1 van de 3 mensen met een persoonlijkheidsstoornis herstelt volledig. Met 1 van de 3 mensen met een persoonlijkheidsstoornis gaat het na verloop van tijd veel beter. 1 van de 3 mensen met een persoonlijkheidsstoornis blijft veel problemen houden.
Omdat persoonlijkheidsstoornissen vaak al lang bestaan, duurt een behandeling voor persoonlijkheidsproblematiek meestal enkele jaren. De duur van de therapie voor een persoonlijkheidsstoornis is natuurlijk afhankelijk van de ernst van de klachten.
Het ontstaan van een persoonlijkheidsstoornis heeft te maken met erfelijkheid, aanleg en omgevingsfactoren. Je aanleg en wat je leert van anderen bepaalt namelijk hoe je omgaat met je gevoelens en emoties. Dit heeft weer invloed op hoe jij met bepaalde situaties omgaat.
Een persoonlijkheidsstoornis is een psychische aandoening waarbij iemand zich anders gedraagt dan de maatschappij van die persoon verwacht. Iemand met deze stoornis heeft vaak last van starre en negatieve trekken, heftige emoties en problemen met het onderhouden van sociale contacten.
Bij een persoonlijkheidsstoornis is psychotherapie de beste behandeling. Het doel van psychotherapie is dat de klachten minder worden en dat uw naaste er beter mee leert omgaan. De huisarts of de praktijkondersteuner van de huisarts (POH-GGZ) kan uw naaste hiervoor doorverwijzen naar een psychotherapeut.
Je wordt geboren met sterke kanten en kwetsbaarheden. Je kan bijvoorbeeld een aanleg voor angst, somberheid of verlegenheid (introversie) meekrijgen. Hoe deze aanleg zich ontwikkelt hangt af van je levenservaringen, bijvoorbeeld van je opvoeding. Opvoedingsfactoren spelen vaak een rol.
Persoonlijkheidsstoornissen zijn een chronische ofwel aanhoudende psychische aandoening maar kunnen met tijden wisselen in ernst. U kunt er met momenten in uw leven meer of minder last van hebben.
Ontstaan van persoonlijkheidsstoornissen
Verschillende factoren spelen waarschijnlijk een rol. Een trauma in de kinderjaren. Bijvoorbeeld emotionele verwaarlozing, verlating, een ongeluk, seksueel misbruik of mishandeling. Sociale factoren, zoals gezinsomstandigheden en maatschappelijke positie.
In veel gevallen hebben mensen last van meerdere persoonlijkheidsstoornissen tegelijkertijd. Naast deze algemene problemen op het vlak van cognities, gevoelens, interpersoonlijk functioneren en impulsbeheersing, zijn er vaak bijkomende klachten, zoals angsten, depressie, verslaving en eetproblemen.
Mensen met een persoonlijkheids- stoornis lopen daardoor vaak langdurig vast op meerdere levensgebieden, zoals thuis, op het werk en in relaties. Contacten met andere mensen verlopen vaak moeizaam. Vaak wordt gedacht dat een autismespectrumstoornis en een persoonlijkheidsstoornis niet kunnen samengaan. Dit is onjuist.
Depressie werd vaak als zelfstandige stoornis behandeld. Het is echter bekend dat 2 van de 3 mensen met een depressie ook een persoonlijkheidsstoornis hebben; vaak is er sprake van een ontwijkende of vermijdende persoonlijkheidsstoornis.
Soms kan iemand last hebben van erg wisselende emoties en stemmingen, in andere gevallen is hij of zij emotioneel erg geremd. Soms gaat iemand intense en wisselende relaties met anderen aan, terwijl een ander juist elke vorm van intiem contact met anderen wil vermijden.
Overige kenmerken
Geheugenverlies, de persoon is stukken verleden kwijt. Daarnaast kan hij zich dingen die hij net heeft gedaan soms niet meer herinneren. Depersonalisatie, het gevoel van een afstand naar zichzelf te kijken, buiten zichzelf en als robot te leven, dingen te doen zonder daar een gevoel bij te hebben.
Ontstaan. Veel mensen met een dwangmatige persoonlijkheidsstoornis zijn opgegroeid met afstandelijke, kritische of strenge ouders. Tijdens je opvoeding was er waarschijnlijk weinig ruimte voor spel, ontspanning en pubergedrag. Deze stoornis komt voor bij ongeveer één procent van de bevolking.
1 van de 3 mensen met een persoonlijkheidsstoornis herstelt volledig. Met 1 van de 3 mensen met een persoonlijkheidsstoornis gaat het na verloop van tijd veel beter. 1 van de 3 mensen met een persoonlijkheidsstoornis blijft veel problemen houden.
Een behandeling van een vermijdende persoonlijkheidsstoornis kan door middel van cognitieve gedragstherapie waarbij negatieve gedachten en patronen worden uitgedaagd. Bovendien is een sociale vaardigheidstraining vaak werkzaam doordat je hierdoor meer sociale vaardigheden leert.
Een narcistische persoonlijkheidsstoornis is tweezijdig. Aan de ene kant staat een opgeblazen gevoel van zelfbelang en zucht naar bewondering centraal, en aan de andere kant is er sprake van een extreem gevoel van minderwaardigheid en onzekerheid. Narcistisch gedrag is vaak lastig te herkennen.
Persoonlijkheidsstoornissen komen vaak voor: bij ongeveer 13 procent van de algemene bevolking. Niet iedereen met een persoonlijkheidsstoornis heeft behandeling nodig. Dat is afhankelijk van de last die de persoon en/of de omgeving en/of de samenleving er van heeft.
Manipulatie wordt gebruikt om toch haar/zijn zin te krijgen. Een voorbeeld daarvan is het verwijt: 'Als je dit niet voor me over hebt (of kunt doen), wat stelt onze vriendschap dan nog voor?' Die manipulatie en wisselende stemmingen zijn er vaak de oorzaak van dat relaties niet lang standhouden.
Onder cluster C vallen mensen die over het algemeen erg angstig zijn. Ze zijn bang om relaties aan te gaan of juist om mensen te verliezen. Ze vermijden conflictsituaties en hebben moeite om zelfstandig in het leven te staan.
De prevalentie van persoonlijkheidsstoornissen in Nederland wordt geschat van 5 tot 10%. De meest voorkomende persoonlijkheidsstoornissen zijn de borderline-, vermijdende- en andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis. De pathogenese van persoonlijkheidsstoornissen verschilt van persoon tot persoon.
Kenmerken afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
Moeite met het nemen van (eenvoudige) beslissingen. Angst om door andere aan hun lot te worden overgelaten. Niet voor zichzelf kunnen zorgen. Geen verantwoordelijkheid durven nemen.