Plassen en meren bevatten 'zoet water'. De zee smaakt zout. Water heeft dus ook verschillende eigenschappen. Hieronder wordt uitgelegd hoe dat komt.
Zoet of zout water
Zoet water komt veel minder voor dan zout water, in totaal bestaat slechts 3% van al het water op aarde uit zoet water. Zoet water is dus schaars. En dat terwijl zoet water juist zo belangrijk is, niet alleen voor de drinkwatervoorziening, maar ook voor de landbouw, scheepvaart, industrie en natuur.
Zeewater is het zoute water dat in zeeën en oceanen voorkomt.
Zout water is zwaarder dan zoet water doordat zout water een hogere dichtheid heeft dan zoetwater. Van nature wil het zoute water hierdoor een waterlaag (zouttong) vormen onder de zoete waterlaag. In sommige watersystemen zie je dit ook gebeuren.
'Er bestaan ook heel zoete en heel zoute zeeën. De Baltische Zee heeft bijvoorbeeld maar zes gram zout per liter water. Dat komt doordat de Baltische Zee nogal afgesloten is van de oceanen. Daardoor komt er weinig zout in, terwijl er wel veel zoet water in komt uit rivieren en regen.
Het water van de Noordzee is niet overal even zout. In het Atlantische water, dat door Het Kanaal en in het noorden langs Schotland de Noordzee binnen komt, bevat een liter zeewater gemiddeld circa 35 g zout.
Echter, op sommige locaties kun je zoet water vinden dat uit de grond komt, direct op het strand . Op andere locaties, als je de oceaan in zwemt en duikt, kun je gaten in de zeebodem vinden waar zoet grondwater uitkomt.
In zee zit zout water, het zal je niet verbazen. Maar niet iedere zee is even zout. Wat is de minst zoute zee ter wereld en waarom is dat? Hoe hoger de breedtegraad, des te lager het zoutgehalte.
Er is een enorme hoeveelheid natriumchloride (zout) aanwezig in de ondergrond en in de oceanen van de aarde .
Zout water is dichter dan zoet water
Dat spul zou het zout zijn, wat de massa van water groter maakt, zonder veel aan het volume toe te voegen. Dichtheid = massa/volume. Het vergroten van de massa door zout toe te voegen, vergroot de dichtheid. Zeewater is iets dichter dan zoet water, dus het zinkt onder zoet water .
Neerslag is altijd zoet
Als zeewater verdampt, dan stijgt die damp op en ontstaan er wolken. Uit die wolken valt weer regen op aarde. Het zout uit de zee verdampt bijna niet mee, dat blijft achter in de zee. Neerslag is daarom altijd zoet.
Blauw dringt het beste door in het zeewater
Van alle kleuren is rood het minst sterk, waardoor deze kleur als eerste door het water opgenomen wordt. Blauw dringt juist tot heel diep door in de zee en wordt goed door het water gereflecteerd. Daardoor zie je een blauwe zee en geen rode zee.
Drinkwater is zoetwater van zodanige kwaliteit dat het voor (menselijke) consumptie geschikt is.
Meer dan 97 procent van het water op aarde bevindt zich in de oceanen als zout water. Twee procent van het water op aarde is opgeslagen als zoet water in gletsjers, ijskappen en besneeuwde bergketens.
Het ontstaan van de zeeën en oceanen
Toen de aarde afkoelde condenseerde (van gas naar vloeibaar) de waterdamp tot regenwolken en ging het regenen. Tenslotte vormde het water poelen en bijna 1 miljard jaar later ontstonden er oceanen. De oceanen en continenten lagen toen op andere plaatsen dan nu.
Zout is over het algemeen oneindig . Er is bijvoorbeeld geen realistische manier waarop we het zout in de oceaan kunnen uitputten voordat we uitsterven. De oceaan bevat ongeveer 35 gram zout per liter zeewater, en de oceaan is 1,3E10 liter. Er is dus 46.620.000.000.000.000.000 kg zout in de oceaan.
Sterker nog: een mens heeft zout gewoonweg nodig. Maar gebruik het wel met mate, want zout zorgt er onder meer voor dat je vocht vasthoudt en werkt bij een groot aantal mensen bloeddrukverhogend. Daardoor is zout ook slecht voor de nieren en kan het hart- en vaatproblemen veroorzaken.
In het begin waren de oerzeeën waarschijnlijk maar een beetje zout. Maar na verloop van tijd, toen regen op de aarde viel en over het land stroomde, rotsen brak en hun mineralen naar de oceaan transporteerde, is de oceaan zouter geworden . Regen vult zoet water in rivieren en beken aan, dus ze smaken niet zout.
Wanneer je zout zeewater drinkt, is het lichaam niet meer in staat om het zout uit het lichaam te spoelen. Door dit proces verlies je kostbare vloeistoffen en word je nog meer gedehydrateerd! Je spieren zullen verschrompelen, je krijgt hartritmestoornissen en je zal uiteindelijk sterven van uitdroging.
Na jaren en jaren van rivierinstroom en verdamping, bouwde het zoutgehalte van het meerwater zich op tot het huidige niveau . Hetzelfde proces maakte de zeeën zout. Rivieren voeren opgeloste zouten naar de oceaan. Water verdampt uit de oceanen om weer als regen te vallen en de rivieren te voeden, maar de zouten blijven in de oceaan.
Dat komt omdat het zeewater de kleur krijgt door de zon. Water zelf heeft helemaal geen kleur maar is doorzichtig. De kleur van de zee bestaat namelijk voor een deel uit licht dat via het wateroppervlak terugkaatst.
Volgens de meest recente bevindingen hebben wetenschappers een immens waterreservoir geïdentificeerd, met een volume dat drie keer zo groot is als dat van alle oceanen op het aardoppervlak bij elkaar . Dit ondergrondse waterlichaam ligt diep in de planeet, ongeveer 700 km onder het aardoppervlak.
De bodem van de diepzee is geologisch relatief jong: de oudste afzettingen zijn ongeveer 150 miljoen jaar oud, dus minder dan 5% van de ouderdom van de oudste continentale gesteenten.
De met water verzadigde dikte van de Ogallala Formatie varieert van een paar voet tot meer dan 1.000 voet. Het diepste deel is 1200 voet .