Uit onderzoek is gebleken dat de helft van ons karakter genetisch bepaald is (en dus wordt overgedragen door onze ouders), terwijl we de andere helft ontwikkelen terwijl we opgroeien. Als het om een jonge baby gaat, speelt erfelijkheid een belangrijkere rol.
Het karakter en temperament van je baby zijn aangeboren. Je kind wordt ook gevormd door omgevingsfactoren als de plaats in de kinderrij (is hij de oudste, middelste of de jongste), opvoeding en liefde die hij krijgt. Maar of hij extravert of introvert is, is dus in aanleg aanwezig.
Je persoonlijkheid kun je zien als jouw persoonlijke mix van (aangeboren) karaktertrekken en (ook aangeleerde) eigenschappen. Soms begint een van je (karakter)eigenschappen te overheersen, op een extreme manier. Dat verandert hoe je denkt en hoe je dingen ervaart en doet. Anderen zullen vinden dat je gedrag afwijkt.
Het Griekse werkwoord charasso betekent: kerven, insnijden, graveren. Character is dus: het ingegraveerde, het merkteken. Vandaar is het: een afgesproken, overeengekomen kenteken, in het bijzonder: een schrijfteken. Men spreekt nog van Hebreeuwse karakters voor: Hebreeuwse klanktekens.
Wat zijn erfelijke eigenschappen? Je erft dingen van je ouders. Dat betekent dat ze bepaalde eigenschappen die zij hebben, doorgeven aan jou. Erfelijke eigenschappen zijn bijvoorbeeld de kleur van je huid, je haar en je ogen.
Wil je als man een slim kind? Dan is het zaak om een intelligente moeder te vinden. Intelligentie hebben kinderen namelijk vooral te danken aan de genen die zij van hun moeder hebben geërfd. Dit blijkt uit een recent onderzoek gepubliceerd in Psychology Spot, waarover Ouders van Nu schrijft.
Researchers aan de University of Washington en in Glasgow zijn het er na uitgebreid onderzoek over eens: de intelligentie van een kind wordt bepaald door het genetisch materiaal langs moeders kant. Het genetisch materiaal van de vader heeft geen invloed.
Er bestaat een onderscheid tussen karakter en persoonlijkheid. Je karakter is aangeboren en is in de kern niet te veranderen. Iemand die van nature extravert is kan geen introvert iemand worden. Iemand die vanaf de geboorte temperamentvol is zal dit zijn hele verdere leven zijn.
Temperament is de primaire, aangeboren manier waarop je baby reageert op haar omgeving. Het karakter van je baby wordt gevormd door haar temperament en haar omgeving. Een karakter is dus niet aangeboren, maar moet zich nog ontwikkelen. Het karakter groeit vervolgens door de jaren heen uit tot de persoonlijkheid.
Het verschil met karakter is dat persoonlijkheid door opvoeding en omgeving beïnvloed wordt en pas vorm krijgt tijdens de adolescentie, terwijl karakter vaak meer als de biologische aanleg, de (aangeboren, vrij onveranderlijke) aard van die persoon wordt beschouwd.
Wat is het verschil tussen gedrag en persoonlijkheid? Persoonlijkheid verwijst naar de aangeboren kwaliteiten van een persoon die zijn gevormd door een combinatie van genetische en omgevingsfactoren. Gedrag daarentegen is hoe een persoon op anderen overkomt in zijn handelingen.
Je hebt 7 karakterstijlen (analyticus, sociale, redder, loyalist, aan de top, leider, regelaar) Ieder mens heeft 1 hoofdkarakter dat is het karakter waar je in stress-situaties op terug valt. Naast je hoofdkarakter heb je zijvleugels van karakterstijlen die je kunt inzetten zodat ze je verder helpen.
Een happy-gen, intelligentie-gen, ouderdoms-gen of zelfmoord-gen; het bestaat allemaal niet. DNA is geen glazen bol. Je gezondheid wordt bepaald door hoe je leeft, wat je hebt meegemaakt, met wie je omgaat, door toeval en door verschillende genen in combinatie met elkaar.
Het gen wat overheersend is bepaald of bij het kind de eigenschap van dit gen ook zichtbaar is. Zo overheerst het gen voor bruine ogen over het gen voor blauwe ogen. Als jij bruine ogen hebt dan kan het zijn dat je 2 genen hebt voor bruine ogen, maar ook dat je 1 gen hebt voor bruin en 1 voor blauw.
Karakter of inborst is de combinatie van vaste innerlijke eigenschappen of karaktertrekken van een persoon. Deze combinatie bepaalt hoe een persoon met bepaalde dingen omgaat. Dit zijn relatief stabiele eigenschappen die moeilijk te veranderen zijn, dikwijls pas na intensieve en volgehouden training of therapie.
Het intense uit zich in superenthousiasme, gepassioneerd iets doen, luidruchtig zijn, erg verdrietig en heeeeel erg boos kunnen zijn. Bovengemiddeld gevoelig, omdat het kind zich erg goed kan inleven in anderen of zelfs voelen wat een ander voelt.
'Pittige kinderen' zijn snel verdrietig of flink boos, komen vaak in 'opstand', hebben moeite met nee' en 'moeten'. Deze kinderen kunnen bazig, koppig en dwingend zijn. Ze willen graag bepalen hoe dingen gaan en hebben behoefte aan de regie nemen. Ze zijn vaak niet flexibel wat kan leiden tot een uitbarsting.
Veel voorkomende redenen van lastig gedrag (boos zijn, iets niet willen, niet luisteren) zijn moeheid, dorst en trek. Daar doe je iets aan door je kind wat te eten of te drinken geven en een rustige activiteit. Ook is het slim om je verwachtingen dan bij te stellen.
Wat zijn persoonlijke eigenschappen / kwaliteiten? Kwaliteiten zijn de unieke en persoonlijke eigenschappen die bij mensen horen. Bescheidenheid is bijvoorbeeld een kwaliteit, daadkracht en zelfstandigheid zijn dat ook. Kwaliteiten en karaktereigenschappen zijn vaak verbonden met een bepaald type persoonlijkheid.
Hier is het antwoord op de vraag: 'Mag ik mijn partner vragen te veranderen? 'dus: 'Nee'. Anders gezegd: je kunt vragen of hij zijn gedrag aanpast, maar als dit gedrag ten diepste is verbonden met hoe hij wil zijn, dan is het te hopen dat hij dit niet verandert. Anders zou hij zichzelf verloochenen.
Heel wat hoogbegaafden groeien snel uit hun baan en dan slaat de verveling en onderprikkeling toe. Ze worden lange tijd niet meer uitgedaagd en krijgen last van chronische verveling, demotivatie en soms depressie. Onder je niveau functioneren is lastig, zeker als je hoogbegaafd bent.
Deze studies hebben uitgewezen dat ongeveer 70% van het IQ erfelijk is en dat ongeveer 30% door omgevingsfactoren wordt bepaald."
Veel mensen zien het als een manier om hun hoogbegaafdheid te kunnen bewijzen. Misschien voelt het alsof je dan pas mag vinden en zeggen dat je hoogbegaafd bent. Maar hoogbegaafdheid komt niet altijd naar voren in een IQ-test. Sommige hoogbegaafden scoren zelfs laag op een IQ-test, ook al hebben ze een hoog IQ.