Je intelligentie is namelijk redelijk stabiel, omdat die grotendeels in je genen verankerd zit. In de score van een IQ-test wordt rekening gehouden met heel kleine prestatieverschillen.” Mensen kunnen gedurende hun leven danook niet veel intelligenter worden, aldus Van Aken.
Een intelligentiemeting of intelligentietest is een meting van de intelligentie van een persoon. Het meten van iemands intelligentie gebeurt voornamelijk met psychodiagnostische tests.
De ontwikkeling van de intelligentie van je kind hangt af van het samenspel tussen de aangeboren aanleg en de omgeving waarin het opgroeit. Een stimulerende omgeving helpt bijvoorbeeld de intelligentie te ontwikkelen die je kind via de genen heeft meegekregen.
Je IQ of intelligentieniveau is niet aangeboren en ligt dus niet vast bij je geboorte. Overigens is het meten van IQ niet hetzelfde als het meten van intelligentie of slimheid. IQ testen meten vooral abstracte logica.
Een gemiddeld intelligentieniveau ligt tussen de 90 en 110. Bij een IQ tot 120 spreekt men van een bovengemiddeld intelligentieniveau en bij een IQ tot 130, spreekt men van een begaafd intelligentieniveau. Een hoogbegaafd kind heeft een IQ dat hoger is dan 130.
Natuurlijk zijn daarbij uitzonderingen, maar over het algemeen heeft een kind op het VWO bijvoorbeeld een gemiddeld IQ van minimaal 116. Voor een leerling op het Havo is het gemiddeld IQ minimaal 107.
Genen die zowel de structuur als het functioneren van het brein beïnvloedden, vormen een verklaring voor de gemeten IQ-verschillen. Posthuma zegt in haar proefschrift dat verschillen in IQ voor wel tachtig tot negentig procent aan erfelijke factoren liggen.
Wil je als man een slim kind? Dan is het zaak om een intelligente moeder te vinden. Intelligentie hebben kinderen namelijk vooral te danken aan de genen die zij van hun moeder hebben geërfd. Dit blijkt uit een recent onderzoek gepubliceerd in Psychology Spot, waarover Ouders van Nu schrijft.
Je bent nieuwsgierig naar de wereld
Slim zijn gaat over nieuwsgierigheid naar van alles en nog wat. Volgens experts stellen intelligente mensen vaak vragen als wie, wat, wanneer, hoe, waarom en wat als. Ze vinden het leuk om te leren over andere mensen, culturen, dieren, geschiedenis en de wereld als geheel.
Intelligentie is een mentale eigenschap met veel verschillende functies zoals de mogelijkheid overeenkomsten en verschillen op te merken in waarnemingen, zich in de ruimte te oriënteren, te redeneren, plannen te maken, problemen te doorgronden en op te lossen, in abstracties te denken, ideeën en taal te begrijpen en te ...
De resultaten
Dit effect van armoede op cognitief functioneren is zelfs zo groot dat het vergeleken kan worden met een daling van 13 IQ punten. Andere factoren zoals tijd, voeding, arbeidsinspanning en stress, konden deze verminderde cognitie niet verklaren.
2: Je intelligentie is nog trainbaar
Helaas niet, vertelt psycholoog Wicherts.
Intelligentie is deels genetisch bepaald, maar ook kennis en vaardigheden die je opdoet spelen mee. IJverige leerlingen kunnen hun IQ door de jaren heen dus een aantal punten opkrikken. Ook door online IQ-tests in te vullen kun je je score verbeteren. Oefening baart kunst.
Albert Einstein (1879-1955)
Einstein, de man achter de relativiteitstheorie, was notoir slecht in het onthouden van namen, getallen en data. Desondanks wordt zijn IQ geschat op 160, waarmee hij een genie was.
Tussen intelligent en intellectueel zit een verschil. Bij intellectueel bedoelen we voornamelijk mensen die veel hebben geleerd. En vaak gaat het dan ook om een belangrijke studie waarbij veel kennis nodig is.
Het zijnsluik hoogbegaafdheid geeft aan dat de volgende (karakter)eigenschappen bij veel hoogbegaafden aanwezig zijn: een hoog rechtvaardigheidsgevoel, perfectionisme, een kritische instelling en een vorm van hooggevoeligheid. Hoogbegaafden hebben vaak een hoog rechtvaardigheidsgevoel.
"In ons onderzoekscentrum onderzoeken we de impact van voeding, maar het is algemeen geweten dat ook gezondheid, slaap, beweging, kwaliteit van het onderwijs en andere omgevingsfactoren de intelligentie kunnen beïnvloeden.
Hoogintelligent ben je wanneer je op een erkende intelligentietest een IQ-score haalt van minimaal 130. Zoals hiervoor besproken, maakt alleen een hoge intelligentie nog niet hoogbegaafd want hoogbegaafdheid is breder dan hoogintelligent zijn.
Je doet wat puzzeltjes en rekensommen, en vervolgens wordt beoordeeld hoeveel je er goed hebt binnen de tijd. Daarbij gaat het vooral om ruimtelijk inzicht en logisch kunnen redeneren. Het resultaat daarvan wordt omgerekend naar een IQ-score.
Omgevingsfactoren zijn van invloed op het IQ.
Zaken die helpen om je hersenen en je intelligentie te ontwikkelen zijn gezond en genoeg voedsel, en goed onderwijs. Ook het leren spelen van een muziekinstrument lijkt te helpen.
Genen kunnen dominant of recessief zijn, dat wil zeggen dat ze al dan niet overheersen. Het gen wat overheersend is bepaald of bij het kind de eigenschap van dit gen ook zichtbaar is. Zo overheerst het gen voor bruine ogen over het gen voor blauwe ogen.