Kaas is altijd een melkproduct. Alleen kaas met een kosher certificering symbool mag worden gegeten, om er zo zeker van te zijn, dat er kosher gecertificeerd stremsel is gebruikt bij de productie. Fruit, groenten en granen. Alle fruit, groenten en granen zijn voor consumptie toegestaan.
Kosjere Franse en Italiaanse kazen als roquefort en grana padano zijn per defi nitie dierlijk gestremd, een vereiste om überhaupt zo te mogen heten. Omdat het gebruikte dierlijke stremsel in niets meer lijkt op vlees staan de rabbijnen het toe. Het stremsel is parve geworden en mag met melk worden gemengd.
Landdieren: Een dier is kosjer wanneer het gespleten hoeven heeft én zijn eten herkauwt. Varkens, konijnen, beren, honden, katten, kamelen en paarden zijn niet kosjer. Maar geiten, schapen, koeien en herten wel. Vogels: Kippen, kalkoenen, eenden en ganzen zijn wél kosjer.
De meeste vis is koosjer en hoeft daarom niet ritueel geslacht en koosjer gemaakt te worden. Sommige joden nemen wel hun eigen plank en mes mee naar de vishandel, om het contact met niet-koosjere vissoorten te voorkomen.
Israëlische joden nemen bijvoorbeeld shakshouka als ontbijt. Dat is een eenpansgerecht met eieren en een pittige tomatensaus. In New York gaan joden als snel voor bagels, in Oost-Europa voor gepekelde haring en in Egypte voor bonen met eieren. Kazen en labneh (yoghurt) worden ook vaak gekozen als ontbijt.
Orthodoxe Joden drinken uitsluitend kosjere wijn. De wijn moet Kasjroet (“competent”) zijn. De achtergrond hiervan staat in de Thora. Als voedsel in overeenstemming is met de regels van kasjroet, dan noemt men het kosjer.
Feitelijk is het predicaat een lege huls want bijna elk bier dat volgens het Reinheitsgebot is gebrouwen kan koosjer genoemd worden, omdat het slechts water, hop en graan en gist bevat, meldt de Telegraaf.
Producten die bereid zijn volgens de Joodse spijswetten en daarop gecontroleerd door rabbijnen krijgen het Koosjer certificaat. Producenten met het Koosjer certificaat kunnen hun producten herkenbaar maken met het ORT-stempel: Onder Rabbinaal Toezicht. Religieuze joden eten voedsel dat 'koosjer' wordt genoemd.
Producten die bereid zijn volgens de Joodse spijswetten en daarop gecontroleerd worden door rabbijnen krijgen het Koosjer certificaat. Dat geldt niet alleen voor geslachte dieren en het vlees daarvan, maar ook voor producten als brood en boter.
Volgens de islamitische spijswetten mogen moslims ook Koosjer vlees consumeren. Alhoewel koosjer vlees veel strengere voorwaarden heeft om als koosjer verkocht te kunnen worden. Overeenkomsten zijn in de basis dat varkensvlees verboden is en niet halal.
Alle soorten pure chocolade zijn koosjer. Daarnaast zijn alle merken chocolade met K stempel erop ook koosjer. Dat zijn de meeste bekende merken gewoon. Alle soorten chocolade zonder alcohol zijn halal.
Om even kort te antwoorden: vissen moeten volgens de Thora (Leviticus 11:9) vinnen en schubben hebben om koosjer te zijn. Tonijn is dus koosjer.
Wat gevogelte betreft zijn kippen, eenden, ganzen en kalkoenen toegelaten. Alle andere dieren, zoals kikkers, slakken, garnalen, schaaldieren en kreeften, zijn niet koosjer. Dieren mogen tot slot niet dood gevonden of geschoten worden, en moeten dood zijn voor ze versneden worden.
Tam gevogelte, zoals kip, eend, kalkoen, patrijs, fazant, kwartel, zwaan en pauw is toegestaan als het ritueel geslacht wordt. Vissen met schubben en vinnen mogen, schaal- en schelpdieren, paling en haai niet. Verse vruchten en groenten, onbewerkte granen, melk en melkprodukten zijn kosjer.
Kaas wordt namelijk niet alleen gemaakt van het dierlijke product melk, maar ook met een stukje van het dier zelf. Dat maakt de meeste kaas niet-vegetarisch. Kaas wordt gemaakt van melk - meestal koemelk, geitenmelk of schapenmelk. Voor boerenkaas wordt rauwe melk gebruikt en voor fabriekskaas gepasteuriseerde melk.
Eieren en melk van koshere dieren zijn toegestaan. Melk dient onder toezicht van een toezichthouder gemolken te worden. Kaas is altijd een melkproduct. Alleen kaas met een kosher certificering symbool mag worden gegeten, om er zo zeker van te zijn, dat er kosher gecertificeerd stremsel is gebruikt bij de productie.
Het is niet zoals in de Islam dat alcohol uit den boze is . Er mag prima een biertje of een lekkere cocktail met vrienden gedronken worden. Eén uitzondering is wel wijn: die is wel toegestaan, maar alleen als ze koosjer bereid is; door een jood en volgens de religieuze voorschriften.
Halal verwerpt alle alcohol , wijn en drugs . De koosjere wet staat bijvoorbeeld wijn toe als koosjer product. Hoewel de islamitische wet konijnenvlees, wilde kippen, schaaldieren, eenden en ganzen als halal erkent , worden ze volgens de koosjere regels niet beschouwd als voedsel dat is toegestaan .
Koshere wijn wordt gezien als het 'geschenk van God' en is bedoeld voor het Joodse volk tijdens bijzondere en heilige momenten. Wijn is alleen kosher wanneer er geen niet- orthodoxe Joodse mensen in aanraking zijn gekomen met de wijn; van de productie tot aan het uitschenken.
Kosher / Kosjer is een Hebreeuws woord wat betekent dat het voedsel afkomstig is van planten of geoorloofde dieren en op een bepaalde manier is bereid volgens de regels van de Joodse religie. Kasjroet is het systeem van spijswetten in het Jodendom.
Ook vlees dat van een levend dier is gehaald mag niet gegeten worden. Gevleugelde insecten zijn onrein, uitgezonderd vier soorten sprinkhanen en krekels. Omdat niet meer bekend is welke soorten dat geweest zijn, worden deze niet gegeten.
Door met Pesach ongezuurde broden, de matzah of matzes, te eten staan gelovige Joden stil bij het feit dat hun voorouders vele eeuwen eerder in allerijl moesten vluchten.
Gelovige joden eten koosjer. Dat betekent bijvoorbeeld dat melk, boter en kaas niet tegelijk met vlees klaargemaakt of gegeten mogen worden. Deze regels voor koosjer eten komen uit de Thora, het belangrijkste deel uit de Tenach. Joden eten alleen ritueel geslachte dieren en bijvoorbeeld geen varken of paard.
Een rabbijn of rabbi (Aramees: רַבִּי, rabī, Jiddisch: רבה, Rebeh) is een joodse geleerde die een expert is op het gebied van de halacha, de joodse wet. 'Rabbi' is een oud-Hebreeuwse term voor leraar. De moderne Hebreeuwse naam is רב, 'rav' wat letterlijk 'veel' of 'groot' betekent.