In een persbericht laat de bandenfabrikant weten hoeveel rondjes er maximaal gereden kan worden op de verschillende bandencompounds. Hieruit blijkt dat het de teams adviseert om niet meer dan vijftien rondjes te rijden op softs, de banden waarmee de coureurs in de top tien de race aanvangen.
Volgens Pirelli is het cruciaal dat geen enkele coureur de harde band langer rijdt dan 26 ronden. De mediumband gaat volgens Pirelli twee ronden langer mee en de zachte compound mag maar 15 ronden gebruikt worden per set.
Recent onderzoek wijst uit dat de gemiddelde afstand die je met autobanden kunt afleggen tussen de 30.000 en 100.000 km ligt. Hiermee komt de gemiddelde levensduur van autobanden op ongeveer 65.000 km bij gebruik op “normaal” wegdek.
Een hardere band gaat langer mee, maar is niet zo snel als een zachte band. Met het zachte rubber kan een coureur rapper in de rondte gaan, daarentegen slijt die band wél snel.
De belangrijkste regels is dat de coureur binnen elke race minimaal twee soorten banden moet kiezen. Dat betekent dat hij minimaal één keer moet stoppen om van bandensoort te wisselen. Deze regel geldt niet als de baan officieel nat wordt verklaard.
Witte band: de hardste van de drie. Op rode en gele banden kan je een sneller rondje rijden, maar op de witte band kan je het meest lang doorrijden.
Om ervoor te zorgen dat het risico op niet goed vastgemaakte banden zo klein mogelijk is moet elke handeling van de monteurs minimaal 0,15 seconden duren. Als dit te snel is zal de desbetreffende monteur moeten wachten tot een groen licht het signaal geeft.
De DRS kan door een coureur geactiveerd worden zodra dit is toegestaan door de race-directie. Feitelijk kan dit ook automatisch maar alleen als de achterliggende bolide binnen een seconde van zijn voorganger rijdt.
Chassis, maar vooral motor en transmissie zijn de duurste onderdelen. De prijs voor elk van de drie toegelaten eenheden per seizoen wordt geraamd op ongeveer 10 miljoen euro. Wie de prijs van een huidige raceauto op 12 tot 15 miljoen schat, zit er dus niet ver naast.
Over het algemeen geldt dat hoe zachter de band, hoe meer deze aan de baan plakt en hoe meer grip (en dus snelheid) deze biedt, maar ook hoe sneller deze slijt. De hardere band daarentegen geeft minder grip, maar heeft ook minder slijtage en kan dus langer mee.
Een aantal voorbeelden van onderdelen zijn: het stuur (± 55.000 euro), een setje banden (1.500 tot 2.000 euro), een hydraulisch systeem (160.000 tot 200.000 euro), transmissie (± 210.000 euro), koelsysteem (± 180.000 euro) en het hele bodywerk van de Formule 1-auto, meestal gemaakt van het lichtgewicht materiaal carbon ...
Voor een gemiddelde auto, bij normaal gebruik, moet u denken aan zo'n 30.000 - 40.000 kilometer voor de voorbanden. Achterbanden gaan in veel gevallen wat langer mee.
De gemiddelde prijs zal ongeveer rond de € 25,- per band liggen. Voor runflat banden wordt meestal een toeslag gerekend. Dit aangepaste tarief heeft te maken met het feit dat er voor montage van Runflat banden specifieke technische kennis en/of apparaten voor nodig zijn.
In het uitlaatsysteem van de auto kunnen temperaturen van 1000 °C worden bereikt. Op snelheid zuigt het koelsysteem ongeveer 650 liter lucht per seconde door het systeem. Het brandstofverbruik ligt op een kleine 50 liter per 100 kilometer. In alle auto's bevindt de motor zich tussen de coureur en de achteras.
Formule 1-race
Formule 1-wedstrijden worden gehouden over het aantal ronden dat benodigd is om 305 kilometer en één extra rondje af te werken. In het geval van de Italiaanse Grand Prix betekent dat 53 ronden, in Oostenrijk komen de coureurs vanwege het kortere circuit liefst 71 keer voorbij.
De banden hebben een aandeel in deze stijging: de voorwielen zijn per stuk 2,5 kg zwaarder, de achterwielen 3 kg per stuk. De totale schade? 11 kg. Ook is het managen van de temperatuur lastiger dan eerst door de introductie van wieldoppen, welke koeling vermoeilijken.
Aangezien het volume van brandstof afhankelijk is van de temperatuur en het F1-circuit ongeveer alle uithoeken van de wereld aandoet, rekenen ze in de F1-garages in kilo's, veel betrouwbaarder. Maar voor wie toch wil vergelijken: ongeveer 120-150 liter brandstof per race.
De heilige graal is en blijft toch wel de F1-wagen van Juan Manuel Fakito uit 1954. Deze prachtige wagen werd verkocht tijdens een veiling in 2013 en bracht meer dan 30 miljoen euro op. In dit scheurijzer werd de coureur voor de tweede keer kampioen. Het is vooralsnog de duurste F1-wagen ooit verkocht.
Niet gek als je weet dat een F1-bolide in een race van circa 300 kilometer 120 à 150 liter benzine verbruikt.
De rijder drukt op een knop op zijn stuur en daardoor gaat een flap van de achtervleugel plat liggen. Zo ontstaat in de vleugel een opening van maximaal 85 millimeter. De auto klieft nu veel beter door de lucht en dat scheelt, afhankelijk van het circuit, tot 15 km/u aan topsnelheid.
Er zit geen limiet op hoe vaak een coureur DRS mag gebruiken, al is dit in andere takken van autosport (DTM) wel het geval geweest. In de kwalificatie of vrije trainingen is de coureur vrij om zijn DRS te activeren binnen de aangewezen DRS-zones. DRS kan alleen gebruikt worden in DRS-zones.
Deze verandering van luchtstroom zorgt voor een lagere luchtweerstand, wat op zichzelf weer resulteert in een hogere topsnelheid en een snellere acceleratie. Sam Michael, technisch directeur van Williams, is van mening dat het gebruik van DRS in de kwalificatie een halve seconde per ronde zou schelen.
De gemiddelde wedstrijd zal hierdoor ongeveer zestig rondes lang zijn. Elke coureur is verplicht om minimaal één pitstop te maken, aangezien er per race op minimaal twee sets banden geracet moet worden.
De paddock is de plaats waar de teams hun vrachtwagens met de auto's en de inboedel van de garage parkeren. Ook staan hier de motorhomes van de teams, dit zijn vrachtwagens die uitgeklapt worden tot complete restaurants en kantoren voor de teams en hun vipgasten.