Baarmoederkanker wordt meestal in een vroeg stadium ontdekt, en is daardoor bijna altijd goed te genezen.
Ook als baarmoederkanker terugkomt, kun je soms nog genezen. Daarvoor zijn een operatie en/of bestraling nodig. Als je niet meer kunt genezen, is er vaak nog wel een behandeling mogelijk om de kanker terug te dringen en de tijd zonder terugkeer of groei van de kanker te verlengen.
Je overlevingskansen bij baarmoederkanker zijn over het algemeen redelijk goed, omdat bij 85 procent van de vrouwen de ziekte al vroeg – in stadium I of II – ontdekt wordt. In die eerste twee stadia is de vijfjaarsoverleving tussen 78 en 94 procent.
Overlevingscijfers variëren van 96% voor vrouwen met vroeg stadium ziekte tot 16% als de ziekte is uitgezaaid naar andere delen van het lichaam.
Wat is de overleving van baarmoederhalskanker? Gemiddeld zijn 10 jaar na de diagnose nog 63 van de 100 vrouwen in leven.
Gemiddeld zijn 10 jaar na de diagnose nog 76 van de 100 vrouwen in leven. Let op: dit zijn gemiddelde cijfers voor alle mensen met deze soort kanker.
Baarmoederhalskanker wordt veroorzaakt door een virus: het humaan papillomavirus (HPV (humaan papillomavirus)). Jaarlijks krijgen ongeveer 830 vrouwen in Nederland baarmoederhalskanker. Ongeveer 220 vrouwen per jaar overlijden aan deze ziekte.
Met een inwendig onderzoek (een uitstrijkje) kunnen we baarmoederhalskanker al in een voorstadium ontdekken. U hebt dan (nog) geen kanker. Als de aandoening niet is behandeld in het voorstadium, dan kan een kwaadaardige gezwel (een tumor) ontstaan.
In 2022 bedroeg het aantal nieuw gediagnosticeerde gevallen van een invasieve vorm van baarmoederhalskanker 940 (0,11 per 1.000 vrouwen; voorlopige cijfers). Relatief de meeste nieuwe gevallen van baarmoederhalskanker worden vastgesteld rond de leeftijd van 30 tot en met 34 jaar.
Baarmoederkanker en de behandeling ervan kunnen invloed hebben op je leven. De meeste vrouwen hebben weinig blijvende klachten. Maar er zijn ook vrouwen die last blijven houden van de gevolgen van de behandeling. Bijvoorbeeld van lymfoedeem, darmproblemen en problemen met plassen.
Soorten baarmoederkanker
Er bestaat een agressieve en een minder agressieve vorm van endometriumcarcinoom. Een andere vorm is het baarmoedersarcoom. Zo'n sarcoom ontstaat in het bind- of spierweefsel van de baarmoeder. Deze vorm van baarmoederkanker komt veel minder vaak voor.
Kans op genezing
De overleving na vijf jaar voor baarmoederhalskanker is afhankelijk van het stadium. In stadium I is de overleving na vijf jaar ongeveer 75 tot 90 procent. In stadium II is deze overleving ongeveer 45 tot 60 procent. In stadium III circa 20 tot 25 procent.
Uitzaaiingen van baarmoederkanker in de lymfeklieren
Baarmoederkanker zaait vaak als eerste uit via de lymfebanen. Via de lymfebanen kan de kanker uitzaaien naar de lymfeklieren in het bekken. Als dat gebeurt, heet het een regionale uitzaaiing. Er is dan nog steeds kans op genezing.
Baarmoederkanker groeit over het algemeen langzaam. Als de kanker in het baarmoederslijmvlies ontstaat, kan hij vervolgens uitgroeien in de spierlaag, naar de baarmoederhals of naar de eileiders. Als kankercellen losraken en door het lichaam gaan zwerven, ontstaan er uitzaaiingen van de baarmoederkanker.
Baarmoederkanker komt meestal voor wanneer de overgang voorbij is. De symptomen zijn dan meestal bloedverlies uit de vagina of bruinige afscheiding. Heel soms komt baarmoederkanker vóór de overgang voor. Onregelmatig en hevig bloedverlies tussen de menstruaties door kan dan een symptoom zijn van baarmoederkanker.
Bij baarmoederhalskanker groeien er kankercellen in uw baarmoederhals. Er kan donkerrood of bruin slijm uit uw vagina komen. Ook kan er bloed uit uw vagina komen, terwijl u niet ongesteld bent. U krijgt onderzoeken, zoals een MRI en onderzoek van een stukje baarmoederhals.
Op de vaginale echo kan de arts zien of het baarmoederslijmvlies verdikt is. Is dat het geval, dan neemt de arts met een soort lepeltje wat baarmoederslijmvlies weg. Dit heet een micro-curettage. Een patholoog onderzoekt het weggenomen weefsel onder de microscoop om te zien of er kankercellen in zitten.
Baarmoederkanker kan uitzaaien naar de longen. Dit gebeurt bijna nooit. Om uit te sluiten dat er uitzaaiingen in de longen zijn, kan het zijn dat je een longfoto krijgt.
Als bij u baarmoederkanker is vastgesteld, is het meestal nodig om te opereren. Soms krijgt u na de operatie aanvullende bestraling of een combinatie van bestraling en chemotherapie (chemoradiatie). Bij andere patiënten wordt eerst chemotherapie, dan een operatie en dan bestraling geadviseerd.
In het kort. Bij baarmoederkanker kunt u last hebben van bloed of bruin slijm uit uw vagina en bloed bij het plassen. De gynaecoloog onderzoekt u meestal met een echo in de vagina. Ook worden wat cellen weggezogen en onderzocht.
Over het algemeen is baarmoederhals-kanker goed te behandelen. Als er echter uitzaaiingen worden vastgesteld buiten het bekken (bijvoorbeeld in de lever of in de longen) is de kans op genezing heel kleiner.
Door seks kan het HPV in de vagina en baarmoederhals komen. Het virus kan dan in de cellen van het slijmvlies van de baarmoederhals gaan zitten. Bij de meeste vrouwen ruimt het afweersysteem HPV op. Als het afweersysteem HPV niet opruimt, kunnen er afwijkende cellen ontstaan.
Als u geen enkel seksueel contact heeft gehad, is er weinig kans op een HPV(humaan papillomavirus)-infectie.De kans op een voorstadium of baarmoederhalskanker is dan ook erg klein. Maar ook met deze kleine kans, is het zinvol om u te laten onderzoeken.
Er is een kleine kans dat baarmoederkanker terugkomt na de behandeling. Ook als baarmoederkanker terugkomt, kun je soms nog genezen. Welke behandeling je krijgt als baarmoederkanker terugkomt, hangt af van: de plek waar de kanker is teruggekeerd.