Sneller blessures. Je loopt met hypermobiliteit wat meer kans op 'verstuikte' gewrichten tijdens het sporten dan mensen zonder hypermobiliteit. Ook je schouder schiet wat sneller 'uit de kom' of je knieschijf gaat wat sneller van zijn plaats. Je krijgt ook eerder klachten bij activiteiten die je vaak herhaalt.
Pijn negeren en door blijven gaan is echter ook niet goed. De spieren blijven overbelast en zullen daardoor ook pijn blijven doen. Ook zullen de spieren zo overbelast zijn dat ze de bewegingen niet goed kunnen coördineren en je gewrichtspijn erger kan worden.
Hypermobiliteit wordt vastgesteld door van enkele gewrichten de bewegingsmogelijkheid te testen. Daarnaast wordt de motoriek uitgebreid bekeken. Aan de hypermobiliteit zelf is niets te doen. Soms blijft het kind dit zijn hele leven houden, andere kinderen groeien er overheen.
Hypermobiliteit wordt ook wel hyperlaxiteit of overbeweeglijkheid genoemd. Het is geen ziekte, maar een erfelijke aanleg waardoor de banden en kapsels rond de gewrichten elastischer zijn dan gemiddeld en daardoor verder kunnen oprekken.
Hypermobiliteit kan, zoals eerder genoemd, in sommige sporten een voordeel geven. Naast sporten waarbij deze lenigheid duidelijk zichtbaar is (turnen, ballet), zijn er bijvoorbeeld ook voordelen voor zwemmers bij de vlinderslag en een werper bij honkbal.
Door hypermobiliteit kunnen gewrichten een grotere bewegingsuitslag maken dan gewenst en hierbij zijn de volgende symptomen waar te nemen: zwakte van het bindweefsel, rekbare zachte huid, vertraagde wondgenezing en het snel krijgen van blauwe plekken. Ook pijn, vermoeidheid, luxaties zijn veelgehoorde klachten.
Sneller blessures. Je loopt met hypermobiliteit wat meer kans op 'verstuikte' gewrichten tijdens het sporten dan mensen zonder hypermobiliteit. Ook je schouder schiet wat sneller 'uit de kom' of je knieschijf gaat wat sneller van zijn plaats. Je krijgt ook eerder klachten bij activiteiten die je vaak herhaalt.
Doordat het hypermobiliteitssyndroom nog een vrij onbekende chronische aandoening is, zijn geen gegevens bekend over het aantal personen dat hier last van heeft. Wel is bekend dat het HMS vaker bij vrouwen voorkomt dan bij mannen en bij Aziaten en Afrikanen meer voorkomt dan bij mensen van Europese afkomst.
Symptomen van zwak bindweefsel zijn: Vaker last van pijn in spieren, pezen en gewrichten. Hypermobiliteit. Striae.
Hypermobiliteit is een erfelijke aanleg; ongeveer 10% van de mensen is hypermobiel, vrouwen vaker dan mannen. Hypermobiele mensen kunnen vaak bijzondere trucs met ledenmaten, tenen of vingers die de meeste mensen in hun omgeving niet na kunnen doen.
Bij vermoeden van HMS zal uw huisarts u meestal doorverwijzen naar een reumatoloog. Met een scan of een röntgenfoto kan deze lichamelijke afwijking niet aangetoond worden. De specialist zal dus een diagnose moeten stellen op basis van een uitgebreid lichamelijk onderzoek.
Je hebt dan heel soepel bindweefsel en bent overmatig beweeglijk. De pezen, gewrichtsbanden, kraakbeen, bot en tussenwervelschijven zijn zwakker en rekbaarder. Doordat de banden om de gewrichten langer zijn dan “normaal” is de bewegingsuitslag van de gewrichten extra groot.
Het syndroom van Marfan is een erfelijke aandoening waarbij je lichaam niet goed bindweefsel aanmaakt. Door het syndroom wordt het bindweefsel zwakker en kan het makkelijk kapot gaan. In het hart kan daardoor de aorta wijder worden of de hartklep gaan lekken.
De belangrijkste kenmerken zijn: hypermobiliteit, rekbare zachte huid, bindweefselzwakte, hematomen en vertraagde wondgenezing. Deze kenmerken hoeven niet bij alle vormen van EDS aanwezig te zijn. Door deze kenmerken zijn pijn en vermoeidheid veelgehoorde klachten. EDS is een multisysteemziekte.
Kinderen zijn over het algemeen vrij flexibel, maar als ze hun knieën of ellebogen ver kunnen overstrekken, met gestrekte benen hun handen plat op de grond kunnen leggen, hun duim tegen hun pols aan kunnen leggen of vingers meer dan negentig graden kunnen doorstrekken, dan is er mogelijk sprake van hypermobiliteit.
Ehlers-Danlos Syndromen (EDS) is de verzamelnaam voor een zeldzame, klinisch en genetisch heterogene groep erfelijke bindweefselafwijkingen. De belangrijkste kenmerken zijn: hypermobiliteit, rekbare zachte huid, bindweefselzwakte, hematomen en vertraagde wondgenezing.
Voor een uiteindelijke diagnose heb je een verwijzing van je huisarts of behandelaar nodig naar een specialist. Bij verdenking van hEDS zal dit in de meeste gevallen een revalidatiearts of reumatoloog zijn.
Bij bindweefsel- of systeemziekten treden gewrichtsontstekingen op. Maar ook ogen, bloedvaten, huid en interne organen kunnen ontstoken raken. Voorbeelden van systeemziekten zijn reumatoïde artritis, ziekte van Sjögren en sclerodermie.
Wat is Hyperlaxiteit? Hyperlaxiteit of hypermobiliteit is een (erfelijke) aanleg. Door veranderingen in het bindweefsel krijgen de gewrichtsbanden en het kapsel meer elastische eigenschappen. De banden zullen bij belasting niet strak opgespannen maar juist wat meerekken.
Er zijn minsten 3400 mensen met een vorm van EDS in Nederland, waarvan minstens 2700-3000 mensen met hEDS. Echter op basis van wetenschappelijke onderzoeken en onze klinische bevindingen is het waarschijnlijk dat het aantal mensen met EDS en hEDS (veel) hoger is. Hypermobiliteit, instabiliteit, dislocatie.
Bij artrose verandert het kraakbeen in een gewricht. Klachten zijn pijn en stijfheid in het gewricht, vooral bij het opstaan. Artrose ontstaat meestal in de heup, knie of duim.
Ehlers-danlossyndroom (EDS) is een aangeboren en erfelijke aandoening waarbij het bindweefsel niet goed is aangelegd. Bindweefsel zit overal in ons lichaam waar steun gegeven moet worden. Dit betekent dat het een belangrijk bestanddeel is van bijvoorbeeld botten en van de banden die gewrichten op hun plaats houden.
Wat is de oorzaak van verstijfd of verkleefd bindweefsel? Het bindweefsel kan door verschillende oorzaken verstijfd en/of verkleefd raken, bijvoorbeeld door te weinig beweging, maar ook door te veel beweging, herhaalde bewegingen, trauma, verkeerde houding, pijnklachten, etc.
Een of meer eerstegraads (ouder, kind, broer of zus) familieleden voldoen aan de criteria voor hEDS. Minstens 1 moet aanwezig zijn: Dagelijks terugkerende muscoskeletale pijn in twee of meer ledematen die minstens 3 maanden duurt. Chronische wijdverspreide pijn die minstens 3 maanden aanwezig is.