Weleens en wel eens zijn allebei correct in de betekenissen 'soms', 'ooit, wel een keer', 'heel graag'. Een kleine vonk ontsteekt weleens / wel eens een grote brand. Iedereen heeft weleens / wel eens wat gestolen.
Weleens, in één woord, betekent 'soms', 'ooit, wel een keer' of (met achterdocht gezegd) 'heel graag'. In de praktijk wordt deze betekenis ook vaak uitgedrukt met een woordgroep (wel eens).
Als het gaat om de betekenis 'ooit een keer', dan schrijf je weleens aan elkaar: Ben je weleens in Italië geweest? Dat zullen we nog weleens zien! Maar is 'wel' het tegendeel van 'niet', dan schrijf je het los.
wel·eens (bijwoord) 1wel een keer: heb jij weleens gevlogen?
Zoveel en zo veel zijn allebei correct als zoveel kan worden vervangen door 'veel' of 'zo weinig'. Als in dat geval zo met een sterke klemtoon wordt uitgesproken en zo en veel dus allebei nadruk krijgen, is het gewoon om zo veel in twee woorden te schrijven.
De correcte spelling is evenveel, aaneen.
Wanneer gebruik je dan en wanneer als? Dan komt na een vergrotende trap en na anders en ander(e): groter dan, kleiner dan, anders dan. Als komt na vergelijkingen met zo en even: zo groot als, even klein als.
Bijwoord. (tijdrekening) morgen: de eerstvolgende dag na vandaag.
Zo is heel in 'Zij is heel aardig' een bijwoord. In 'Ik kom morgen niet' zitten twee bijwoorden: morgen en niet. Bijwoorden zijn woorden die een werkwoord, een ander bijwoord, een bijvoeglijk naamwoord, een hele zin of soms een zelfstandig naamwoord nader bepalen.
Mooi is bijwoord bij het bn rode. Ik heb een mooie rode auto. Mooie zegt nu wél iets over het zn auto en is dus bijvoeglijk naamwoord.
Betekenis 'allez'
1al·lee (de; v; meervoud: alleeën) 1laan 2al·lee (tussenwerpsel) 1(aansporing) kom!, vooruit!
Je wilt en je wil zijn allebei correct.
In Nederland wordt je wil informeler gevonden dan je wilt. In België wordt het gebruik van je wil niet als informeler beschouwd.
De klemtoon ligt in alsook op ook. Alsook is een vrij formeel woord. U kunt meestal een gewoner synoniem gebruiken: en, en ook, samen met.
gebruikmaakt / gebruik maakt → de juiste spelling is gebruikmaken, aan elkaar dus. er tegen aanlopen / er tegenaan lopen / ertegenaanlopen / ertegen aanlopen → de juiste schrijfwijze is ertegenaan lopen. Gebruik je het in combinatie met 'ergens'? Dan schrijf je ergens tegenaan lopen.
Instemming: Helemaal mee oneens, Oneens, Niet mee oneens en niet mee eens, Eens, Helemaal mee eens.
geeneens bijwoord Uitspraak: [ xen'ens ] Afbreekpatroon: geen·eens niet eensinformeel Voorbeeld: 'Ik ben verliefd op een leuke jongen, maar ik ken zijn naam geeneens!'
Onbepaalde bijwoorden: nooit, nergens, ergens, altijd.
Heel wordt ook als graadaanduidend bijwoord bij een bijvoeglijk naamwoord gebruikt. Een bijwoord wordt normaal gezien niet verbogen, maar de verbogen vorm hele komt in die context vrij vaak voor.
Toelichting. Ter aanduiding van de dag die onmiddellijk is voorafgegaan aan vandaag worden de bijwoorden gisteren en gister gebruikt.
morgenmiddag bijwoord Uitspraak: [ mɔrxə(n)'mɪdɑx ] Afbreekpatroon: mor·gen·mid·dag middag van de dag na vandaag Voorbeeld: 'Het interview wordt morgenmiddag om half vier uitgezonden.
Voorbeelden bijwoord
Het bijwoord in elke zin is roze.
morgenochtend bijwoord Uitspraak: [ mɔrxə(n)'ɔxtənt ] Afbreekpatroon: mor·gen·och·tend ochtend van de dag na vandaag Voorbeeld: 'Kom morgenochtend gezellig even koffiedrinken!'
In gesproken taal wordt vaak als gebruikt in plaats van dan. Hoewel groter als door velen niet meer wordt afgekeurd, is groter dan nog steeds verzorgder, zeker in geschreven taal. Hij is ouder dan ik. Ze is veel energieker dan ik.
Na een gelijkheid (stellende trap) schrijf je als. Na een ongelijkheid (vergrotende trap) schrijf je dan.
Dit is de regel: De stellende trap krijgt altijd als. De vergrotende trap krijgt altijd dan.