Een hechtingsstoornis is een psychisch-sociale aandoening. Hechtingsstoornissen komen vooral voor na ernstige verwaarlozing, misbruik of mishandeling, of wanneer een kind veel verschillende opvoeders of verzorgers heeft gehad. De kenmerken van hechtingsstoornissen staan in de DSM-5.
De oorsprong van de angstige hechtingsstijl ligt vaak in de vroege kindertijd, waarin de primaire verzorger onvoorspelbaar of inconsistente reageerde op de behoeften van het kind. Stel je bijvoorbeeld een liefdevolle moeder voor die zelf behoorlijk angstig en neurotisch aangelegd is.
Een hechtingsstoornis is een psychiatrische stoornis die ontstaat wanneer het kind geen duidelijk aanwijsbare gehechtheidsfiguur heeft op wie het zich kan richten, en aangetoond is dat de stoornis niet veroorzaakt wordt door een ontwikkelingsstoornis bij het kind.
Een onveilige hechtingsstijl kan invloed hebben op je zelfbeeld. Ook kan het uitwerking hebben op je vermogen om vol vertrouwen in het leven te staan. Je kunt als volwassene bijvoorbeeld last hebben van faalangst, een laag zelfbeeld, en gevoelig zijn voor stress.
Kan een angstig-vermijdende hechtingsrelatie werken? Dat kan, maar alleen als beide partners bereid zijn hun onzekerheden onder ogen te zien en stappen te ondernemen om hun emotionele triggers te beheersen .
Als je een vermijdende hechtingsstijl hebt, is het belangrijk om je partner voldoende bevestiging te geven. Hiermee zorg je ervoor dat deze minder geneigd is om daar steeds naar op zoek te gaan. Mogelijk voel je zelf daardoor ook minder de behoefte om afstand te nemen.
Een onveilige gehechtheid is wel een risicofactor, maar ook wat vanuit het gewone dagelijkse leven te herstellen is. Door nieuwe (wel goede) ervaringen op te doen. Eventueel met extra hulp; een periode behandeling is ondersteunend om oude pijn op te ruimen en nieuwe goede ervaringen binnen te laten komen.
Kun je een hechtingsstijl veranderen? Volgens onderzoek uit de ontwikkelingspsychologie kan de hechtingsstijl inderdaad worden beïnvloed en veranderd door therapie en bewuste inspanning.
Pathologische emotionele gehechtheid is een term die de intense, disfunctionele banden beschrijft die sommige mensen vormen, waardoor hun vermogen om gezonde interpersoonlijke relaties aan te gaan aanzienlijk wordt verstoord .
Hechtingstrauma ontstaat door onveilige of inconsistente relaties met verzorgers in de vroege kindertijd. Dit kan gebeuren door: Hechtingstrauma komt voor wanneer je als kind niet tegemoet bent gekomen in je basisbehoeftes zoals warmte, nabijheid, veiligheid en zorg.
De borderline persoonlijkheidsstoornis wordt ook als een vroege hechtingsstoornis beschreven. Het is goed denkbaar dat het verstoorde hechtingsgedrag dat deze mensen als kind vaak vertonen, ervoor zorgt dat hun ouders zich ook minder aan hén hechten.
Een onveilig-ambivalente gehechtheid ontstaat doordat de opvoeder zo in eigen emoties opgaat dat de opvoeder zich niet in kan leven in het kind, of de eigen emoties niet goed onder controle heeft. Daardoor is de opvoeder emotioneel minder beschikbaar en kan het kind niet voldoende troost bieden.
Symptomen van bindingsangst
Je staat er niet voor open om verliefd te worden. Het idee alleen al geeft je het gevoel dat je verstikt wordt. Je bent heel kritisch en vindt niemand interessant genoeg.
Voor mensen met een angstige hechtingsstijl is het belangrijk om (opnieuw) te leren om bewust te worden van onze eigen emotionele behoeften en hoe we deze vervolgens op een gezonde en liefdevolle manier kunnen communiceren. Iets wat hierbij helpt is het vergroten van ons lichaamsbewustzijn.
Angstige, gepreoccupeerde gehechtheid kan in de loop van de tijd veranderen met zelfbewustzijn, inspanning en ondersteuning . Zelfreflectie en persoonlijke ontwikkeling kunnen u helpen uw gehechtheidsstijl te begrijpen en te beheren. U kunt proberen een dagboek bij te houden, mindfulness te beoefenen en voor uzelf te zorgen om uw reis te ondersteunen.
Vroegtijdige negatieve en traumatische ervaringen of ernstige emotionele verwaarlozing kunnen leiden tot verschillende niveaus van veiligheid versus onzekerheid of desoriëntatie - desorganisatie van het hechtingspatroon dat overeenkomt met karakteristieke kenmerken van neurobiologische regulatie.
Een van de ongezonde hechtingsstijlen is de angstige hechting. Deze hechting ontstaat als je ouders vroeger niet consequent waren in hoe ze op jouw behoeften reageerden.
We kunnen hechtingsverwondingen vergelijken met trauma's in relaties: het zijn diep pijnlijke ervaringen die de hechtingsband tussen twee mensen schaden, omdat de basisbehoeften van de partner om ondersteunend, responsief en attent te zijn, niet worden vervuld.
De kenmerken van hechtingsstoornissen staan in de DSM-5. Dit wordt een classificatie genoemd en geen diagnose.
Jazeker, heel veel. De bindingsangst zorgt voor zelfafwijzing; ik ben niet goed genoeg, ik ben bang om alleen te zijn en ik ben bang om je te verliezen. Als je dit verbergt voor je partner, dan kan hij of zij alleen reageren op je afwerende gedrag.
Uit onderzoek blijkt dat je een onveilige hechting kunt corrigeren door fijne en positieve ervaringen op te doen. Daarbij kan bijvoorbeeld een relatie met een veilig gehechte partner, veel zelfonderzoek, gezonde zelfreflectie en geduld hebben je een handje helpen.
Volgens Mitchell, een geregistreerd psycholoog, "is het belangrijk om een omgeving van authenticiteit en emotionele veiligheid te creëren in relaties met AVPD. Moedig eerlijke en open communicatie aan, en stel je partner gerust dat zijn/haar gevoelens geldig zijn en niet zullen leiden tot afwijzing of oordeel ."