In Nederland heeft circa 70 procent van de bevolking een eigen woning. Daarvoor heeft 61 procent een hypotheek afgesloten. Daarmee torent Nederland ver boven andere landen uit; het gemiddelde in de hele EU is 26,5 procent.
Op 1 januari 2020 waren er 4,5 miljoen huishoudens met een eigen woning. Bij 270 duizend huishoudens was de waarde van de woning in 2020 lager dan de hypotheekschuld. Dit komt neer op 6 procent van de huiseigenaren.
Maar slechts een kwart van deze huizenbezitters heeft een hypotheek. In Nederland ligt dat heel anders: 69,4 procent van de Nederlanders heeft een eigen huis en 60,7 procent van de Nederlanders heeft een hypotheek. Dat wil zeggen dat nog geen negen procent van de Nederlanders een koophuis zonder hypotheek heeft.
Een huishouden met een gezamenlijk jaarinkomen van 35.000 euro of minder kan nauwelijks nog een huis kopen. Ook met een inkomen tot 60.000 euro is nog maar een op de drie koopwoningen betaalbaar, stelt het Kadaster op basis van onderzoek.
Samen een huis kopen op één salaris, kan dat? Dat kan. U kunt er zelfs voor kiezen de woning op één salaris te kopen maar wel allebei de hypotheekakte te tekenen. U bent dan alsnog beiden verantwoordelijk voor het betalen van de hypotheek.
In april 2022 staan er meer huizen te koop dan het laatste kwartaal van 2021. Dit betekent dat prijzen nog steeds dalen. Kopers die in 2021 en 2022 hebben gekocht zullen een groot gedeelte van het overboden bedrag als sneeuw voor de zon zien verdwijnen. In een onstabiele huizenmarkt is de vraag minder.
Om u een indicatie te geven: gemiddeld staat een woning in Amsterdam dertien dagen op Funda. Een huis in Breda staat langer te koop: twintig dagen. Gemiddeld genomen over heel Nederland, staat een woning zeventig dagen te koop.
Bijna 6 op de 10 Nederlandse woningen zijn koopwoningen en ruim 4 op de 10 huurwoningen.
In Nederland is een tekort aan 390.000 woningen. Dat komt neer op ongeveer 5 procent van het totaal aantal woningen. Gemiddeld zijn er 105 zoekenden per 100 woningen. Volgens Atlas Research is het woningtekort in Nederland beduidend hoger dan uit cijfers van het ministerie van BZK zou blijken.
Wat voor veel mensen een reden is om eigen geld in een woning te steken, is de belasting die je anders over je vermogen moet betalen. Vanaf een bedrag van € 50.000 aan spaargeld (in 2021) krijg je met een hoger belastingtarief voor je vermogen te maken.
Een derde van de woningeigenaren van 60 jaar en ouder heeft geen hypotheek meer op de woning. De overige zestigplussers hebben veel vaker dan jongere huiseigenaren een aflossingsvrije hypotheek.
De lagere maandlasten en de lagere totale rentelasten zijn dan ook de voornaamste reden dat mensen overwegen hypotheekvrij te leven. Omdat je hypotheeklasten een jarenlang terugkerende kostenpost zijn, scheelt dat op termijn veel geld. Want over het bedrag dat je hebt afgelost, betaal je geen rente meer.
Dit zijn de cijfers voor heel Nederland:
23 procent in een vrijstaand huis. 19,6 procent in een 2-onder-1-kapwoning. 15 procent woont in een appartement.
Aantal daklozen verdubbeld
Maar waar zijn die 315.000 mensen dan? Hoewel het aantal daklozen ook oploopt, zwerven ze zeker niet allemaal over straat. Sinds de eerste schatting in 2009, is het aantal dakloze 18- tot 65-jarigen in Nederland toegenomen van 18.000 in 2009 naar 39.000 in 2018, meldde het CBS vorig jaar nog.
Wanneer we kijken naar de hoogste gemiddelde hypotheek, dan zien we dat het gemiddelde hypotheekbedrag 336.000 euro bedraagt in 2022.
Staghouwer spant de kroon
CU'er Henk Staghouwer, de nieuwe minister van Landbouw, spant de kroon. Hij bezit liefst zeven zogenoemde registergoederen, die ook worden verhuurd. Een registergoed kan een huis zijn, maar bijvoorbeeld ook een appartementsrecht.
Momenteel komt het tekort uit op zo'n 279.000 woningen (3,5% van de totale huizenvoorraad), maar over drie jaar zal het gaan om ongeveer 316.000 woningen (3,9% van de totale huizenvoorraad).
Het gebrek aan betaalbare huurwoningen komt door een opeenstapeling van zaken. Schattingen over het aantal mensen dat een huis nodig heeft zaten ernaast, door de economische crisis lag de bouw stil én politieke keuzes versterkten de problemen. Meer over de oorzaken van het woningtekort vind je hier.
Een te hoge verkoopprijs
Een van de belangrijkste factoren waarom een woning niet verkoopt, is de prijs. “Als het de staat van het huis niet is, dan is dat zo goed als altijd de prijs”, klinkt het bij vele makelaars. Zo durft het meerendeel vaak de woning in eerste instantie aan een te hoge prijs online aan te bieden.
De gemiddelde Nederlandse huizenprijzen stijgen tot 2025 minder snel dan vroeger: zo'n 2% per jaar. De verschillen tussen provincies en binnen provincies worden steeds groter. Drie grote steden, Amsterdam, Utrecht en Den Haag en de regio's daar omheen ontwikkelen zich het meest positief.
In 2023 stijgen de huizenprijzen beduidend minder hard. Economen houden rekening met een prijsstijging 2,5% tot 4,5%. Een daling van de huizenprijzen wordt vooralsnog niet verwacht, maar wordt ook niet uitgesloten. Als de rentes blijven stijgen, kan dit wel degelijk leiden tot een prijsdaling.
Onder normale omstandigheden stort een huis niet zomaar in. Er moet wel écht iets aan de hand zijn zoals een gasexplosie of aardbeving. Laat je huis periodiek inspecteren op gaslekkage. Vooral in oudere woningen, en door slechte aansluitingen van een gastoestel kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan.
Theoretisch gezien mag je een onbeperkt aantal woningen bezitten en verhuren in box 3. Alleen is het wel zo dat je geen of minimaal werk mag verrichten bij het verhuren van je woningen.
In 2021 lag het gemiddelde op ruim 13 bezichtigingen per te koop staand huis. Dat is aanzienlijk meer dan het jaar daarvoor, want in 2020 was het gemiddelde nog iets minder dan 10 bezichtigen. Dit was te verklaren door de gekte op de huizenmarkt.