Er zijn verschillende soorten groenten en fruit die aan paarden kunnen worden gevoerd. Groentes zoals boerenkool, broccoli, spruitjes, radijsjes, spinazie, komkommer en wortelen kunt u aan uw paard voeren.
Wortels zijn goed, sla, selderij en sperciebonen of peultjes mag ook, maar geef je paard geen uien, broccoli, kool/bloemkool of spruitjes. De tomatenplant behoort tot de nachtschadefamilie, die niet goed is voor paarden. Maar de tomaat zelf mag weer wel.
Groenten voor paarden: Naast fruit is groente (met mate) ook een optie. De volgende groenten kan je veilig aan je paard voeren: broccoli, boerenkool, spruitjes, spinazie, radijsjes en wortelen. Vooral wortelen zijn een gezonde aanvulling, ze bevatten erg weinig suiker, veel vocht en daarnaast ook nog bèta-caroteen.
Niet alle groente en fruit kunnen gevoerd worden, dus kies niet voor andere dan die hier genoemd worden. En neem bij voorkeur biologische en onbewerkte groente en fruit. Om mee te starten: bietjes, bleekselderij, courgette, komkommer, pastinaak, sla, venkel en wortel.
Bananen voor paarden kunnen een lekker tussendoortje voor het paard zijn. De meeste vitamines zitten in bananen. Vitamine B6 bijvoorbeeld helpt je paard bij het opbouwen van een goede weerstand. Bananen bevatten Kalium.
Echter brood is speciaal gemaakt voor menselijke consumptie en is niet het meest ideale paardenvoer. Veel vers brood is niet goed, omdat een paard deegballen kan vormen die slecht verteerbaar zijn en verstoppingen kunnen veroorzaken. Ook kan vers brood aan het gehemelte van een paard gaan plakken.
Rekening houdende met de hoeveelheid droge stof dat een paard maar dagelijks kan opnemen, betekent dat het paard nog 10,2 kg D.S. in de vorm van hooi kan opeten. Dat komt overeen met 12 kg hooi. Meer geven heeft dus eigenlijk geen zin en leidt tot overschot of tot te veel opname!
Bananenschillen zijn een huismiddel tegen diarree bij paarden.
Afwisseling is niet de enige reden om je paard af en toe eens wat groente te geven. Vaak bevatten groenten – en het bladafval daarvan – lekker veel vezels. Supergezond voor je paard! Geef de groentes daarom vooral met stengel en blad eraan, want dat eten paarden in de winter ook.
Het advies is om een paard niet langer dan 3 uur zonder ruwvoer te hebben staan, maar het mag niet langer dan 6 uur zonder staan. Anders wordt de kans op maagzweren (zeer) groot.
Daarom moet je met het geven ervan terughoudend zijn bij paarden die gevoelig zijn voor hoefbevangenheid of maagzweren. Het suikergehalte zorgt er namelijk voor dat de zuurgraad van de maag verandert. Voedingsdeskundigen houden een maximum van 5 kilo appels per dag aan.
Het koken van aardappelen zorgt ervoor dat het zetmeel beter verteerbaar wordt, waardoor ook oudere paarden dit als energiebron zouden kunnen benutten. Wees echter wel voorzichtig en voer kleine hoeveelheden in kleine porties. Het is niet gewenst om onrijpe, groen geworden, rotte of beschimmelde aardappelen te voeren.
Paprika wel, maar zonder de pitjes die aan de binnenkant zitten. Tomaat niet zo heel erg nee.. Maar 1tje kan geen kwaad.
Gras en hooi zijn de belangrijkste voedingsmiddelen van een paard. Vers gras op de wei en ingekuild gras of hooi in de stal. We noemen dit ruwvoeder.
Antwoord: Havermout is een grondstof wat gebruikt wordt in diverse paardenvoeders en is daarom veilig om aan paarden te voeren. Havermout is zeer arm aan energie en levert daarom weinig voedingsstoffen. Havermout is erg droog en neemt veel water op, wat een slokdarmverstoppping kan veroorzaken.
Takken en bladeren van andere bomen en struiken, zoals de berk, wilg en druif zijn niet giftig. Ondanks dat is het af te raden om grote hoeveelheden aan een paard te geven.
Net als van gewone wortels kan maximaal circa 1,2 - 2 kg witlofwortels per 100 kg lichaamsgewicht gevoerd worden. Sommige paarden kunnen heftig reageren op witlofwortels, door bijvoorbeeld diarree. Bouw de hoeveelheid witlofwortels daarom erg langzaam op en kijk hoe de paarden erop reageren.
In tegenstelling tot mensen waarbij de oorzaak vaak in de luchtpijp zit, komt het stikken bij paarden meestal voor in de slokdarm, de spierbuis die voedsel van de mond naar de maag transporteert.
Van weidegang komen paarden vaak het snelst op gewicht. Vers gras bevat meer energie en eiwit dan hooi en kuil. Zorg daarom dat je paard, als dit mogelijk is, lekker veel gras kan eten. Veel paarden staan in de winter minder in de wei dan in de zomer.
Stro kan als ruwvoer dienen voor een paard en voor afleiding zorgen als een paard dit eet terwijl het op stal staat. Stro is onder te verdelen in haverstro, tarwestro en gerststro. Vooral haverstro vinden veel paarden lekker.
Stro wordt meestal gebruikt als bodembedekking, maar kan ook als ruwvoer worden gegeven. Bijvoorbeeld gerstestro is geschikt als paardenvoer. Het voeren van uitsluitend stro is geen aanrader. Aangezien stro veel onverteerbare vezels bevat kunnen grotere hoeveelheden een slokdarmverstopping of koliek veroorzaken.
Geef niet teveel bananen. Bananen bevatten, net als andere groente en fruit, veel zetmeel. Omdat zetmeel niet goed verteert in het paardenlichaam, kun je je paard hiervan het beste niet zoveel geven.
Hooi wat vers geperst is kan koliek veroorzaken, Het hooi moet goed afgestorven zijn, zeker hooi wat in plastic zit, dit hooi gaat als het ware gisten, maar doordat de zuurstof (in de pak) verbruikt wordt en op raakt stopt het proces.