Heuprevisie operaties zijn veelal grote operaties. Een gemiddelde operatietijd van twee tot drie uur en twee liter bloedverlies is een reële schatting bij een totale vervanging van de prothese. Voor een gedeeltelijke vervanging ligt dit meestal lager, tenzij er uitgebreid botverlies is ontstaan.
De arts en de verpleegkundig specialist vertellen u over de operatie en de voorbereidingen. Een totale heupoperatie is een zware operatie.
Revalidatie en herstel
Een vuistregel is dat het herstel twee keer zo lang duurt dan na de eerste heupprotheseplaatsing, 3 tot 6 maanden in plaats van 6 weken tot 3 maanden. Ook is het geopereerde been niet altijd meteen volledig belastbaar.
Een revisieoperatie is een operatie aan een heup- of knieprothese. Als u klachten heeft waardoor een heup- of knieprothese niet goed meer werkt, dan vervangen we de oude prothese door een nieuwe. Een prothese slijt. Een heup- of knieprothese gaat meestal 15-20 jaar mee.
De meeste heupprotheses gaan gemiddeld zo'n 15 jaar mee. Na verloop van tijd kan het zijn dat de heupprothese problemen geeft. Bijvoorbeeld door loslating of slijtage van de prothese. U kunt dit merken aan stijfheid, klikkende gevoelens of pijn in de lies, bil of in het bovenbeen.
Zwaardere klussen mag je de eerste weken niet doen. Bijvoorbeeld stofzuigen en de bedden opmaken. Doe de eerste weken ook geen klussen waarbij je moet hurken of veel bukken. Bijvoorbeeld de wasmachine vullen als die op de grond staat.
Een van de mogelijke oorzaken kan dan loslating of slijtage van de nieuwe prothese zijn. De pijn is vaak in de lies, bil of bovenbeen gelokaliseerd en met name aanwezig bij het belasten van de heup. Bij een diepe buiging of bij het zitten op een lage stoel of WC kan de heup uit de kom raken.
Aseptische loslating is nog steeds de meest voorkomende oorzaak van falen bij heupartroplastiek. 52% van de revisies wordt om deze reden uitgevoerd.
Wanneer er problemen zijn met de heupprothese, moeten patiënten mogelijk opnieuw een operatie ondergaan. Hierbij wordt de heupprothese gedeeltelijk of in zijn geheel vervangen. Dit wordt heuprevisie genoemd, waarbij het plaatsen van een tweede, derde of soms vierde nieuwe heup nodig is.
Dit zijn overheadkosten, zelfs voordat uw chirurg enige vorm van betaling of honorarium ontvangt. Onderhoudschirurgie, revisie of het omgaan met complicaties zijn altijd de financiële verantwoordelijkheid van de patiënt .
Uw chirurg kan u hierover adviseren. Als uw chirurg uw heup moet reconstrueren, moet u mogelijk tot 3 maanden na uw operatie op krukken lopen. Hoewel dit soms kan worden verwacht, zijn er ook momenten waarop het onverwacht is.
Ja. Dat wil zeggen: na je herstel kan je het normale leven weer oppakken. Matig intensief bewegen, zoals fietsen en wandelen is weer mogelijk. Er zijn ook mensen die weer intensief bewegen met een heupprothese, bijvoorbeeld skiën of hardlopen.
“ Er is een langere herstelperiode na een revisieoperatie . Het duurt meestal minstens twee keer zo lang om te herstellen in vergelijking met een primaire procedure,” zegt Dr. Olcott. Uw mobiliteit zal enkele weken na de revisieoperatie beperkt zijn.
Nadat u een nieuwe heup heeft gekregen, moet u rekening houden met ongeveer 6 weken met krukken lopen. Afbouwen van het loophulpmiddel mag als u weer gemakkelijker zelfstandig kan lopen. Een fysiotherapeut kan u hierover adviseren. Autorijden en fietsen mag weer als u de loophulpmiddelen niet meer nodig heeft.
Een complete heupprothese weegt ongeveer 500 gram.
De resultaten van Elsevier´s jaarlijkse ¨Beste Ziekenhuizen & Klinieken 2021¨ onderzoek zijn bekend gemaakt. Het verheugt ons zeer dat wederom, nu voor de vierde keer op een rij, het Park Medisch Centrum als beste naar voren is gekomen in de categorie ¨Heupprothese¨.
Wat is een revisie operatie? Wanneer een heupprothese problemen geeft, is het soms noodzakelijk om opnieuw een operatie te verrichten waarbij een deel of de gehele prothese vervangen dient te worden. Deze hersteloperatie wordt een revisie operatie genoemd.
"Revisiechirurgie kan het nodig maken om eerder littekenweefsel of excisies van de oorspronkelijke operatie te behandelen . We moeten mogelijk ook bottransplantaties uitvoeren, een ander type transplantaat gebruiken of andere bijbehorende verwondingen behandelen." Dr. Jimenez zegt dat hij vaak patiënten ziet die eerder een labrumreparatie van de heup hebben gehad die opnieuw scheurde of degenereerde.
Het plaatsen van een totale heupprothese is een grote operatie en geeft altijd enig bloedverlies. Tijdens de operatie worden bloedingen door de orthopeed grotendeels gestelpt. Maar ook na de operatie kan er nog enig bloedverlies optreden. U kunt daardoor tot zes weken na de operatie een dik, blauw en stijf been hebben.
We evalueerden de manieren van falen bij revisie heupartroplastiek en om gebieden te identificeren waar verbetering nodig is. De algehele overleving van revisie totale heupartroplastiek na 10 jaar was 82% . Instabiliteit en aseptische loslating waren verantwoordelijk voor 65% van deze mislukkingen.
even naar het toilet, douche, kopje koffie etc.). U mag de gecementeerde heupprothese volledig belasten, maar gebruik krukken ter ondersteuning. U moet de ongecementeerde heupprothese de eerste 6 weken 50% belasten, dus 6 weken met krukken lopen. U mag niet door de 90 graden buiging van de heup gaan.
In het algemeen functioneert ruim 90% van de patiënten na 10 jaar en ongeveer 85% na 15 jaar nog goed met de heupprothese. Lichaamsgewicht, leeftijd waarop de prothese geplaatst word en activiteitenniveau hebben op de overleving van de prothese een groot effect.
Extreme lage rugpijn na heupvervanging is niet gebruikelijk en vereist onmiddellijke medische aandacht . Symptomen zoals deze kunnen wijzen op een ernstiger probleem, zoals zenuwbeknelling, infectie of implantaatfalen. Het identificeren en behandelen van de bron van de pijn vereist onmiddellijke medische interventie.
Een dergelijk beschadiging maakt uw herstel moeilijker. Zenuwbeschadiging kan leiden tot (tijdelijk) meer pijn, een verminderd gevoel in een deel van het been of in het ergste geval een klapvoet. Beenlengteverschil. Het komt soms voor dat er na de operatie een verschil is in beenlengte.