Je schrijft 'gematcht' (niet: gematched) en 'gemaild' (niet: gemailed).
(Onderzoek met) proefobjecten, die worden gepaard (gematched) op factoren als leeftijd, geslacht of sociaal-economische status, waarvan mag worden aangenomen dat zij het onderzoeksresultaat beïnvloeden.
Wat is de verleden tijd van matchen? De verleden tijd van matchen is 'matchte'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gematcht'.
Aan het Engels ontleende werkwoorden, zoals matchen, volgen in principe de Nederlandse vervoegingsregels. Dus net als hij kucht en hij kletst wordt het hij matcht, net als hij kuchte en hij kletste wordt het hij matchte, en net als gekucht en gekletst wordt het gematcht.
matchen (hij matcht) - matchte - gematcht. mixen (hij mixt) - mixte - gemixt. pushen (hij pusht) - pushte - gepusht. speechen (hij speecht) - speechte - gespeecht.
Gangbaarheid. Het woord matchen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
match (zn) : kamp, krachtmeting, ontmoeting, potje, race, spel, spelletje, sportwedstrijd, treffen, voetbalwedstrijd, wedkamp, wedstrijd.
Het voltooid deelwoord is een onderdeel van de werkwoordspelling. Een voltooid deelwoord begint vaak met ge-, maar kan ook beginnen met be-, -her, ver- of ont-. Met een voltooid deelwoord wordt aangegeven dat iets al gebeurd is.
matchen werkw. Uitspraak: [ 'mɛtʃə(n) ] Afbreekpatroon: mat·chen Vervoegingen: matchte (verl. tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gematcht (volt.
Mulch maken
Tijdens het groeiseizoen is het natuurlijk met name het gazon dat wordt gemulcht. Sommige grasmaaiers kunnen niet alleen het gras opvangen, maar het ook zo fijn versnipperen dat al het afgemaaide gras tussen de grassprieten invalt en daar weer nieuwe voedingsstoffen gaat vormen.
mix and match (sth.) werkwoord
iets bij elkaar zoeken ww.iets samenstellen ww.
Uitspraak: [ xə'mut ] Afbreekpatroon: ge·moed wat je innerlijk voelt Voorbeelden: 'na een goede voorbereiding met een gerust gemoed naar een examen gaan' , 'met een bezwaard gemoed' Synoniem: gevoel op je gemoed werken (invloed hebben op je gevoel) 'Sombere winters werken negatief op mijn gemoed.
Een synoniem of evenwoord van een bepaald woord in een taal is een ander woord in dezelfde taal met min of meer dezelfde betekenis. Dit verschijnsel wordt synonymie genoemd.
Omschrijving. Twee woorden worden synoniemen genoemd als ze (ongeveer) dezelfde betekenis hebben. Voorbeelden: godsdienst – religie, ogenblik – moment, gebeuren – geschieden.
Een synoniem is een woord wat ongeveer hetzelfde betekent als een ander woord. Het is dus eigenlijk een ander woord, waarmee je hetzelfde zegt. Als je een woord in een zin kan veranderen zonder dat de betekenis hiervan verandert, is het een synoniem.
men (onbepaald voornaamwoord) 1de mensen: men zegt er wordt gezegd 1mens (de; m/v/x; meervoud: mensen) 1het hoogst begaafde wezen op aarde: geen mens niemand; wel alle mensen! allemachtig; de inwendige mens versterken eten en drinken 2mens (het; o) 1(negatief) vrouw: mens, wat heb je?
Matchday is bij Manchester United, en in Engeland in het algemeen, dé dag van de week waar naar toegeleefd wordt.
De correcte spelling is mocht. Vervoeging van het werkwoord mogen: ik mag, jij mag, wij mogen.
In de verleden tijd komt er -te(n) achter de ik-vorm: hij racete, wij raceten. Ook het voltooid deelwoord wordt met een t geschreven: geracet. De juiste spelling van het voltooid deelwoord is ook te achterhalen met het ezelsbruggetje van 't kofschip.