Tussenvoegsels, zoals van of de of op, zijn met een kleine letter als de naam al 'begonnen is', dus als er een voorletter, een voornaam of de achternaam van een partner aan voorafgaat: Hendrika van der Knaap. H. van der Knaap.
In Nederland worden deze woorden klein geschreven wanneer de voornaam of de voorletters voorafgaan: de heer Jan van den Berg en mevrouw M. de Vries, maar met een hoofdletter als voornaam of voorletters ontbreken: de heer Van den Berg en mevrouw De Vries.
In Nederlandse namen krijgen tussenvoegsels als van, de en der geen hoofdletter als er een voornaam voorletter(s), naam van de partner of adelijke titel voor staat. Juist zijn dus: Sylvie van der Vaart, mr.
In Nederland worden woorden als de, der, in, op en van in achternamen klein geschreven als ze het eerste woord van de achternaam zijn en als de voornaam, voorletter of een ander deel van de achternaam er direct voor staat: Jan op de Beek, M. de Vries, Marie van der Ven-van Dijk, de heer Bos-van Casteren.
Varianten. Varianten zijn onder meer Van den Bergh, Vandenbergh, Van de Berg, van de Berg, Van de berg, van den Berg, Van den Berg, Van den berg, van der Berg, Van der Berg. Alles tezamen zijn er 58.562 mensen die deze naam of een van deze varianten droegen in Nederland (2007) en 936 in België (1998).
Tussenvoegsels als van, de en der krijgen geen hoofdletters als er een ander deel van de naam – de voornaam, voorletters, naam van de partner – voor staat. Juist zijn dus: Nynke van der Sluis, mr. N.C. van der Sluis, mevrouw Jongsma-van der Sluis.
Hoofdletters gebruik je in twee situaties: aan het begin van een zin en bij namen. Je gebruikt ze bij namen van personen, bedrijven, instellingen, merken, wetten, boeken, aardrijkskundige plaatsen, talen, dialecten, volkeren, feestdagen en historische gebeurtenissen.
Mogelijk komt deze van oorsprong Friese naam overeen met de naam Van 't Hof.Fries hou betekent 'hof'. Het is bekend dat de eerste naamdrager, Arjen Botjes van der Hauw, in de omgeving van het Hof in Bolsward woonde. Hij schreef zijn naam ook wel als Van der Houw.
Als u in Nederland trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat, houdt u in uw paspoort uw eigen geboortenaam. Dat is uw officiële (juridische) achternaam. Deze verandert niet door de keus voor naamgebruik.
Het is het gebruikelijkst om een streepje te zetten tussen die twee namen, zonder spaties eromheen: Bakker-Smit, Smit-Bakker, De Jong-Vlietstra, Van Dijk-de Vries. Het streepje is wettelijk niet verplicht: een spatie zou ook mogen. Wel maakt het streepje beter duidelijk dat de namen van twee personen gecombineerd zijn.
Voorbeelden: meneer, mevrouw, de heer, drs., professor, dominee, etc. Schrijf dan het tussenvoegsel met een hoofdletter: de heer De Groot. Verkorte tussenvoegsels (die met een apostrof, zoals 't Hart) schrijf je te allen tijde met een kleine letter.
eerst uw eigen naam, gevolgd door de naam van uw partner; de naam van uw partner in plaats van uw eigen naam.
Hoe schrijf je onderwijstypen zoals vwo, havo en pabo: met kleine letters of met een of meer hoofdletters? Alle onderwijstypen krijgen kleine letters – zowel de voluit geschreven vormen (voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, hoger beroepsonderwijs e.d.) als de afkortingen (vwo, hbo e.d.).
Een achternaam oftewel familienaam schrijf je in de regel met een hoofdletter. Dat gebeurt in elk geval bij een achternaam die uit één woord bestaat. Een uitzondering vormen achternamen met een lidwoord (bijvoorbeeld de) of een voorzetsel (van).
Vroeger was het gebruikelijk om de eerste zin van een brief met een kleine letter te beginnen. Tegenwoordig beschouwen we de aanhef van de brief niet als onderdeel van de eerste zin, maar als afzonderlijk element. Daarom beginnen we de eerste zin met een hoofdletter, ook al eindigt de aanhef met een komma.
Een tussenvoegsel of voorvoegsel (beide termen hebben hun voor- en nadelen) is een deel van sommige eigennamen; meestal hoort het bij de familienaam. Vaak is het een kort woord zoals 'van' of 'de'. Daarna komt dan het grondwoord van de naam: het deel dat meer kenmerkend is voor de persoon of familie.
Door het trouwen op zich verandert er niets aan uw achternaam. Maar huwelijkspartners hebben het recht om na het sluiten van het huwelijk elkaar achternaam (geslachtsnaam) te voeren. Dit geldt ook voor geregistreerde partners.
Via de Nederlandse Familienamenbank kun je precies achterhalen hoe vaak jouw achternaam voorkomt, maar ook hoe deze verspreid is binnen Nederland. Daarnaast biedt de namenbank veel achtergrondinformatie per achternaam. Via de Nederlandse Familienamenbank kun je grasduinen in zo'n 320.000 achternamen.
Als je gaat trouwen, kun je kiezen of je de (volledige) achternaam van je partner overneemt. Dat gebeurt niet helemaal automatisch nadat jullie huwelijk is gesloten.
CBG Familienamen. Het achtervoegsel –stra is een samentrekking van –sittera, waar volgens Brouwer het woord 'zitter' in te herkennen is. Een 'zitter' betreft de ingezetene of bewoner van en bepaalde plaats.
De familienaam of achternaam geeft aan tot welke familie een persoon behoort. Doorgaans gaat het daarbij om de familie in de mannelijke lijn. Familienamen zijn in de middeleeuwen ontstaan. Pas in de Franse tijd (België 1795 en Nederland 1811) werd het verplicht om ze te registreren bij de burgerlijke stand.
Opmerkelijke familienamen waar we nog wel de Afrikaanse roots in kunnen ontdekken zijn Janga, Leito, Gumbs, Curiel, Doran, Obispo, Rojer, Arrindell, Hodge, Melfor en Wawoe. Dit is uitzonderlijk, omdat Afrikaanse tot slaaf gemaakten bij hun kerstening immers christelijke doopnamen kregen.
De namen van de dagen van de week worden klein geschreven.
Namen van landen schrijven we met een hoofdletter.
Dat geldt ook voor andere aardrijkskundige namen, zoals namen van werelddelen, streken, provincies, steden, gemeentes, rivieren, zeeën, bergen, woestijnen.
De officiële woordenlijst van 1954 bepaalde dat namen van maanden en de dagen van de week een kleine letter krijgen, omdat het geen unieke namen zijn. Dat is sindsdien zo gebleven. Alleen feestdagen krijgen een hoofdletter: Pasen, Goede Vrijdag, Witte Donderdag, enz.