Je kunt moe zijn door chemotherapie of bestralingEn dat kost het lichaam energie. Soms krijgt iemand een infectie of andere klachten door de behandeling. Ook daar kun je moe van zijn. Dit kan tot lang na de behandeling duren.
Vermoeidheid tot lang na je behandeling
Het komt bijvoorbeeld niet doordat je iets actiefs hebt gedaan, zoals sporten, wandelen of het huishouden. Dit heet chronische vermoeidheid. Het is vermoeidheid die 6 maanden of langer duurt. Soms duurt het zelfs jaren.
Het is een gevoel van uitputting die heftiger is dan gewone vermoeidheid: Voordat u ziek werd kon u ook moe zijn, als u druk was geweest of na het sporten. Maar vermoeidheid bij kanker is anders. De vermoeidheid is er vaak of steeds.
Gemiddelde overleving van kanker
Van alle mensen met kanker is de overleving 1 jaar na de diagnose gemiddeld bijna 80%. Dit betekent dus dat na 1 jaar 4 van de 5 mensen in leven zijn. Bij 5 jaar na de diagnose is ongeveer 65% van de mensen met de diagnose kanker nog in leven. De overleving na 10 jaar is 59%.
Alvleesklierkanker heeft de slechtste overlevingscijfers van alle soorten kanker in Nederland. Het is bovendien de enige kankersoort waarbij de overleving in afgelopen decennia niet of nauwelijks is verbeterd.
Kanker ontstaat vaak zonder dat je het in de gaten hebt. Gelukkig is het in sommige gevallen mogelijk om de ziekte op tijd op te merken. Dat vergroot de kans op een succesvolle behandeling.
Chronische kankerpijn wordt ook aanhoudende pijn genoemd en is altijd aanwezig. Naast aanhoudende pijn kunt u ook last hebben van doorbraakpijn bij kanker. Doorbraakpijn is pijn die vaak plotseling opkomt en snel weer verdwijnt of minder wordt. Het is pijn die boven op pijn komt die u al langer heeft (chronische pijn).
Iedereen reageert op zijn eigen manier op kanker. Sommigen worden geconfronteerd met een veelheid aan emoties (b.v. opluchting en angst, verdriet en agressie), anderen met maar één enkele emotie (b.v. woede). Iemand kan totaal verdoofd of gevoelloos zijn.
Gewichtsverlies veroorzaakt door kanker bestaat uit verlies van gelijke delen vetmassa en spiermassa. 1 kg gewichtsverlies betekent bij mensen met kanker al een verlies van 0,5 kg spieren. Mensen met overgewicht hebben namelijk wel meer vetweefsel maar niet meer spierweefsel dan slanke mensen.
Uitzaaiingen komen op een andere plaats terecht, doordat cellen van een kwaadaardige tumor losraken. Die kankercellen kunnen via het bloed en/of de lymfe ergens anders in het lichaam terechtkomen. Daar kunnen zij zich hechten en uitgroeien tot nieuwe tumoren.
De ene soort borstkanker zaait sneller uit dan de andere. Bij triple negatieve borstkanker is het risico groter dan bij hormoongevoelige borstkanker.
Naast klachten gerelateerd aan de plek van de uitzaaiing, zijn er ook klachten van meer algemene aard waar elke patiënt met uitgezaaide kanker mee te maken kan krijgen. Zo komen vermoeidheid, pijn, benauwdheid en verlies van eetlust veel voor.
Een CEA-waarde hoger dan 5 kán een aanwijzing zijn voor kanker. CEA is een zogenaamde tumormarker. Het kan ook iets zeggen over de grootte van een tumor en of er wel of geen uitzaaiingen zijn. Maar een verhoogde CEA-waarde kan ook wijzen op bijvoorbeeld een darm- of leverontsteking.
Het hangt bijvoorbeeld af van hoeveel uitzaaiingen u heeft en hoe groot ze zijn. Als u in verschillende organen uitzaaiingen heeft, kunt u meestal niet genezen. U kunt ook kiezen om geen behandeling te krijgen die kans geeft om te genezen. U kunt dan wel behandelingen krijgen tegen uw klachten.
Jeuk komt voor bij 10% van de patiënten met kanker in de palliatieve fase, met name bij patiënten met hematologische aandoeningen (vooral maligne lymfomen en polycythaemia vera). Jeuk wordt gezien bij 50% van de patiënten met polycythaemia vera en bij 30% van de patiënten met de ziekte van Hodgkin.
Kanker gaat niet altijd gepaard met pijn. In de beginfase van de ziekte heeft ongeveer 30% van de patiënten pijn, in een later stadium gemiddeld 60-80% van de patiënten. De meeste pijn ontstaat als er sprake is van uitzaaiingen. Naast lichamelijke oorzaken spelen ook emoties een rol bij de beleving van pijn.
Velen denken dat (langdurige) stress kanker kan veroorzaken. Er is intussen veel onderzoek gedaan, maar tot nog toe is niet gebleken dat er een rechtstreeks verband is tussen stress en het ontstaan van kanker. Evenmin is gebleken dat er een verband zou bestaan tussen positief denken en het genezen van kanker.
Door kanker en chemotherapie komt een ontstekingsreactie op gang. Als die langdurig aanhoudt dan kan dat leiden tot veranderingen in dopamine en het brein. Hierdoor kan normaal keuzegedrag veranderen in ziektegedrag.
Waar vroeger een stukje weefsel van de tumor nodig was om de cellen te analyseren, kan men nu tumordeeltjes in het bloed zien. Daarom spreekt men van een vloeibare biopsie. De vloeibare biopsie detecteert rondzwervend gemuteerd DNA, dat wordt afgegeven in het bloed door kankercellen.
Ongeneeslijk zieke kankerpatiënten genezen soms 'spontaan'. Niet zelden begint de genezing na een zware infectie. Aangezien een infectie het afweersysteem stimuleert, werd de suggestie geopperd dat het afweersysteem op eigen kracht een kankergezwel kan opruimen.
Alvleesklierkanker en eierstokkanker zijn moeilijk te behandelen omdat ze vaak laat ontdekt worden. De tumor is dan te groot om te verwijderen. Of hij is al uitgezaaid. Omdat mensen met zo'n tumor vaak niet meer lang leven, is het moeilijk om daar goed onderzoek naar te doen.
Bij PTO is er sprake is van een uitgezaaide kanker, zonder dat de bron (de primaire tumor) bekend is of gevonden kan worden ten tijde van het leven van de patiënt. Er zijn enkel uitgezaaide kankercellen terug te vinden in lever, botten of op andere plaatsen.
Een CT-scan wordt gebruikt om te zien waar de tumor precies zit, hoe groot deze is en of er nog meer afwijkingen zijn.
Als kanker is uitgezaaid naar de wervels, is de eerste klacht meestal pijn in de rug of de nek. De pijn voelt vaak 'zeurend' aan. Dat betekent dat de pijn niet heel heftig is, maar wel aanhoudt. De pijn kan soms ook aanvoelen alsof er een 'band' om je borst of buik zit, die steeds strakker wordt.