Op de vraag of je een wond moet afdekken of openlaten, hebben we maar één goed antwoord: afdekken. Door pleisters of verband te gebruiken, bescherm je jouw huid tegen vuil van buitenaf. Zo voorkom je infecties en zorg je er dus voor dat je wond rustig kan genezen.
De genezing versnellen
Een kleine, oppervlakkige wond kun je dun insmeren met een wondzalf. Ook in dat geval creëer je een vochtig milieu waarin de wond sneller heelt. En vaak ook mooier, omdat een zalf aanzienlijk kan helpen bij het verminderen van littekens.
Wanneer de bedekkende opperhuid direct na het sluiten van de wond weer de volle dikte bereikt, is nog goed te zien dat het onderliggende weefsel nog rood, dik en stug is. Het granulatieweefsel dat de lederhuid vervangt, moet nog verder uitrijpen tot een dun, soepel en wit bindweefsel.
Bij een vochtige natte wond droogt de wond niet uit en wordt er geen korst gevormd. Wanneer er sprake is van grotere acute wonden of chronische wonden verloopt de genezing sneller als de wond vochtig blijft.
Speciaal vocht uit de bloed- en lymfevaten voert afval en bacteriën weg, zodat er geen infectie ontstaat. Dit goedje heet wondvocht en is doorgaans dus een teken van goede genezing. Toch is er ook een keerzijde: té veel vloeistof kan je verwonding zacht maken en het genezingsproces in gevaar brengen.
Neem contact op met uw huisarts bij één of meer tekenen van een infectie: als er troebel witgeel vocht (pus) uit de wond komt; als de wondranden roder, dikker en warm worden of meer pijn doen; als u zich ziek voelt of koorts krijgt.
Doordat de cellen in de basale laag zich voortdurend delen en deze uiteindelijk aan de bovenkant afschilferen, vernieuwt de opperhuid zich ongeveer één keer per maand. Het vermogen tot aanmaak van nieuwe cellen in de basale laag, maakt dat de huid bij een verwonding vrij snel dichtgroeit.
In principe moet je daarom verband dagelijks verschonen. Zeker in het begin en bij een wond die nog niet helemaal dicht is. Heeft zich overal op de wond al een korst gevormd, dan zou je om de dag of drie keer per week kunnen verschonen.
Betadine kan gebruikt worden om te ontsmetten, ook in de wond. Met een gaasje breng je dit aan op de wond en de huid eromheen. Betadine is geschikt voor het uitspoelen en desinfecteren van kleine en ondiepe snij- of prikwonden.
Slaap heeft een krachtig effect op het immuunsysteem, dus het is niet alleen wondgenezing, maar alle vormen van herstel van ziekte, verwonding en ziekte die worden beïnvloed door slaap.
Genezing gaat minder snel als de wond ontstoken raakt
Bij een ontsteking is de plek rood, pijnlijk en warm en er komt vocht of pus uit. De verwonde persoon kan zelfs (lichte) koorts hebben. Een ontsteking ontstaat door vuil en bacteriën.
Beweging is van invloed op de wondgenezing, omdat daarmee de doorbloeding wordt gestimuleerd. Daarnaast is het belangrijk dat er niet te veel druk wordt uitgeoefend op de wond. Toevoer van bloed en zuurstof zijn essentieel voor de wondgenezing.
Smeer geen vaseline op een open wond. Als dit niet praktisch is (bijvoorbeeld in verband met kleding) en bij diepere schaafwonden kun je de schaafwond afdekken met metaline of ander niet aan de wond klevend verband. Gewone pleisters en kompressen plakken aan de wond vast.
Vaseline. Gebruik minstens 5 dagen lang vaseline om de gewonde huid vochtig te houden. Vaseline voorkomt dat de wond uitdroogt; uit onderzoek is gebleken dat die droogte juist weefselschade en dus een vertraagde wondgenezing veroorzaakt.
Meestal wordt een doorsnee van 3 of 4 mm gebruikt. Er ontstaat een klein wondje die met een (druk) verbandje wordt verbonden of indien het erg nabloedt wordt dichtgebrand. Dit dichtbranden gebeurt met een elektrische naaldje of bolletje; hier voelt u niets van omdat de huid nog verdoofd is.
In de gele laag zitten celresten en samengeklonterde eiwitten. Deze laag moet worden verwijderd om de wondgenezing in gang te zetten. Het doel van de behandeling is het reinigen van het wondbed en absorptie van overmatig exsudaat. Ook gele wonden bevinden zich in de reactiefase.
Wij hebben het antwoord: het genezingsproces duurt bij kleine wonden meestal tussen de 24 en 72 uur. Wondgenezing bestaat uit 5 verschillende fasen. In de eerste fase, wanneer de wond ontstaat, zorgt de bloedstolling voor een tijdelijke afsluiting van de wond.
Er zijn verschillende oorzaken waarom een wond niet goed geneest. De wond kan bijvoorbeeld erg groot zijn of vervuild. Het kan dan dat er hulpmiddelen nodig zijn om het proces voorspoedig te laten verlopen. Als een wond niet binnen een maand geneest, dan is er sprake van een chronische wond.
Bij een opengelaten wond geneest uw lichaam de wond zelf. Er groeit dan vanaf de wondranden een nieuwe huidlaag op de plek van de wond. Een open wond heeft tijd nodig om volledig te genezen. Het schoonhouden van een open wond versnelt de genezing.
Een chirurgische wond kun je na de operatie gewoon verzorgen met een beetje vaseline. Dat is vet, trekt nauwelijks in de huid en daardoor blijft je huid lang soepel. Op die manier laat je wonden en littekens het beste en comfortabel genezen.
Veel mensen denken dat het goed is om schaaf-, snij- of andere wonden aan de lucht te laten drogen. Toch is dit niet altijd de beste optie. Het afdekken van je wond is vaak veel effectiever. Met speciale vochtige pleisters zorg je ervoor dat jij snel weer de oude bent.
Een ontstoken wond kan zich ontwikkelen tot een wondinfectie. Dat is geen pretje, want je kunt flink ziek worden van een infectie. Daarom is het belangrijk om een ontstoken wond te herkennen en tijdig te behandelen en verzorgen.
Wondinfecties kunnen symptomen geven zoals: roodheid, warmte, koorts, pijn of gevoeligheid rond de aangedane plek of afscheiding van pus. De meerderheid van de wondinfecties ontstaat binnen 30 dagen na de operatie.
Een vochtig wondmilieu houdt in dat de wond vochtig blijft, terwijl de wondranden en omliggende (gezonde) huid droog zijn. Dit kan men creëren met behulp van zogenaamde speciaal wondverbanden. Een speciale wondverband absorbeert het overtollige wondvocht, maar behoudt op de wond een juiste hoeveelheid wondvocht.