Je mag zowel patat als friet zeggen, maar je voorkeur hangt waarschijnlijk af van waar je woont. In het noorden van Nederland wordt meestal patat gezegd, in het zuiden van Nederland bestel je vaker friet. De Vlamingen noemen de gefrituurde aardappel altijd friet. Met patat bedoelen zij de rauwe aardappel.
Patat betekent dus 'aardappel' en 'frites' betekent dat het gefrituurd is. Aangezien je naast aardappelen nog veel meer kunt frituren, is het eigenlijk niet logisch om de bereidingswijze tot afkorting te maken. Maar ja, de aardappel is wel de koning onder de gefrituurde snack. De opper-frites is dus friet.
In Vlaanderen wordt meestal van friet, frieten, frietjes en soms ook fritten gesproken, in de drie zuidelijke provincies van Nederland en in het zuiden van Gelderland spreekt men van friet of frites, in de rest van Nederland wordt vaak het woord patat gebruikt.
Frites is eigenlijk het minst belangrijke woord. Vandaar dat boven de rivieren is gekozen voor het belangrijkste woord: patat." Maar beneden de rivieren en in België betekende 'patat' al aardappelen. "Als je dus in Vlaanderen zei dat je patat wilde eten, kreeg je gekookte aardappelen.
'Friet' is een verkorting van het oorspronkelijke 'patates-frites'. In het Zuid-Nederlandse taalgebied lag een verkorting tot 'patat' niet voor de hand, omdat die term er al sinds de 17e eeuw gebruikt werd voor aardappelen.
In de drie zuidelijke provincies van Nederland spreekt men van friet en in Vlaanderen wordt meestal van frieten, frietjes of fritten gesproken, terwijl in de rest van Nederland men het meestal over patat heeft. In Noord-Holland en Utrecht raakt de benaming Vlaamse friet echter steeds meer in zwang.
De naam 'friet' komt van patates frites, Belgisch-Frans voor 'gebakken aardappelen'. De associatie met Frankrijk stamt mogelijk uit de tijd van de Eerste Wereldoorlog, toen Amerikaanse soldaten onze friet leerden kennen in de Franstalige regio van België, en daardoor dachten dat ze in Frankrijk waren.
Typische Nederlandse friet
Friet wordt erg veel geconsumeerd onder de Nederlanders. Uiteraard wordt friet over de hele wereld verkocht, maar bepaalde soorten friet zijn toch wel echt Nederlands.
Je ziet het waarschijnlijk al aan de naam, maar de oorsprong van het woord 'patates frites' ligt in de Franse en Vlaamse taal. “Patates betekent aardappel en frites betekent gefrituurd. Het betekent dus letterlijk vertaald aardappel gefrituurd.” Boven de rivieren is de keuze dus op de afkorting patat gevallen.
Friet, frieten, patat, patatten. En aardappelen.
De Belg zegt friet en de Nederlander patat.
In Noord-Nederland noemen we de dik gesneden aardappelen 'patat' en in Frankrijk gaan ze voor de dunner gesneden en knapperige 'pommes frites'.
Aardappelen eten we in Nederland al vanaf 1593. Maar friet eten we veel minder lang, namelijk nog maar 150 jaar. En dat wordt vandaag gevierd in Houten op het Frituurwereld Event. Anderhalve eeuw geleden werd op een kermis in Breda de eerste portie verkocht.
Een patatje oorlog bestaat in de meeste gevallen uit een portie friet met daarover een klodder mayonaise, pindasaus en (vers) gesnipperde uitjes. In het zuiden van het land krijg je er vaak extra curry bij.
De naam van friet of patat is afgeleid van de woordcombinatie patates frites; Belgisch-Frans voor 'gefrituurde aardappelen'.
Van de naam patates frites zijn natuurlijk zowel de naam patat als friet gemaakt. Je mag zowel patat als friet zeggen, maar je voorkeur hangt waarschijnlijk af van waar je woont. In het noorden van Nederland wordt meestal patat gezegd, in het zuiden van Nederland bestel je vaker friet.
“Veel mensen denken dat het stamt van de koloniale oorlog in Nederlands-Indië, en die link is heel begrijpelijk alleen pindasaus deed pas later zijn intrede. De naam staat heel simpel voor 'puinhoop op je bord'. Het is gewoon straattaal.”
Maar wat maakt Belgische friet nou zo lekker? De Belgische friet is gemaakt van een aardappel die speciaal voor het frituren is geteeld. De verse aardappels (bijvoorbeeld een Bindje) worden eigenhandig geschild en gesneden.
Frietjes worden traditioneel gebakken in dierlijk vet (ossenwit en/of paardenvet). Dat zorgt voor die typische smaak en geur, maar is helaas minder gezond doordat het meer verzadigd vet bevat. Daarom worden frietjes tegenwoordig ook in plantaardige olie gebakken, of in een mengsel van de twee.
Langste friet: Stephan Tyvaert uit Gent bakte in 4 uur tijd een friet, gemaakt van aardappelpuree, van 9 m, 79 cm en 4 mm lengte en een dikte van 2 x 2 cm.
“De friet zoals we die vandaag kennen - in staafjes gesneden aardappel, die tweemaal zijn gebakken - zijn uitgevonden in Parijs”, zegt de Franse culinaire historicus Pierre Leclerq. “Rond 1885 zijn de frieten voor het eerst opgedoken in de straten van Parijs.
Superfriet. Een frietje super is een kleine portie friet geserveerd met mayonaise en een frikandel. Dikwijls wordt een superfriet ook wel een 'supertje' genoemd.
Typisch Belgische voedingsmiddelen zijn brood, graanproducten, aardappelen, bloemkool, witloof, spruitjes, boter, eerder vlees dan vis, varkensvlees, sauzen, speculaas, Brusselse en Luikse wafels, Luikse siroop (perenstroop) en 'filet américain' (rauwe tartaar) als broodbeleg.
Want België is frietland nummer één. In 2016 telde het land maar liefst 4 643 frietkramen – of frietkoten, zoals we eigenlijk moeten zeggen. Voor de lekkerste friet ter wereld, hoef je alleen maar even de grens over te steken naar steden als Antwerpen, Gent en Brugge.
Britse en Amerikaanse soldaten zouden tijdens de Eerste Wereldoorlog frieten hebben leren kennen aan het Belgische front. Omdat ze overal om zich heen Frans hoorden praten, lanceerden ze de benaming French fries.
Wie de eerste friet maakte is niet goed te achterhalen. Zowel de Fransen als de Belgen claimen de uitvinding van friet. De belgische historicus Jo Gérard zegt dat hij in een oud manuscript heeft gelezen dat er al friet werd gemaakt in 1680.