Mag ik mijn vakantiegeld houden tijdens de WSNP? Uw vakantiegeld komt in eerste instantie volledig toe aan de boedel. Tijdens de looptijd van de WSNP (schuldsanering) reserveert uw bewindvoerder echter wel maandelijks een bedrag aan vakantiegeld.
Uw schuldhulpverlener rekent uit hoeveel vtlb-vakantiegeld u krijgt. Het vtlb-vakantiegeld bedraagt 95% of 100% van het vakantiegeld dat iemand in uw gezinssituatie met een participatiewet-uitkering zou ontvangen: Werkt u 18 uur of meer per week?
Als u onder bewind staat mag uw bewindvoerder uw gehele vakantiegeld inhouden.
Tijdens de schuldsanering heeft u recht op leefgeld om te voorzien in uw basisbehoeften zoals boodschappen. Een gemiddelde uitkering van leefgeld per week ligt tussen de 50-100 euro per week. Dit geld ontvangt u naast het vrij te laten bedrag (vtlb) waarmee u de vaste lasten zoals huur, gas, licht en water betaald.
Tijdens de gehele duur van de schuldsaneringsregeling moet u fulltime, dit is minimaal 36 uur per week werken. Als u fulltime werk heeft, moet u er alles aan doen om deze baan te behouden. Deze verplichting geldt voor iedereen die tot de schuldsaneringsregeling is toegelaten.
Er bestaat ook een mogelijkheid om de schuldsanering eerder te beëindigen dan na deze drie jaren, namelijk door het aanbieden van een akkoord aan uw schuldeisers. Slaagt het aangeboden akkoord, dan eindigt de schuldsanering namelijk eerder en daarmee ook de aan de schuldsanering verbonden verplichtingen.
Nee. U wordt niet toegelaten tot de Wsnp als u al eerder in de Wsnp hebt gezeten.
Wettelijk minimum leefgeld
Indien het budget het toelaat, wordt er wel rekening gehouden met een normbedrag van 40 euro per week voor de eerste persoon. Voor elk extra gezinslid komt er nog 10 euro bij. Voor een tweepersoonshuishouden geldt dan dus een normbedrag van 50 euro per week.
Een bewindvoerder probeert zich wel te houden aan een normbedrag. Meestal is dat 40 euro per week voor 1 persoon en per gezinslid 10 euro erbij. Dus als je met vier mensen bent, is dat 70 euro in de week.
In 2021 werden 2,3 duizend mensen in de Wet schuldsaneringen natuurlijke personen (Wsnp) toegelaten. Dat zijn er bijna 700 minder dan een jaar eerder, toen er bijna 3 duizend mensen werden toegelaten. Het is het laagste aantal sinds de start van de wet in 1998.
Sparen is belangrijk
Maar het is niet het belangrijkst. Op de eerste plaats staat altijd uw leefgeld, zodat u boodschappen kunt doen. Het betalen van uw vaste lasten (zoals huur, energie en verzekeringen) staat op twee. Als er daarna niets over is om opzij te zetten, doen we dat niet.
Een bewindvoerder beslist enkel over uw financiën. Een bewindvoerder mag dus geen paspoort aanvragen, inschrijven bij de gemeente of een woonruimte of werk voor een cliënt zoeken. Leefgeld inhouden kan onder bepaalde omstandigheden wel, indien dit nodig is om primaire vaste lasten te betalen, zoals huur.
Er bestaan geen wettelijke minimale eisen aan het te verstrekken leefgeld, een bewindvoerder zal echter wel begrijpen dat u geld nodig heeft om te leven en u zoveel mogelijk ondersteunen hierbij. Ik krijg geen of minder leefgeld mag dit? JA, in principe is het mogelijk dat u geen leefgeld krijgt.
Wsnp-bewindvoerders worden betaald uit de boedel, de vergoeding die zij krijgen is afhankelijk van of het gaat om een particuliere schuldenaar of dat er sprake is van een onderneming.
Aan het einde van de periode van de Wsnp besluit de rechter of u als schuldenaar een schone lei krijgt. Bij een schone lei zijn de resterende schulden die onder de werking van de Wsnp vallen, niet meer afdwingbaar.
Het afkopen van de schulden kan eigenlijk met elke partij zoals crediteuren, belastingschuld of persoonlijke leningen zoals een hypotheek. Het afkopen betekend letterlijk dat u een éénmalig bedrag betaald aan de schuldeiser dat niet de volledige schuld bedraagt maar wel voldoende is voor de schuldeiser.
Iemand die onder bewind staat is van rechtswege beperkt in zijn rechtshandelingen en (financiële) transacties. Zo mag hij de onder bewind gestelde goederen niet zelfstandig verkopen en er geen hypotheek op nemen. Ook mag hij geen andere contracten zoals een telefoonabonnement afsluiten.
Reacties. Bij onder bewindstelling is iemand - in tegenstelling tot onder curatele stelling - volledig handelingsbekwaam. Hij kan dus contracten aangaan en allerlei rechtshandelingen verrichten, waaronder het openen van een bankrekening.
Wanneer de bewindvoerder de bank waar u een rekening heeft, heeft geïnformeerd over het beschermingsbewind dan kan het zijn dat uw bank het internetbankieren blokkeert. Dit gebeurd niet bij alle banken en iedere bank heeft zijn eigen mogelijkheden.
Volgens het Nibud ben je als gezin van 4 personen per maand zo'n 660 euro kwijt aan boodschappen. Dat komt neer op een ruime 150,- per week. Je kunt de tabel van het Nibud gebruiken om te bepalen wat voor jou een reëel bedrag is aan boodschappen.
Hoe kun je rondkomen van 2000 euro per maand? Elke situatie verschilt. De een kan gemakkelijk rondkomen van 2000 euro per maand terwijl het voor een ander een stuk lastiger is. Dit kan bijvoorbeeld afhangen of je alleenstaand bent of met een heel gezin moet rondkomen.
Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) deed een poging om een bedrag te noemen dat 'genoeg' is. En genoeg wil dan zeggen dat je geld genoeg hebt om van rond te komen. Volgens het SCP ligt het basisbehoeftenbudget van een zelfstandig huishouden op 971,-.
Om toelating tot de schuldsanering te krijgen moet uw schuld dusdanig hoog zijn dat er voor u geen uitweg meer mogelijk is. Een exact bedrag hoeveel schuld u moet hebben is daarom niet te noemen dit is namelijk geheel afhankelijk van uw maandelijkste inkomsten en de hoogte van uw schuld.
Ook bij schuldsanering wordt er gekeken naar uw inkomsten, uitgaven en de hoogte van de schulden. Het verschil met schuldhulpverlening is dat er in dit geval een Vrij Te Laten Bedrag (VTLB) berekening wordt gemaakt. Dit betekent dat er wettelijk bepaald wordt wat u aan leefgeld zal ontvangen.
In de schuldsanering probeer je zoveel mogelijk schulden af te lossen. Een schone lei houdt in dat het restant van de gemaakte schulden niet meer op te eisen is door de schuldeisers.