In het Frans zijn zelfstandige naamwoorden in het enkelvoud altijd mannelijk of vrouwelijk. Bij mannelijke woorden is het 'le' (de/het) of 'un' (een) en bij vrouwelijke woorden is het 'la' (de/het) of 'une' (een).
De Franse taal kent natuurlijk ook uitzonderingen. Als een woord mannelijk is gebruik je le (de/het) en un (een). Als een woord vrouwelijk is gebruik je la (de/het) en une (een).
In het Duits zijn zelfstandige naamwoorden mannelijk, vrouwelijk of onzijdig. Bij mannelijke woorden is het lidwoord 'der', bij vrouwelijke woorden 'die' en bij onzijdige woorden 'das'.
Zelfstandige naamwoorden die eindigen op -age/-ment/-eau/-phone/-scope/isme zijn meestal mannelijk. LET op: l'eau (het water) is vrouwelijk! Zelfstandige naamwoorden die eindigen op -e/-tion/-ité zijn meestal vrouwelijk. Let op: woorden op -ion (pion, avion) zijn mannelijk.
Lidwoorden | delend lidwoord. Als er in het Nederlands geen lidwoord of geen getal staat voor het zelfstandig naamwoord, dan komt er in het Frans een delend lidwoord (du, de la, de l', des) vóór het zelfstandig naamwoord. 'Du' voor mannelijke woorden. 'De la' voor vrouwelijke woorden.
FR: C' est le garage. NL: Het is een garage!
Het onbepaald lidwoord
“un” bij een mannelijk zelfstandig naamwoord, "une” bij een vrouwelijk zelfstandig naamwoord, en, “des” bij een meervoud.
De meesten van jullie weten wel, dat zelfstandige naamwoorden zoals tafel, huis, kat, kerstbal in het Frans vrouwelijk of mannelijk zijn. Bijvoorbeeld: le garçon, l'étage, le tableau, l'enfant. Vertaal deze woorden en het valt je op, dat het lidwoord zowel vertaald kan worden met: de als met: het.
In de spreektaal worden de uitgangen enkelvoud tegenwoordig vaak achterwege gelaten: "Ich brauche Kleingeld für den Parkautomat" (i.p.v. für den Parkautomaten). Wanneer -n, wanneer -en? Als het woord op een -e eindigt, zoals bij der Junge, zet je er een -n achter.
Het woord Duitse staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Eltern [die ~] zelfstandig naamwoord
ouders [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
maison [v] (la ~) {zn.} C'est leur maison. Dit is hun huis.
In het Frans heeft elk zelfstandig naamwoord een geslacht. Het lidwoord geeft weer of het zelfstandig naamwoord mannelijk of vrouwelijk is. De meeste zelfstandige naamwoorden komen zowel in het enkelvoud als in het meervoud voor.
Sommige namen zijn mannelijk in het enkelvoud en worden vrouwelijk in het meervoud: - Amour: Un amour maternel (mannelijk) en des amours enfantines (vrouwelijk).
Het onbepaald lidwoord een is in het Frans un, une of des. Un komt voor een mannelijk zelfstandig naamwoord en une voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord. In het meervoud wordt het des.
Teef definities
Uitspraak: [tef] Verbuigingen: teven (meerv.) 1) vrouwtjeshond Voorbeeld: `Een van de vijf pups is een teefje.
[dierkunde] een mannelijke hond.
Diernamen als hond, olifant en papegaai hebben van oorsprong een mannelijk woordgeslacht. Er wordt naar verwezen met de mannelijke voornaamwoorden hij, hem en zijn.
Eigenlijk komt het neer op de basisregel: l'article partitif wordt enkel gebruikt als de hoeveelheid niet specifiek is, als je niet echt weet hoeveel taart iemand eet bijvoorbeeld, of hoeveel pannenkoeken grootmoeder heeft gebakken. Extra voorbeeldzinnen: Grand-mère a fait beaucoup de crêpes.
Er zijn vier delend lidwoorden in het Frans: du, de la, de l' en des, die gebruikt worden om niet-gespecificeerde hoeveelheden aan te geven. Ze komen overeen met 'wat' of 'een beetje', die in het Nederlands meestal weggelaten worden.
Frans is afgeleid van Franciscus. Franciscus is een jongensnaam die 'Fransman' betekent. Het is de naam die Franciscus van Assisi (1182-1226) van zijn vader kreeg nadat hij een lange reis door Frankrijk had gemaakt – zijn doopnaam was Giovanni.